Opinie

Delta uit de tijd?

Theo de Jong, decaan L&R, meent dat Delta zich niet de vrijheden kan permitteren die de onafhankelijke pers heeft. Hoofdredacteur Hans Ariëns reageert.

Vorige week bekritiseerde Delta-redacteur Melchior Zeeman op deze pagina de in zijn ogen gesloten TU-cultuur. Deze week leidt dat tot een reactie van prof.dr.ir. Theo de Jong, decaan Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek. Zijn woorden laten aan duidelijkheid niets te wensen over. De Jong, zo zegt hij, meent dat een universiteitsblad zich niet de vrijheden kan permitteren die de onafhankelijke pers heeft. De universiteit is veranderd, er staan te veel (financiële) belangen op het spel om Delta-journalisten zich ‘als spookrijders’ door de universiteit te laten bewegen. Delta is voor hem een ‘journalistiek speeltuintje’, waarop de normen van de ‘grote-mensenwereld’ niet van toepassing zijn.

De Jong staat niet alleen in die opvatting, het is een geluid dat de laatste maanden steeds vaker onder TU-bestuurders klinkt. Daarmee is de discussie over de toekomst van een onafhankelijk universiteitsblad aan de TU geopend.

Is de onafhankelijke pers aan de universiteiten inderdaad een anachronisme? Een product van de jaren zestig dat nu alleen een sta-in-de-weg is geworden? In de gesprekken die de afgelopen maanden over Delta hebben plaatsgevonden, hebben we een aantal tegenargumenten naar voren gebracht. Volgens ons is de behoefte aan en het belang van een onafhankelijk blad eerder toegenomen dan afgenomen.

Juist omdat er in een universiteit grote financiële belangen spelen, is een onafhankelijk orgaan noodzakelijk. De universiteit is geen bedrijf, er gaat het nodige gemeenschapsgeld in om. Een universiteit heeft een budget waarop een middelgrote gemeente jaloers zou zijn – en het is nog steeds onomstreden dat zo’n gemeente door de lokale pers kritisch wordt gevolgd. Bovendien zijn onder de nieuwe bestuurswet MUB de mogelijkheden van democratische controle door medezeggenschapsorganen geringer geworden.

Daarnaast is de TU-gemeenschap een mondig en kritisch volkje, dat in onze ogen niet anders dan met een onafhankelijk blad bediend kan worden. Een blad dat te veel ‘his masters voice‘ zou zijn (tegenwoordig heet dat een ‘corporate‘ blad) zou onvoldoende geloofwaardig zijn. Zo’n blad met alleen maar juichtonen zou bovendien tamelijk voorspelbaar en dus minder leesbaar zijn.

De negatieve effecten van de Delta-berichtgeving – afnemende studentenaantallen, teruglopend contractonderzoek – worden nogal eens overschat, menen wij. Er is geen schooldecaan die leerlingen afraadt aan de TU te gaan studeren, omdat hij in Delta heeft gelezen dat studenten ontevreden zijn (waar zijn ze honderd procent tevreden?) of dat een visitatiecommissie wat kritiekpunten heeft gespuid.

Het imago van een instelling is een optelsom van allerlei factoren. De TU heeft waarschijnlijk nog het meest last van haar ‘nerderige’ non-communicatieve imago. Dat pak je niet aan door slecht nieuws te filteren. Het enige dat helpt is een volwassen, eerlijke en zelfbewuste presentatie in de buitenwereld.

De TU heeft genoeg om trots op te zijn en dat brengt Delta ook naar buiten. Klinkende onderzoeksresultaten, doortimmerdeproefschriften, vernieuwingen in het onderwijs, belangrijke initiatieven van mondige en betrokken studenten. Maar kritiekloze adoratie past volgens ons niet in een academische gemeenschap. Dat laten we over aan Shell Venster, de Philips Koerier of Unilever Eigen Terrein.

Zo denken wij er over. Maar we blijven benieuwd naar wat u er van vindt. Zo lang Delta een onafhankelijk forum voor universitaire discussie is, moet de discussie over de formule en koers van het universiteitsblad ook op deze plaats worden gevoerd.

.aut Hans Ariëns,

hoofdredacteur Delta .

De Jongs woorden laten aan duidelijkheid niets te wensen over. De Jong, zo zegt hij, meent dat een universiteitsblad zich niet de vrijheden kan permitteren die de onafhankelijke pers heeft. De universiteit is veranderd, er staan te veel (financiële) belangen op het spel om Delta-journalisten zich ‘als spookrijders’ door de universiteit te laten bewegen. Delta is voor hem een ‘journalistiek speeltuintje’, waarop de normen van de ‘grote-mensenwereld’ niet van toepassing zijn.



De Jong staat niet alleen in die opvatting, het is een geluid dat de laatste maanden steeds vaker onder TU-bestuurders klinkt. Daarmee is de discussie over de toekomst van een onafhankelijk universiteitsblad aan de TU geopend.



Is de onafhankelijke pers aan de universiteiten inderdaad een anachronisme? Een product van de jaren zestig dat nu alleen een sta-in-de-weg is geworden? In de gesprekken die de afgelopen maanden over Delta hebben plaatsgevonden, hebben we een aantal tegenargumenten naar voren gebracht. Volgens ons is de behoefte aan en het belang van een onafhankelijk blad eerder toegenomen dan afgenomen.



Juist omdat er in een universiteit grote financiële belangen spelen, is een onafhankelijk orgaan noodzakelijk. De universiteit is geen bedrijf, er gaat het nodige gemeenschapsgeld in om. Een universiteit heeft een budget waarop een middelgrote gemeente jaloers zou zijn – en het is nog steeds onomstreden dat zo’n gemeente door de lokale pers kritisch wordt gevolgd. Bovendien zijn onder de nieuwe bestuurswet MUB de mogelijkheden van democratische controle door medezeggenschapsorganen geringer geworden.



Daarnaast is de TU-gemeenschap een mondig en kritisch volkje, dat in onze ogen niet anders dan met een onafhankelijk blad bediend kan worden. Een blad dat te veel ‘his masters voice‘ zou zijn (tegenwoordig heet dat een ‘corporate‘ blad) zou onvoldoende geloofwaardig zijn. Zo’n blad met alleen maar juichtonen zou bovendien tamelijk voorspelbaar en dus minder leesbaar zijn.



De negatieve effecten van de Delta-berichtgeving – afnemende studentenaantallen, teruglopend contractonderzoek – worden nogal eens overschat, menen wij. Er is geen schooldecaan die leerlingen afraadt aan de TU te gaan studeren, omdat hij in Delta heeft gelezen dat studenten ontevreden zijn (waar zijn ze honderd procent tevreden?) of dat een visitatiecommissie wat kritiekpunten heeft gespuid.



Het imago van een instelling is een optelsom van allerlei factoren. De TU heeft waarschijnlijk nog het meest last van haar ‘nerderige’ non-communicatieve imago. Dat pak je niet aan door slecht nieuws te filteren. Het enige dat helpt is een volwassen, eerlijke en zelfbewuste presentatie in de buitenwereld.



De TU heeft genoeg om trots op te zijn en dat brengt Delta ook naar buiten. Klinkende onderzoeksresultaten, doortimmerdeproefschriften, vernieuwingen in het onderwijs, belangrijke initiatieven van mondige en betrokken studenten. Maar kritiekloze adoratie past volgens ons niet in een academische gemeenschap. Dat laten we over aan Shell Venster, de Philips Koerier of Unilever Eigen Terrein.



Zo denken wij er over. Maar we blijven benieuwd naar wat u er van vindt. Zo lang Delta een onafhankelijk forum voor universitaire discussie is, moet de discussie over de formule en koers van het universiteitsblad ook op deze plaats worden gevoerd.



Hans Ariëns, hoofdredacteur Delta


Lees ook: Delta onafhankelijk en Delfts! en Kromme Communicatie en Open gemeenschap vereist onafhankelijn universiteitsblad.


Opinion / Our platform is open to well written and well argued opinion articles written by students and employees of TU Delft. The maximum word count is 700. Email us at delta@tudelft.nl.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.