Campus

Zonne-energie als potentieel succesproduct

,,Wie zich niet richt op duurzame technologie, snijdt zichzelf in de vingers.” Zonnecellen worden big business.EnergieVoor dr.m

r. P. Kwant, Group Research Advisor bij Shell International is duurzaamheid een product. Wel een product met toekomst. Zijn bedrijf verwacht zo veel van duurzame technologie dat het de komende vijf jaar één miljard gulden investeert en een nieuwe poot aan het bedrijf toevoegt: International Renewables.

,,Ik sta onder mijn collega’s niet bekend als een milieuman”, bekent Kwant met een glimlach. Toch was hij de technische man in de trojka die de voorbereidingen trof voor de nieuwe bedrijfstak. ,,We hebben ontdekt dat je van duurzaamheid gewoon business kan maken. Duurzaamheid en geld verdienen staan niet haaks op elkaar.”

Het succes van Renewables staat of valt met innovaties. Kwant illustreert de strijd om vernieuwing aan de hand van zonne-energie. Die technologie vormt samen met biomassa en bosbouw het hart van Renewables. Om de mogelijkheden te inventariseren, organiseerde het bedrijf een bescheiden conferentie. ,,Zo bouwden we een netwerkje op van mensen die veel van de technologie af weten. En hadden we snel een beeld van de technologische opties.”

Shell gebruikt nu nog voornamelijk polykristallijn silicium voor de productie van zonnecellen. Maar de productie van silicium is een energievretend en duur proces. Ook andere vormen van silicium, zoals kristallijn en amorf silicium kosten veel geld en energie.

Elektriciteit uit zonnecellen is daardoor nog zo’n vijf maal zo duur als de stroom die in Nederland uit de stopcontacten komt. De zonnecellen worden daarom vooral toegepast op plaatsen waar die infrastructuur niet ligt. Zoals lichtboeien op zee, of drinkbakken voor vee op de Veluwe. ,,In afgelegen gebieden in Afrika zijn de zonecellen nu al concurrerend.”

Waar zonne-energie de concurrentie aangaat met ‘normale’ energie, redt ze het niet zonder subsidie. ,,De nieuwe technologie moet straks die subsidie vervangen. We moeten nu de opvolger vinden voor de huidige technologie.”

Om in een vroegtijdig stadium de winnende technologie te spotten, heeft Shell goede contacten met universiteiten en hogescholen. Daarnaast betaalt het bedrijf een onderzoek van het Energie Centrum Nederland naar verschillende zonneceltechnologieën.
Violist

Eén van de kanshebbers is de organische zonnecel. De cel imiteert de fotosynthese die zich in de bladeren van planten afspeelt. Doordat er geen dure siliciumtechnologie nodig is, zijn organische zonnecellen veel goedkoper dan conventionele exemplaren. Maar de organische cel legt het nu nog af omdat ze een laag rendement halen. Verschillende instituten enuniversiteiten, waaronder de TU Delft, proberen dat rendement op te krikken en de productiekosten verder te drukken.

Het gaat Kwant dan ook te ver om te stellen dat de universiteiten achter lopen. Hij trekt de vergelijking met een orkest. ,,In het onderzoek en toepassing van duurzame technologie blaast iedereen zijn partijtje mee.”

Maar als de universiteiten te weinig aandacht besteden aan duurzame technologie dan snijden ze zich in de vingers. ,,Ze hebben veel bij duurzaamheid te winnen. Er is vraag naar kennis, ideeën en technologie. En naar mensen met duurzame technologie in hun intellectuele bagage.”

Kwant verwacht dat duurzaamheid op termijn dagelijkse kost wordt in het bedrijfsleven. Zoals veiligheid dat nu is. ,,Vroeger was het onvermijdelijk dat bij sommige bedrijfsactiviteiten dodelijke slachtoffers vielen. Zo’n twintig jaar geleden legde men zich daar niet meer bij neer. Inmiddels is het normaal geworden dat je nadenkt over de risico’s. Is het te gevaarlijk, dan doen we het niet.” Analoog aan die ontwikkeling denkt Kwant dat Shell in de toekomst ook activiteiten zal staken die niet duurzaam zijn uit te voeren. ,,Duurzaamheid hoort uiteindelijk in het hoofd van elke ingenieur. En elke manager.”

Dit is de derde aflevering in een serie over duurzame technologie .

,,Wie zich niet richt op duurzame technologie, snijdt zichzelf in de vingers.” Zonnecellen worden big business.
Energie

Voor dr.mr. P. Kwant, Group Research Advisor bij Shell International is duurzaamheid een product. Wel een product met toekomst. Zijn bedrijf verwacht zo veel van duurzame technologie dat het de komende vijf jaar één miljard gulden investeert en een nieuwe poot aan het bedrijf toevoegt: International Renewables.

,,Ik sta onder mijn collega’s niet bekend als een milieuman”, bekent Kwant met een glimlach. Toch was hij de technische man in de trojka die de voorbereidingen trof voor de nieuwe bedrijfstak. ,,We hebben ontdekt dat je van duurzaamheid gewoon business kan maken. Duurzaamheid en geld verdienen staan niet haaks op elkaar.”

Het succes van Renewables staat of valt met innovaties. Kwant illustreert de strijd om vernieuwing aan de hand van zonne-energie. Die technologie vormt samen met biomassa en bosbouw het hart van Renewables. Om de mogelijkheden te inventariseren, organiseerde het bedrijf een bescheiden conferentie. ,,Zo bouwden we een netwerkje op van mensen die veel van de technologie af weten. En hadden we snel een beeld van de technologische opties.”

Shell gebruikt nu nog voornamelijk polykristallijn silicium voor de productie van zonnecellen. Maar de productie van silicium is een energievretend en duur proces. Ook andere vormen van silicium, zoals kristallijn en amorf silicium kosten veel geld en energie.

Elektriciteit uit zonnecellen is daardoor nog zo’n vijf maal zo duur als de stroom die in Nederland uit de stopcontacten komt. De zonnecellen worden daarom vooral toegepast op plaatsen waar die infrastructuur niet ligt. Zoals lichtboeien op zee, of drinkbakken voor vee op de Veluwe. ,,In afgelegen gebieden in Afrika zijn de zonecellen nu al concurrerend.”

Waar zonne-energie de concurrentie aangaat met ‘normale’ energie, redt ze het niet zonder subsidie. ,,De nieuwe technologie moet straks die subsidie vervangen. We moeten nu de opvolger vinden voor de huidige technologie.”

Om in een vroegtijdig stadium de winnende technologie te spotten, heeft Shell goede contacten met universiteiten en hogescholen. Daarnaast betaalt het bedrijf een onderzoek van het Energie Centrum Nederland naar verschillende zonneceltechnologieën.
Violist

Eén van de kanshebbers is de organische zonnecel. De cel imiteert de fotosynthese die zich in de bladeren van planten afspeelt. Doordat er geen dure siliciumtechnologie nodig is, zijn organische zonnecellen veel goedkoper dan conventionele exemplaren. Maar de organische cel legt het nu nog af omdat ze een laag rendement halen. Verschillende instituten enuniversiteiten, waaronder de TU Delft, proberen dat rendement op te krikken en de productiekosten verder te drukken.

Het gaat Kwant dan ook te ver om te stellen dat de universiteiten achter lopen. Hij trekt de vergelijking met een orkest. ,,In het onderzoek en toepassing van duurzame technologie blaast iedereen zijn partijtje mee.”

Maar als de universiteiten te weinig aandacht besteden aan duurzame technologie dan snijden ze zich in de vingers. ,,Ze hebben veel bij duurzaamheid te winnen. Er is vraag naar kennis, ideeën en technologie. En naar mensen met duurzame technologie in hun intellectuele bagage.”

Kwant verwacht dat duurzaamheid op termijn dagelijkse kost wordt in het bedrijfsleven. Zoals veiligheid dat nu is. ,,Vroeger was het onvermijdelijk dat bij sommige bedrijfsactiviteiten dodelijke slachtoffers vielen. Zo’n twintig jaar geleden legde men zich daar niet meer bij neer. Inmiddels is het normaal geworden dat je nadenkt over de risico’s. Is het te gevaarlijk, dan doen we het niet.” Analoog aan die ontwikkeling denkt Kwant dat Shell in de toekomst ook activiteiten zal staken die niet duurzaam zijn uit te voeren. ,,Duurzaamheid hoort uiteindelijk in het hoofd van elke ingenieur. En elke manager.”

Dit is de derde aflevering in een serie over duurzame technologie .

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.