Onderwijs

Voorlichting over gevaren keramische wol

Van asbest zijn de gevaren bekend, maar hoe zit dat met keramische wol? Deze asbestvervanger wordt net als asbest gebruikt om onderzoeksopstellingen te isoleren, maar dat is niet zonder gevaar. De TU vindt het tijd voor meer voorlichting aan promovendi en andere medewerkers.

Dat bleek donderdag 16 juli tijdens een overlegvergadering van de onderdeelcommissie (odc) van de universiteitsdienst (ud) met Anka Mulder, collegelid en beheerder van de ud. De odc had het onderwerp op de agenda gezet uit bezorgdheid over de omgang met keramische wol en asbest. Odc-secretaris Adri Sloot haalde een voorbeeld aan van een buitenlandse promovendus die asbesthoudende handschoenen had besteld. En keramische wol zit zonder waarschuwing in ovens en om afvoerbuizen, terwijl ook dit materiaal soms kankerverwekkende vezels kan bevatten.

Dat die waarschuwing ontbreekt, komt doordat keramische wol niet is verboden, zoals asbest. Er is ook geen alternatief voor, volgens Dick Hoeneveld, deskundige van fmvg. Hij vertelde dat niet iedere soort gevaarlijk is. “Maar je zou er wel een waarschuwingssticker op kunnen doen.”

Dat is geen vreemde gedachte. De TU beschouwt het materiaal als net zo gevaarlijk als asbest bij temperaturen hoger dan zeshonderd graden. Medewerkers die met keramische wol werken, kunnen daarom – net als bij asbest – vragen om opgenomen te worden in een dossier.

Publieke tribune
Anka Mulder zei het een goed idee te vinden om de gevaren van keramische wol en asbest onder de aandacht te brengen van promovendi en medewerkers die de TU-regels niet kennen, bijvoorbeeld mensen uit het buitenland. Fmvg zal daarvoor om tafel gaan met de ondernemingsraad.

Dat de omgang met asbest en keramische wol leeft, bleek uit de aanwezigheid op de publieke tribune van medewerkers van DEMO, de dienst elektronische en mechanische ontwikkeling van de TU. Zij ontwikkelen, bouwen en onderhouden wetenschappelijke opstellingen en wilden weten waarom zij nog niet zijn opgenomen in een dossier, terwijl zij dat wel willen.

Hoeneveld zegde toe er meteen werk van te maken. Hij plaatste wel een kanttekening. “Je kunt er medisch gezien niks mee. Je kunt deze kanker niet voorkomen, er is bovendien een incubatietijd van dertig tot veertig jaar. Wat een dossier wel biedt is erkenning dat je met gevaarlijke materialen hebt gewerkt en minder drempels bij financiële claims aan de TU.” De universiteit krijgt dergelijke claims wel eens, zei asbestdeskundige Kees Schotsman van fmvg. “Daar gaan we heel zorgvuldig mee om.”

​Totaalinventarisatie
​Totaalinventarisatie

​Totaalinventarisatie

Zorgvuldigheid is ook geboden bij asbestverwijdering uit gebouwen. Schotsman vertelde de odc stapsgewijs hoe de TU handelt als er ergens op de campus asbest moet worden weggehaald: met zoveel voorzorgsmaatregelen dat verspreiding onmogelijk is.

Onderzoek naar de aanwezigheid van asbest gebeurde tot voor kort alleen als er ergens een verbouwing op til was. Maar, zei Schotsman, onlangs heeft fmvg besloten een ’totaalinventarisatie’ te doen: in twee jaar tijd ondergaat de hele campus een ’type A inventarisatie’. (zie kader)

FMVG heeft niet helemaal bij nul te beginnen. Verschillende gebouwen zijn al geïnventariseerd. Eén daarvan is Civiele Techniek en Geowetenschappen (CiTG), waar plannen zijn voor een grootschalige renovatie. In de kitranden van de ramen zit bijvoorbeeld asbest. En die ramen worden in de toekomst allemaal vervangen.

Type A
Type A asbestinventarisatie omvat volgens het Kenniscentrum Infomil van Rijkswaterstaat ‘een volledige deskresearch, visuele inspectie (inclusief licht destructief onderzoek) in combinatie met monstername van asbestverdachte materialen, beoordeling van de staat en omvang van toepassing, bepalen van het potentiële risico en het uitvoeren van laboratoriumanalyse van de materiaalmonsters en de rapportage’.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.