Onderwijs

Vijf Delftse onderzoekers krijgen ieder twee ton Veni-subsidie

Onder de pasgepromoveerde onderzoekers die een Veni-subsidie ontvangen, zijn vijf Delftse onderzoekers. De Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek kende de Veni-subsidie vorige maand toe aan 88 jonge onderzoekers.

De Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek kende de Veni-subsidie vorige maand toe aan 88 jonge onderzoekers. Daartoe behoren vijf Delftse onderzoekers. Filosoof Sabine Roeser (TBM) is één van de gelukkigen. Roeser doet onderzoek naar de vraag of we emoties nodig hebben om te kunnen oordelen of technologische risico’s moreel aanvaardbaar zijn. Echt verast was ze niet toen ze het nieuws hoorde. “In april hoorde ik dat mijn onderzoeksvoorstel was beoordeeld met ‘excellent’. Daardoor wist ik dat ik een goede kans maakte op de subsidie, maar het blijft natuurlijk altijd spannend.”

Andere Delftenaren die een subsidie krijgen zijn Marjan Popov van de basiseenheid elektriciteitsvoorziening (EWI) met zijn onderzoek naar interne resonanties in windingen van een distributietransformator; Marnix Wagemaker, postdoc bij de afdeling neutronenonderzoek en Mössbauerspectrometrie (IRI) met zijn onderzoek naar de kinetiek van lithiumopslag; Martijn Wisse van de sectie mens-machinesystemen (OCP) die onderzoek doet naar menselijk lopende robots; en het onderzoek naar beter beton van Guang Ye, van de sectie betonconstructies (Citg).

Elke onderzoeker krijgt maximaal 200 duizend euro waarmee hij of zij drie jaar lang onderzoek kan doen. NWO betaalt bijna zeventig procent van deze subsidie. De universiteit draagt ruim dertig procent bij.

De Veni-subsidie is een van de drie subsidievormen van de Vernieuwingsimpuls van het NWO, waarmee de onderzoeksfinancierder talentvolle onderzoekers de kans geeft hun onderzoek uit te voeren.

330 Onderzoekers dienden een onderzoeksplan in voor de Veni-subsidie. Degenen die een subsidie verworven, kregen dit vanwege hun opvallende en originele talent voor het doen van vernieuwend wetenschappelijk onderzoek. (IL)

Daartoe behoren vijf Delftse onderzoekers. Filosoof Sabine Roeser (TBM) is één van de gelukkigen. Roeser doet onderzoek naar de vraag of we emoties nodig hebben om te kunnen oordelen of technologische risico’s moreel aanvaardbaar zijn. Echt verast was ze niet toen ze het nieuws hoorde. “In april hoorde ik dat mijn onderzoeksvoorstel was beoordeeld met ‘excellent’. Daardoor wist ik dat ik een goede kans maakte op de subsidie, maar het blijft natuurlijk altijd spannend.”



Andere Delftenaren die een subsidie krijgen zijn Marjan Popov van de basiseenheid elektriciteitsvoorziening (EWI) met zijn onderzoek naar interne resonanties in windingen van een distributietransformator; Marnix Wagemaker, postdoc bij de afdeling neutronenonderzoek en Mössbauerspectrometrie (IRI) met zijn onderzoek naar de kinetiek van lithiumopslag; Martijn Wisse van de sectie mens-machinesystemen (OCP) die onderzoek doet naar menselijk lopende robots; en het onderzoek naar beter beton van Guang Ye, van de sectie betonconstructies (Citg).



Elke onderzoeker krijgt maximaal 200 duizend euro waarmee hij of zij drie jaar lang onderzoek kan doen. NWO betaalt bijna zeventig procent van deze subsidie. De universiteit draagt ruim dertig procent bij.



De Veni-subsidie is een van de drie subsidievormen van de Vernieuwingsimpuls van het NWO, waarmee de onderzoeksfinancierder talentvolle onderzoekers de kans geeft hun onderzoek uit te voeren.



330 Onderzoekers dienden een onderzoeksplan in voor de Veni-subsidie. Degenen die een subsidie verworven, kregen dit vanwege hun opvallende en originele talent voor het doen van vernieuwend wetenschappelijk onderzoek. (IL)


 

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.