De werkgelegenheid bij de universiteiten heeft in 1995 een flinke klap gekregen. In een jaar tijd nam de personeelsomvang af met ruim drie procent, of 1473 fulltimers.
Delen
Volgens de vereniging van universiteiten (VSNU) verdwenen er vooral banen in het onderzoek. Oorzaak: overheidsbezuinigingen en een afname in contractresearch.
Deze opvallende daling in universitaire werkgelegenheid is dinsdag door VSNU-voorzitter prof.drs. M.H. Meijerink bekend gemaakt op een congres over de ‘prijs’ van wetenschappelijk onderzoek. Hij baseerde zich op landelijk verzamelde cijfers over universitair personeel die in juli worden gepubliceerd. De universitaire aderlating hangt maar zeer ten dele samen met bezuinigingen van minister Ritzen zelf; zijn grootste ingrepen komen pas na het jaar 2000.
Belangrijker was volgens de VSNU de afname van contractinkomsten en sponsoring van ‘derden’. Deze derde geldstroom, die sinds 1985 was verdrievoudigd tot een miljard gulden per jaar, moet vorig jaar met meer dan vijftig miljoen gedaald zijn. Het precieze bedrag is nog niet bekend, want in de personeelscijfers wordt geen onderscheid gemaakt tussen de diverse inkomstenbronnen van de universiteiten.
Bezuinigingen bij onderzoekfinanciers lijken dus de hoofdoorzaak van de dalende inkomsten. Meijerink ging niet op de details hiervan in. Maar berichten uit diverse universiteiten wijzen op de recente verlaging van onderzoekbudgetten bij een aantal ministeries. Omdat departementen prioriteit geven aan de werkgelegenheid bij ‘eigen’ instituten, zouden zij vooral snoeien in de uitbesteding bij universiteiten. Alleen al bij de centra voor milieukunde zijn zo in een jaar tijd vele tientallen arbeidsplaatsen verdwenen.
De VSNU-voorzitter stelde dinsdag overigens dat de daling van externe inkomsten ook voor een deel te verklaren is uit terughoudendheid bij de universiteiten. Die nemen niet meer zo snel ‘verliesgevend’ werk aan; ze kijken meer naar de werkelijke kosten van het onderzoek. Als er sprake is van echt opdracht-onderzoek (in plaats van sponsoring van bestaand onderzoek), wil men de geldschieter ook de volledige kosten laten betalen. De VSNU-voorzitter wees er op dat juist de overheid geregeld weigert de integrale kosten van opdrachten te vergoeden. ,,Dit werkt bijzonder verwarrend voor de universiteiten.” (HOP/F.S.)
De werkgelegenheid bij de universiteiten heeft in 1995 een flinke klap gekregen. In een jaar tijd nam de personeelsomvang af met ruim drie procent, of 1473 fulltimers. Volgens de vereniging van universiteiten (VSNU) verdwenen er vooral banen in het onderzoek. Oorzaak: overheidsbezuinigingen en een afname in contractresearch.
Deze opvallende daling in universitaire werkgelegenheid is dinsdag door VSNU-voorzitter prof.drs. M.H. Meijerink bekend gemaakt op een congres over de ‘prijs’ van wetenschappelijk onderzoek. Hij baseerde zich op landelijk verzamelde cijfers over universitair personeel die in juli worden gepubliceerd. De universitaire aderlating hangt maar zeer ten dele samen met bezuinigingen van minister Ritzen zelf; zijn grootste ingrepen komen pas na het jaar 2000.
Belangrijker was volgens de VSNU de afname van contractinkomsten en sponsoring van ‘derden’. Deze derde geldstroom, die sinds 1985 was verdrievoudigd tot een miljard gulden per jaar, moet vorig jaar met meer dan vijftig miljoen gedaald zijn. Het precieze bedrag is nog niet bekend, want in de personeelscijfers wordt geen onderscheid gemaakt tussen de diverse inkomstenbronnen van de universiteiten.
Bezuinigingen bij onderzoekfinanciers lijken dus de hoofdoorzaak van de dalende inkomsten. Meijerink ging niet op de details hiervan in. Maar berichten uit diverse universiteiten wijzen op de recente verlaging van onderzoekbudgetten bij een aantal ministeries. Omdat departementen prioriteit geven aan de werkgelegenheid bij ‘eigen’ instituten, zouden zij vooral snoeien in de uitbesteding bij universiteiten. Alleen al bij de centra voor milieukunde zijn zo in een jaar tijd vele tientallen arbeidsplaatsen verdwenen.
De VSNU-voorzitter stelde dinsdag overigens dat de daling van externe inkomsten ook voor een deel te verklaren is uit terughoudendheid bij de universiteiten. Die nemen niet meer zo snel ‘verliesgevend’ werk aan; ze kijken meer naar de werkelijke kosten van het onderzoek. Als er sprake is van echt opdracht-onderzoek (in plaats van sponsoring van bestaand onderzoek), wil men de geldschieter ook de volledige kosten laten betalen. De VSNU-voorzitter wees er op dat juist de overheid geregeld weigert de integrale kosten van opdrachten te vergoeden. ,,Dit werkt bijzonder verwarrend voor de universiteiten.” (HOP/F.S.)
Comments are closed.