Een festival is een minimaatschappij waar duurzame innovaties gemakkelijk getest kunnen worden. Met dat idee in het achterhoofd is de TU medeoprichter van InnoFest, dat van acht festivals in Noord-Nederland ‘living labs voor innovatie’ wil maken.
Delen
Naast de festivals (zie kader) en de TU zijn de Noordelijke Ontwikkelingsmaatschappij, de provincies Friesland, Groningen en Drenthe en de steden Emmen, Groningen, Leeuwarden en Assen bij InnoFest betrokken als geldschieters. Ze lanceren hun initiatief op 14 januari tijdens de European Production and Innovation Conference, die deel uitmaakt van het Groningse festival Eurosonic/Noorderslag.
De initiatiefnemers zien festivals als ‘controleerbare minimaatschappij’, aldus hun persbericht, ‘een perfecte testomgeving voor prototypes en experimentele technieken’ voor verduurzaming van bijvoorbeeld afval, water, elektriciteit en voedsel. De noordelijke festivals willen ‘het innovatiepotentieel van Noord-Nederland vergroten, zichzelf verduurzamen en een bijdrage leveren aan een betere leefomgeving’.
Wat de TU daarin kan doen, vertelt Gertjan de Werk, programma-manager van het LDE Centre for Sustainability. Hij leidde drie jaar lang de TU-paviljoens op Lowlands. Toen dat festival begon met de Lowlands University, bouwden De Werk en zijn medewerkers het rondreizende paviljoen D-Exto. Dat was afgelopen zomer nog het onderkomen van een mini-summerschool. Daarin werkten studenten uit Delft, Leiden en Rotterdam samen met kunstenaars en startups aan duurzame vernieuwingen als een natuurhotel.
Binnen InnoFest zal de rol van de TU ‘niet altijd heel dominant zijn’, verwacht De Werk. “We zullen niet altijd met een paviljoen aanwezig zijn. Dat is te duur. Maar we denken wel steeds mee over het proces van innovatie, we hebben startups die prototypes willen testen en een netwerk van studenten en ontwerpers. We kunnen als TU een brug slaan tussen de wetenschap en de markt.”
Volgens De Werk willen de acht noordelijke festivals ‘meer zijn dan een leuk feestje’, en niet alleen voor hun imago. “Ze willen een rol spelen in de samenleving. Duurzaamheid en innovatie bereik je niet met artiesten alleen. De festivals willen werken aan een circulaire economie, CO2-reductie en de grondstoffenschaarste oplossen.”
De Werk weet uit ervaring dat festivals daarvoor een geschikte omgeving zijn. “Het is een tijdelijke stad waar nieuwsgierige mensen rondlopen. Zij staan open voor nieuwe dingen en hebben tijd. Bovendien zijn de werknemers van festivals gewend om snel oplossingen te bedenken. Zo ontstaat een magische combinatie.”
Overigens blijft De Werk ook geïnteresseerd in andere evenementen. Dit voorjaar fungeert D-Exto als ‘circulair middelpunt’ van de FabCity Campus op de Kop van Java in Amsterdam. “Dat is een living lab van tien weken waar we met studenten en wellicht afstudeerders onderzoek en casestudies kunnen doen. Je kunt bijvoorbeeld bekijken hoe het publiek reageert als je afval een boodschap meegeeft, als je routes verandert of de verlichting aanpast.”
Festivals
De acht noordelijke festivals betrokken bij InnoFest zijn: Into the Great Wide Open, Welcome to The Village, Oerol, Eurosonic / Noorderslag, TT Assen, Noorderzon, Festival der Aa en Paradigm.
Comments are closed.