Onderwijs

TU benoemt vier nieuwe hoogleraren

Prof. Tony Fretton AA Dip RIBA (1945) is per 1 juni 1999 in dienst getreden van de faculteit Bouwkunde als hoogleraar architectonisch ontwerpen.

br />
Fretton studeerde in 1972 af aan de Architectural Association School of Architecture in Londen. Na een periode in dienst van diverse architectenbureaus is hij sinds 1980 eigenaar van het gerenommeerde architectenbureau Tony Fretton Architects (Londen). Dit bureau is vooral actief op het gebied van de binnenhuisarchitectuur. De activiteiten strekken zich uit van tentoonstellingsontwerp tot de inrichting van kantoren en winkels.

De leerstoel binnenhuisarchitectuur richt zich op onderzoek naar de relatie tussen het ruimtelijke concept en het ontwerp van binnenhuisarchitectuur. De decoratieve functie van materialen en de expressieve aspecten hiervan worden van bijzonder belang beschouwd.

Prof.dr.ir. P.M.J. van den Hof (1957) heeft vanaf 1 juni 1999 de leerstoel model-gebaseerd meten en regelen aanvaard bij de subfaculteit Technische Natuurkunde van de faculteit Technische Natuurwetenschappen.

Van den Hof heeft in 1982 zijn studie elektrotechniek aan de TU Eindhoven cum laude afgesloten, waarna hij in 1989 aan dezelfde universiteit zijn proefschrift on residual-based parametrization and identification of multiveriable systems met succes verdedigde. Sinds 1986 is hij in dienst van de TU Delft bij Werktuigbouwkunde. In 1992 was hij gastonderzoeker aan de University of Newcastle (Australië).

Het kernonderzoek van de leerstoel betreft het brede gebied van de meettechniek, signaalverwerking, modelvorming, systeemidentificatie en de modelgebaseerde regeltechniek van dynamische fysische processen. Doel is om op basis van fysische kennis en experimentele meetgegevens dynamische eigenschappen van processen in kaart te brengen, en op basis hiervan regelsystemen te ontwerpen die zorg dragen voor een optimale besturing. De bewerkte toepassingsvelden variëren van fysische meetinstrumenten (bijvoorbeeld microscopie), tot complexe industriële productieprocessen.

Prof.dr. G.J. Kearley (1950) is 1 augustus 1999 als hoogleraar in dienst treden bij de faculteit Technische Natuurwetenschappen als hoogleraar neutronenfysica. Zijn werkzaamheden voert hij uit binnen het Interfacultair Reactor Instituut (IRI). Het IRI vervult een nationale rol in het neutronenbundelonderzoek.

Na het afronden van een studie chemie aan de Woolwich Polytechnic in 1969 is Kearley een periode actief geweest in het bedrijfsleven. Hij is in 1980 gepromoveerd aan de University of East Anglia, Norwich op het onderwerp Phase transitions of NH4NO3 studied by vibrational spectroscopy. Vervolgens was hij post-doc bij de University of East Angliaen onderzoeksmedewerker bij het Institut Laue-Langevin (ILL). Vanaf 1994 is hij aan het hoofd gesteld van een groep die zich richt op software voor data-inspectie, -correctie, en -analyse en het gebruik van computermodellen om de wetenschappelijke output van het ILL te visualiseren.

Hoewel Kearley van huis uit chemicus is, heeft hij zich in de loop der jaren een grote expertise verworven op het gebied van de neutronenfysica. Naast de grote hoeveelheid publicaties van zijn hand heeft hij ook nog nieuwe instrumenten ontworpen voor dit onderzoeksgebied. Hij zal als afdelingshoofd van de afdeling stralingsfysica leiding geven aan de uitbouw van de onderzoeksfaciliteiten van het IRI.

Prof.dr. A.K. Turner (1941) trad 15 augustus 1999 in dienst als hoogleraar ingenieursgeologie bij de subfaculteit Technische Aardwetenschappen van de faculteit Civiele Techniek en Geowetenschappen. Keith Turner zal deze functie parttime vervullen voor een periode van drie jaar. Hij blijft tevens hoogleraar aan de Colorado School of Mines (USA).

Na zijn studie geologie aan de Queens University in Canada (1963) voltooide hij in 1969 zijn promotie-onderzoek bij de Purdue University, Indiana (USA).

Turner heeft speciale interesse voor de invloed van nieuwe informatietechnologieën op het gebruik van geowetenschappelijke informatie in de maatschappij. Hierbij ligt de nadruk op het toegankelijk maken van de beschikbare geologische informatie. Turner voerde opdrachten uit voor de Verengide Naties, universiteiten en ingenieursbureaus in het Verenigd Koninkrijk, Polen, Duitsland, Mexico en Nederland. Ook heeft hij een aantal jaren ervaring opgedaan als geologisch ingenieur bij de centrale overheid van Ontario in Canada. Na een sabbatical leave, die hij in 1988 doorbracht in Nederland, heeft hij voor de Navo een workshop over 3-dimensional modeling using geoscientific information systems georganiseerd. Sinds 1972 is hij werkzaam aan de Colorado School of Mines.

Prof. Tony Fretton AA Dip RIBA (1945) is per 1 juni 1999 in dienst getreden van de faculteit Bouwkunde als hoogleraar architectonisch ontwerpen.

Fretton studeerde in 1972 af aan de Architectural Association School of Architecture in Londen. Na een periode in dienst van diverse architectenbureaus is hij sinds 1980 eigenaar van het gerenommeerde architectenbureau Tony Fretton Architects (Londen). Dit bureau is vooral actief op het gebied van de binnenhuisarchitectuur. De activiteiten strekken zich uit van tentoonstellingsontwerp tot de inrichting van kantoren en winkels.

De leerstoel binnenhuisarchitectuur richt zich op onderzoek naar de relatie tussen het ruimtelijke concept en het ontwerp van binnenhuisarchitectuur. De decoratieve functie van materialen en de expressieve aspecten hiervan worden van bijzonder belang beschouwd.

Prof.dr.ir. P.M.J. van den Hof (1957) heeft vanaf 1 juni 1999 de leerstoel model-gebaseerd meten en regelen aanvaard bij de subfaculteit Technische Natuurkunde van de faculteit Technische Natuurwetenschappen.

Van den Hof heeft in 1982 zijn studie elektrotechniek aan de TU Eindhoven cum laude afgesloten, waarna hij in 1989 aan dezelfde universiteit zijn proefschrift on residual-based parametrization and identification of multiveriable systems met succes verdedigde. Sinds 1986 is hij in dienst van de TU Delft bij Werktuigbouwkunde. In 1992 was hij gastonderzoeker aan de University of Newcastle (Australië).

Het kernonderzoek van de leerstoel betreft het brede gebied van de meettechniek, signaalverwerking, modelvorming, systeemidentificatie en de modelgebaseerde regeltechniek van dynamische fysische processen. Doel is om op basis van fysische kennis en experimentele meetgegevens dynamische eigenschappen van processen in kaart te brengen, en op basis hiervan regelsystemen te ontwerpen die zorg dragen voor een optimale besturing. De bewerkte toepassingsvelden variëren van fysische meetinstrumenten (bijvoorbeeld microscopie), tot complexe industriële productieprocessen.

Prof.dr. G.J. Kearley (1950) is 1 augustus 1999 als hoogleraar in dienst treden bij de faculteit Technische Natuurwetenschappen als hoogleraar neutronenfysica. Zijn werkzaamheden voert hij uit binnen het Interfacultair Reactor Instituut (IRI). Het IRI vervult een nationale rol in het neutronenbundelonderzoek.

Na het afronden van een studie chemie aan de Woolwich Polytechnic in 1969 is Kearley een periode actief geweest in het bedrijfsleven. Hij is in 1980 gepromoveerd aan de University of East Anglia, Norwich op het onderwerp Phase transitions of NH4NO3 studied by vibrational spectroscopy. Vervolgens was hij post-doc bij de University of East Angliaen onderzoeksmedewerker bij het Institut Laue-Langevin (ILL). Vanaf 1994 is hij aan het hoofd gesteld van een groep die zich richt op software voor data-inspectie, -correctie, en -analyse en het gebruik van computermodellen om de wetenschappelijke output van het ILL te visualiseren.

Hoewel Kearley van huis uit chemicus is, heeft hij zich in de loop der jaren een grote expertise verworven op het gebied van de neutronenfysica. Naast de grote hoeveelheid publicaties van zijn hand heeft hij ook nog nieuwe instrumenten ontworpen voor dit onderzoeksgebied. Hij zal als afdelingshoofd van de afdeling stralingsfysica leiding geven aan de uitbouw van de onderzoeksfaciliteiten van het IRI.

Prof.dr. A.K. Turner (1941) trad 15 augustus 1999 in dienst als hoogleraar ingenieursgeologie bij de subfaculteit Technische Aardwetenschappen van de faculteit Civiele Techniek en Geowetenschappen. Keith Turner zal deze functie parttime vervullen voor een periode van drie jaar. Hij blijft tevens hoogleraar aan de Colorado School of Mines (USA).

Na zijn studie geologie aan de Queens University in Canada (1963) voltooide hij in 1969 zijn promotie-onderzoek bij de Purdue University, Indiana (USA).

Turner heeft speciale interesse voor de invloed van nieuwe informatietechnologieën op het gebruik van geowetenschappelijke informatie in de maatschappij. Hierbij ligt de nadruk op het toegankelijk maken van de beschikbare geologische informatie. Turner voerde opdrachten uit voor de Verengide Naties, universiteiten en ingenieursbureaus in het Verenigd Koninkrijk, Polen, Duitsland, Mexico en Nederland. Ook heeft hij een aantal jaren ervaring opgedaan als geologisch ingenieur bij de centrale overheid van Ontario in Canada. Na een sabbatical leave, die hij in 1988 doorbracht in Nederland, heeft hij voor de Navo een workshop over 3-dimensional modeling using geoscientific information systems georganiseerd. Sinds 1972 is hij werkzaam aan de Colorado School of Mines.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.