Studentenraad: overweeg extra numeri fixi

De studentenraad (sr) maakt zich zorgen om het aantal gewogen vooraanmeldingen. Dat getal lag afgelopen maandag op 4042. Daarbij moet gezegd worden dat studenten die zich voor drie opleidingen aanmelden, voor eenderde meetellen. In collegejaar 2011-2012 waren er bijna drieduizend eerstejaars die instroomden. In 2013 waren dat er ruim zeshonderd meer. 

Volgens de sr hebben zeven opleidingen zonder numerus fixus nu al meer aanmeldingen dan dat er vorig jaar aan instroom was. Het gaat om civiele techniek, technische aardwetenschappen, maritieme techniek, elektrotechniek, technische informatica, technische bestuurskunde en technische natuurwetenschappen.

De studenten maken zich vooral zorgen om de faculteiten Civiele Techniek en Geowetenschappen (CiTG) en 3mE. Bij de opleiding civiele techniek ligt het aantal gewogen vooraanmeldingen (547) al meer dan 25 procent hoger dan de instroom van vorig jaar (416). Bij technische aardwetenschappen is dat zo’n 15 procent (122 om 106). Had de faculteit in 2011 nog een instroom van 380 eerstejaars, volgens de sr zou dat dit jaar op zo’n zevenhonderd kunnen uitkomen.

De facultaire studentenraad en de studieverenigingen van CiTG maken zich volgens de sr zorgen om het aantal docenten en het wegvallen van het veldwerk bij technische aardwetenschappen. “Er zijn nu al best wat problemen op de faculteit: practica die niet worden ingeroosterd en op zaterdag worden gegeven, geen goede feedback voor studenten, collegezalen die te klein zijn, studieplekken die niet altijd voldoen en een bezettingsgraad van de bibliotheek van honderd procent”, zei Veerle Steenhuisen namens de sr bij een overleg met het college van bestuur.

Als de instroom groeit, kan de TU de kwaliteit niet meer garanderen, vond Steenhuisen. “Bedrijven geven aan dat ze liever één goede ingenieur hebben dan drie minder goede. We willen dat alle studenten een opleiding naar wens kunnen doen, maar niet als het ten koste gaat van de kwaliteit. Dus zeggen wij: neem een fixus in overweging.” Ook zouden er plannen moeten komen voor uitbreiding.

Collegelid Anka Mulder zei de zorgen van de sr te delen. Ze gaf aan dat CiTG en 3mE al extra middelen hadden gekregen en dat de fixus bij werktuigbouw oorspronkelijk voor één jaar was (2014-2015). Voor de korte termijn wil Mulder eerst even kijken hoe het loopt en dan proberen zo snel mogelijk te reageren. Ook wil ze met de decanen in gesprek.

Voor de langere termijn wil Mulder een principiële discussie. “Willen we een universiteit die klein en fijn is met zestienduizend studenten of willen we de onderwijscapaciteit verhogen? Willen we alleen onderzoek? Willen we een mix? Hoeveel geld willen we besteden aan onderwijs? Wat zijn de grootste problemen? Let wel: het is natuurlijk goed nieuws dat we een populaire universiteit zijn.”

Overigens gaf Mulder aan dat voor het college van bestuur ‘onderwijs en onderzoek onlosmakelijk met elkaar verbonden’ zijn. “We willen een universiteit van wereldklasse zijn. Hoe doe je dat? Via internationalisering en goed onderwijs. Dat doen we al heel goed. Naar de faciliteiten zullen we echt goed moeten kijken in de vastgoedstrategie.”

De TU heeft momenteel al numeri fixi bij bouwkunde, industrieel ontwerpen, luchtvaart- en ruimtevaarttechniek, werktuigbouwkunde en de nieuwe opleiding klinische technologie. Mulder gaf aan dat dat maatschappelijk slecht begrepen wordt, omdat Nederland het belangrijk vindt veel mensen in techniek op te leiden. Voorafgaand aan de discussie zei Mulder dan ook nog geen fixus voor maritieme techniek te willen invoeren, omdat ‘een fixus voor honderd studenten lastig is uit te leggen’.