Campus

Studentenadviesbureau

VSB BeurzenDe Verenigde Spaarbank (VSB) stelt in 1996 12 beurzen beschikbaar voor TU Delft studenten die na afronding van hun opleiding (eerste fase) een studie in het buitenland willen volgen of daar onderzoek willen doen, waarmee zij hun kennis kunnen verbreden of verdiepen.

De aanvullende studie moet minimaal 3 en mag maximaal 24 aaneengesloten maanden duren en moet binnen die periode af te ronden zijn. De beurs is niet bestemd voor stages.

Vóór 1 maart 1996 een aanvraagformulier inleveren bij het Studentenadviesbureau, waar ook meer informatie te krijgen is.

Beurs Nederlandse Hartstichting

De Nederlandse Hartstichting stelt zich tot doel het op enigerlei wijze bestrijden van hart- en vaatziekten. In dit kader stelt zij een beurs beschikbaar voor een veelbelovende TUD-student om hem/haar de mogelijkheid te beiden in de doctoraalfase van de studie een onderzoeksstage door te maken in een gerenommeerd onderzoekinstituut in binnen- of buitenland. Ook zij die het ingenieursexamen kort geleden (maximaal 1 jaar) hebben behaald kunnen in aanmerking komen. Het onderzoek dient zich te richten op het brede terrein van de bestrijding van hart- en vaatziekten. Dit betekent dat het van fundamenteel wetenschappelijke aard kan zijn of zeer toegepast zoals gezondheidsvoorlichting en opvoeding. Het kan ook patiëntgebonden onderzoek betreffen. Het deelnemen aan zogenaamde “clinical trials” valt niet binnen de criteria voor toewijzing. Tevens is het uitdrukkelijk de bedoeling dat de onderzoeksstage buiten het eigen onderzoekinstituut wordt doorgebracht. De stage zal minimaal vier maanden moeten duren. Een maximum tijd wordt niet gesteld. De stage hoeft niet noodzakelijk te vallen in het kalenderjaar waarin de aanvraag wordt ingediend. Wel is het de bedoeling dat dit uiterlijk 9 maanden na toekenning van de beurs het geval is. De maximale hoogte van de beurs bedraagt fl.6500,-. Kandidaten mogen op 1 mei 1996 niet ouder zijn dan 27 jaar. Bovendien moet men enige onderzoekservaring hebben opgedaan, initiatief tonen en in staat zijn redelijk zelfstandig het voorgestelde onderzoek te kunnen verrichten. De selectie vindt plaats door een commissie bestaande uit hoogleraren van de TU Delft. Aanvragen kunnen tot 15 maart 1996 worden ingediend bij het Studentenadviesbureau. Hier zijn ook de aanmeldingsformulieren verkrijgbaar.

Studiebeurzen Culturele Verdragen 1996-1997

Voor de volgende landen is er nog gelegenheid voor Nederlandse studenten/pas afgestudeerden tot het aanvragen van zomer- en studiebeurzen. Zomerbeurzen voor: Bulgarije, Hongarije, Roemenië, Rusland, Slowakije. Zomerbeurzen worden beschikbaar gesteld voor het volgen van cursussen tijdens de zomerperiode, meestal op het gebied van taal en cultuur, soms op een ander vakgebied.

Studiebeurzen (minimaal 3, maximaal 9 maanden) voor: Bulgarije, Egypte, Griekenland, Jordanië, Marokko, Mexico (alleen post-doctorale studies), Polen, Portugal, Roemenië, Rusland, Slovenië, Slowakije en Tsjechië. Voor alle landen geldt dat de aanvragen op 1 maart 1996 bij de Nuffic binnen dienen te zijn. Gedetailleerde informatie over de voorwaardenwaaraan kandidaten moeten voldoen, de aanmeldings- en selectieprocedure alsmede aanmeldingsformulieren zijn verkrijgbaar bij het Informatiecentrum van het Studentenadviesbureau.

Openingstijden balie CSA

De balie van de Centrale Studentenadministratie zal met ingang van 1 februari 1996 tussen de middag doorlopend geopend zijn. Tevens wordt de sluitingstijd gewijzigd van 16.00 uur in 16.45 uur. De openingstijden zijn dus voortaan dagelijks van 8.30-16.45 uur.
OV-kaart vergoeding

Met ingang van 1 februari 1996 is er een nieuwe regeling betreffende vergoeding OV-studentenkaart voor studenten die – in het kader van hun studie – een periode in het buitenland doorbrengen. Alle studenten die tenminste een maand in het buitenland gaan studeren of stage gaan lopen kunnen kiezen tussen een OV-studentenkaart of een maandelijkse vergoeding. De periode in het buitenland moet meetellen als onderdeel van de Nederlandse studie, je moet er studiepunten voor krijgen. Tegen inlevering van de OV-studentenkaart betaalt de IBG een vergoeding ter hoogte van fl.93,04 per maand voor het niet kunnen gebruiken van de kaart. De vergoeding moet aangevraagd worden vóór de eerste van de maand waarin het verblijf in het buitenland een aanvang neemt met het formulier: Student in het buitenland en de OV-studentenkaart (BO-formulier).

Degenen (niet-Erasmusstudenten) die op dit moment in het buitenland verblijven moeten derhalve vóór 1 februari een aanvraagformulier indienen en de OV-studentenkaart inleveren. Let op! Deze regeling is een andere dan de regeling voor studenten in het Erasmusprogramma.

De student die in het kader van een Erasmus uitwisselingsprogramma op of vóór 1 januari 1996 naar het buitenland is vertrokken, valt nog onder de oude regeling. Voor de gehele periode in het buitenland heeft deze student recht op een OV-studentenkaart en de maandelijkse vergoeding. De student moet hiervoor het oude formulier gebruiken namelijk het formulier Aanvraag OV-vergoeding bij uitwisselingsprogramma’s (OVU-formulier).

Aan studenten die voor 1 februari 1996 in ander verband dan van het Erasmusprogramma in het buitenland verbleven wordt door de IBG de vergoeding voor de OV-studentenkaart geweigerd, hun wordt aangeraden een bezwaarschrift in te dienen tegen de afwijzing van hun aanvraag. Meer informatie op het Studentenadviesbureau.

Eerstejaars en stoppen?

Sta je dit collegejaar voor het eerst in het hoger onderwijs ingeschreven en ben je niet erg gelukkig met je studiekeuze, dan kan het verstandig zijn je studiefinanciering voor 1 februari te beëindigen. Je reeds ontvangen beurs wordt dan niet omgezet in een rentedragende lening als je niet hebt voldaan aan de temponorm van 21 studiepunten. Je mag alleen niet opnieuw in hetzelfde collegejaar studiefinanciering aanvragen. Je hoeft je ook niet uit te schrijven als student, mocht je toch problemen krijgen wend je dan tot het Studentenadviesbureau. Let op! Je kunt ook met terugwerkendekracht je studiefinanciering opzeggen, je bent dan echter wel een boete verschuldigd wegens onrechtmatig bezit van de OV- studentenkaart ter hoogte van fl.150,- per halve maand.

Studentenadviesbureau, Julianalaan 134, 2628 BL Delft, tel. 015-2788012, open van 9.00-17.00 uur.
WETENSCHAPSWINKEL

De doelstelling van de Wetenschapswinkel is o.a. de op de TU aanwezige kennis toegankelijk te maken voor (georganiseerde) groepen in de samenleving, b.v. bewonersorganisaties of milieugroepen.

Bij de Wetenschapswinkel wordt een deel van de gestelde vragen beantwoord door de medewerkers zelf en een deel i.s.m. medewerkers van vakgroepen aan de TU. Ook is er een wisselend bestand van vragen waarvoor wij de medewerking zoeken van vrijwilligers, hetzij studenten hetzij net afgestudeerden.

Vragen waarvoor wij vrijwilligers zoeken:
Vraag 1300:

Bew. cie uit Koog aan de Zaan is tegen de openstelling van een busbaan in hun wijk. Zij vraagt de Wetenschapswinkel alternatieven te bedenken.
Gezocht: verkeerskundige.

Contact: Joost Meilof 015-2781092.
Vraag 1302:

Bew. cie uit Delft heeft problemen met de huidige straatindeling en vraagt de Wetenschapswinkel alternatieven te bedenken om te gebruiken in het overleg met de gemeente.
Gezocht: planoloog.

Contact: Joost Meilof 015-2781092.

Heb je interesse om aan één van deze vragen te werken, neem dan contact op met de bij de vraag genoemde medewerker of met het secretariaat van de Wetenschapswinkel, onder vermelding van het vraagnummer en/of de contactpersoon.

VSB Beurzen

De Verenigde Spaarbank (VSB) stelt in 1996 12 beurzen beschikbaar voor TU Delft studenten die na afronding van hun opleiding (eerste fase) een studie in het buitenland willen volgen of daar onderzoek willen doen, waarmee zij hun kennis kunnen verbreden of verdiepen. De aanvullende studie moet minimaal 3 en mag maximaal 24 aaneengesloten maanden duren en moet binnen die periode af te ronden zijn. De beurs is niet bestemd voor stages.

Vóór 1 maart 1996 een aanvraagformulier inleveren bij het Studentenadviesbureau, waar ook meer informatie te krijgen is.

Beurs Nederlandse Hartstichting

De Nederlandse Hartstichting stelt zich tot doel het op enigerlei wijze bestrijden van hart- en vaatziekten. In dit kader stelt zij een beurs beschikbaar voor een veelbelovende TUD-student om hem/haar de mogelijkheid te beiden in de doctoraalfase van de studie een onderzoeksstage door te maken in een gerenommeerd onderzoekinstituut in binnen- of buitenland. Ook zij die het ingenieursexamen kort geleden (maximaal 1 jaar) hebben behaald kunnen in aanmerking komen. Het onderzoek dient zich te richten op het brede terrein van de bestrijding van hart- en vaatziekten. Dit betekent dat het van fundamenteel wetenschappelijke aard kan zijn of zeer toegepast zoals gezondheidsvoorlichting en opvoeding. Het kan ook patiëntgebonden onderzoek betreffen. Het deelnemen aan zogenaamde “clinical trials” valt niet binnen de criteria voor toewijzing. Tevens is het uitdrukkelijk de bedoeling dat de onderzoeksstage buiten het eigen onderzoekinstituut wordt doorgebracht. De stage zal minimaal vier maanden moeten duren. Een maximum tijd wordt niet gesteld. De stage hoeft niet noodzakelijk te vallen in het kalenderjaar waarin de aanvraag wordt ingediend. Wel is het de bedoeling dat dit uiterlijk 9 maanden na toekenning van de beurs het geval is. De maximale hoogte van de beurs bedraagt fl.6500,-. Kandidaten mogen op 1 mei 1996 niet ouder zijn dan 27 jaar. Bovendien moet men enige onderzoekservaring hebben opgedaan, initiatief tonen en in staat zijn redelijk zelfstandig het voorgestelde onderzoek te kunnen verrichten. De selectie vindt plaats door een commissie bestaande uit hoogleraren van de TU Delft. Aanvragen kunnen tot 15 maart 1996 worden ingediend bij het Studentenadviesbureau. Hier zijn ook de aanmeldingsformulieren verkrijgbaar.

Studiebeurzen Culturele Verdragen 1996-1997

Voor de volgende landen is er nog gelegenheid voor Nederlandse studenten/pas afgestudeerden tot het aanvragen van zomer- en studiebeurzen. Zomerbeurzen voor: Bulgarije, Hongarije, Roemenië, Rusland, Slowakije. Zomerbeurzen worden beschikbaar gesteld voor het volgen van cursussen tijdens de zomerperiode, meestal op het gebied van taal en cultuur, soms op een ander vakgebied.

Studiebeurzen (minimaal 3, maximaal 9 maanden) voor: Bulgarije, Egypte, Griekenland, Jordanië, Marokko, Mexico (alleen post-doctorale studies), Polen, Portugal, Roemenië, Rusland, Slovenië, Slowakije en Tsjechië. Voor alle landen geldt dat de aanvragen op 1 maart 1996 bij de Nuffic binnen dienen te zijn. Gedetailleerde informatie over de voorwaardenwaaraan kandidaten moeten voldoen, de aanmeldings- en selectieprocedure alsmede aanmeldingsformulieren zijn verkrijgbaar bij het Informatiecentrum van het Studentenadviesbureau.

Openingstijden balie CSA

De balie van de Centrale Studentenadministratie zal met ingang van 1 februari 1996 tussen de middag doorlopend geopend zijn. Tevens wordt de sluitingstijd gewijzigd van 16.00 uur in 16.45 uur. De openingstijden zijn dus voortaan dagelijks van 8.30-16.45 uur.
OV-kaart vergoeding

Met ingang van 1 februari 1996 is er een nieuwe regeling betreffende vergoeding OV-studentenkaart voor studenten die – in het kader van hun studie – een periode in het buitenland doorbrengen. Alle studenten die tenminste een maand in het buitenland gaan studeren of stage gaan lopen kunnen kiezen tussen een OV-studentenkaart of een maandelijkse vergoeding. De periode in het buitenland moet meetellen als onderdeel van de Nederlandse studie, je moet er studiepunten voor krijgen. Tegen inlevering van de OV-studentenkaart betaalt de IBG een vergoeding ter hoogte van fl.93,04 per maand voor het niet kunnen gebruiken van de kaart. De vergoeding moet aangevraagd worden vóór de eerste van de maand waarin het verblijf in het buitenland een aanvang neemt met het formulier: Student in het buitenland en de OV-studentenkaart (BO-formulier).

Degenen (niet-Erasmusstudenten) die op dit moment in het buitenland verblijven moeten derhalve vóór 1 februari een aanvraagformulier indienen en de OV-studentenkaart inleveren. Let op! Deze regeling is een andere dan de regeling voor studenten in het Erasmusprogramma.

De student die in het kader van een Erasmus uitwisselingsprogramma op of vóór 1 januari 1996 naar het buitenland is vertrokken, valt nog onder de oude regeling. Voor de gehele periode in het buitenland heeft deze student recht op een OV-studentenkaart en de maandelijkse vergoeding. De student moet hiervoor het oude formulier gebruiken namelijk het formulier Aanvraag OV-vergoeding bij uitwisselingsprogramma’s (OVU-formulier).

Aan studenten die voor 1 februari 1996 in ander verband dan van het Erasmusprogramma in het buitenland verbleven wordt door de IBG de vergoeding voor de OV-studentenkaart geweigerd, hun wordt aangeraden een bezwaarschrift in te dienen tegen de afwijzing van hun aanvraag. Meer informatie op het Studentenadviesbureau.

Eerstejaars en stoppen?

Sta je dit collegejaar voor het eerst in het hoger onderwijs ingeschreven en ben je niet erg gelukkig met je studiekeuze, dan kan het verstandig zijn je studiefinanciering voor 1 februari te beëindigen. Je reeds ontvangen beurs wordt dan niet omgezet in een rentedragende lening als je niet hebt voldaan aan de temponorm van 21 studiepunten. Je mag alleen niet opnieuw in hetzelfde collegejaar studiefinanciering aanvragen. Je hoeft je ook niet uit te schrijven als student, mocht je toch problemen krijgen wend je dan tot het Studentenadviesbureau. Let op! Je kunt ook met terugwerkendekracht je studiefinanciering opzeggen, je bent dan echter wel een boete verschuldigd wegens onrechtmatig bezit van de OV- studentenkaart ter hoogte van fl.150,- per halve maand.

Studentenadviesbureau, Julianalaan 134, 2628 BL Delft, tel. 015-2788012, open van 9.00-17.00 uur.
WETENSCHAPSWINKEL

De doelstelling van de Wetenschapswinkel is o.a. de op de TU aanwezige kennis toegankelijk te maken voor (georganiseerde) groepen in de samenleving, b.v. bewonersorganisaties of milieugroepen.

Bij de Wetenschapswinkel wordt een deel van de gestelde vragen beantwoord door de medewerkers zelf en een deel i.s.m. medewerkers van vakgroepen aan de TU. Ook is er een wisselend bestand van vragen waarvoor wij de medewerking zoeken van vrijwilligers, hetzij studenten hetzij net afgestudeerden.

Vragen waarvoor wij vrijwilligers zoeken:
Vraag 1300:

Bew. cie uit Koog aan de Zaan is tegen de openstelling van een busbaan in hun wijk. Zij vraagt de Wetenschapswinkel alternatieven te bedenken.
Gezocht: verkeerskundige.

Contact: Joost Meilof 015-2781092.
Vraag 1302:

Bew. cie uit Delft heeft problemen met de huidige straatindeling en vraagt de Wetenschapswinkel alternatieven te bedenken om te gebruiken in het overleg met de gemeente.
Gezocht: planoloog.

Contact: Joost Meilof 015-2781092.

Heb je interesse om aan één van deze vragen te werken, neem dan contact op met de bij de vraag genoemde medewerker of met het secretariaat van de Wetenschapswinkel, onder vermelding van het vraagnummer en/of de contactpersoon.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.