Onderwijs

Sterke sportvrouwen

In het kader van Internationale Vrouwendag werden dinsdagavond in het cultuurgebouw drie ‘sterke sportvrouwen’ geïnterviewd. Naast twee aan de TU studerende topsporttalenten, handboogschutster Sietske Visser en zeilster Maxime Jonker, was wielrenster Marianne Vos de blikvanger.

Wat gaat er om in het hoofd van Marianne Vos, als zij urenlang op haar fiets zit?, luidde een interessante vraag uit het publiek. “Ik train alleen”, vertelde de meervoudig kampioene. “Ik ben dan vrij in denken en geniet van de omgeving. Tijdens een wedstrijd ben je voortdurend bezig met tactiek bepalen. Je hebt afspraken met je team, er wordt veel gecommuniceerd tijdens een race. Dat houdt je continu bezig in je hoofd.”

Het was niet Vos’ eerste kennismaking met de TU. Voor de Spelen van 2008 bezocht zij er de windtunnel. Zittend op haar fiets, in haar aero suit, werd van alles getest. De positie op de fiets, allerlei lichaamshoudingen. De waardevolle resultaten past zij nog steeds toe, “maar uiteindelijk moet je toch vooral zo hard mogelijk op de pedalen duwen en ervoor gaan”.

Aan interviewster Evelyne Esveld vertelde zij over haar liefde voor de wielersport, over haar eerste racefietsje toen ze 6 was en het moment dat ze doorhad dat ze prof ging worden. Ze was 17, kwam thuis van het junioren-WK met een gouden medaille. “Ineens wist ik: dit is mijn toekomst.” De juiste mentaliteit had ze al. “Als kind wilde ik al de beste zijn, geen compromissen sluiten. Ik leefde al als een atlete.”

Ze wil de vreugde en de voldoening die zij zelf beleeft aan sport aan anderen doorgeven. Vrouwen hebben over van alles twijfels, volgens Vos. Die twijfels wil ze graag wegnemen. Ze geeft daarom clinics en lezingen. Op haar initiatief is er met la Course weer een vrouwelijke variant van de Tour de France opgezet. Activiteiten die passen bij de wereldwijde campagne om vrouwen en meisjes aan het wielrennen te brengen.

Vos ging ook in op de verschillen en overeenkomsten met mannen op topniveau. “Vrouwen fietsen vaak kortere afstanden, maar rijden zo wel altijd van begin tot eind een ‘finale’. Er zijn fysieke verschillen, maar de sport, de passie, de emoties zijn precies hetzelfde. Alleen het prijzengeld is nog slechts een tiende van dat van mannen. Het vrouwenfietsen groeit, ook in de media-aandacht, maar er is nog een lange weg te gaan.”

Bijna een jaar was zij vanwege overtraindheid uit de running. Het was een van haar waardevolste periodes uit haar carrière. “Ik ontdekte dat geluk niet zit in resultaten. Dat wist ik al, maar ik handelde er niet naar. Ik ging steeds maar weer voor de volgende medaille. De les: leef voor het moment en wees dankbaar voor wat je hebt.”

Komend weekend rijdt ze voor het eerst weer een wedstrijd. Om ritme op te doen. Jazeker, ‘Rio’ lonkt, maar eerst wil ze terugkomen aan de top. Jammer dat er slechts een handjevol mensen was afgekomen op deze boeiende avond.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.