Campus

[Serie] Onderweg naar Tokio: roeier Roos de Jong

Delftse topsporters maken kans op deelname aan de Olympische Spelen in Japan. Hoe ziet hun leven eruit en hoe staan ze ervoor? In deel 7: roeier Roos de Jong.

Roos de Jong is samen met Lisa Scheenaard gekwalificeerd voor Tokio in de dubbeltwee. (Foto: Sam Rentmeester)

  • Wie: Roos de Jong, 23 augustus 1993 (27 jaar)
  • Studie: Bouwkunde, master
  • Sport: Roeien
  • Vereniging: DSR Proteus-Eretes
  • Ploeg: ANRT (Aegon Nationaal Roei Team), dubbeltwee (met Lisa Scheenaard)
  • Positie: Boeg
  • Status: Boot gekwalificeerd

De Spelen van 2020 gingen niet door, terwijl je je leven daarop had ingesteld. Hoe bleef je gemotiveerd, met alle onzekerheden daarna?
“Nadat Lisa en ik de dubbeltwee hadden gekwalificeerd voor Tokio, in 2019, ging de selectie weer open. Dat was een tegenvaller. Daarna kwam die afgelasting en volgde een onduidelijke periode. Het waren allemaal momenten dat ik moest schakelen, mijn doelen moest bijstellen. Ik ging nadenken over mijn studie en alle opofferingen: is het dit allemaal nog waard?
Maar ik houd van roeien, had er tien jaar in geïnvesteerd en wilde er niet mee stoppen. We roeien sinds 2017 samen. Er zat progressie in, dan wil je zo’n project ook afmaken. Het kostte wel even wat tijd om weer met de juiste motivatie aan de slag te gaan.”

Kwam er intussen wat van je bouwkundestudie terecht?
“Vanaf de zomer van 2019 wilde ik mij een jaar volledig focussen op de Spelen. Dat is twee jaar geworden. Ik wilde niet half aan een afstudeerproject beginnen. Een lastige keuze, maar ik dacht ook: afstuderen kan altijd nog.”

‘Het bevalt goed om niet continu met zijn allen bij elkaar te zijn’

Welke invloed had de coronacrisis op je trainingsmogelijkheden?
“We mochten buiten trainen, alleen. Daarom roeide ik veel in de skiff, de eenmansboot. En we konden fietsen. Krachttraining en trainingen op de ergometer deed ik thuis met materiaal uit het krachthonk op de Bosbaan. De ergometer staat nog steeds thuis. Het bevalt goed om niet continu met zijn allen bij elkaar te zijn, zoals in het vaste stramien. Dat was een ontdekking.”

Sinds september 2020 zitten jullie weer in de dubbeltwee. Hoe bevalt zo’n intense samenwerking? 
“Het geeft vertrouwen om ook na selecties weer samen in de boot te komen. Ik kan goed opschieten met Lisa, maar we verschillen natuurlijk ook. Je hebt dezelfde droom, maar onderweg kom je ieder je eigen obstakels tegen. Je moet open en eerlijk tegen elkaar zijn, en als je maar met z’n tweeën bent wordt het soms persoonlijk. We zijn daarin gegroeid.”

Jullie waren vierde op het EK. Wat zijn jullie kansen in Japan?
“Het wordt spannend, de snelheden liggen dicht bij elkaar. Roemenië en Nieuw-Zeeland zijn heel sterk. Drie jaar geleden dacht ik niet dat we nu voor een medaille zouden kunnen gaan. Ik droom van goud, maar zilver of brons lijkt mij ook mooi.”

Wat verwacht je van de ambiance?
“Het zal de gebruikelijke charme van de Spelen missen zo zonder publiek. Je kunt je ervaringen ter plekke niet delen met de vrienden en familie die je al die jaren hebben gesteund. Anderzijds is het een hele opluchting dat het doorgaat.”

Mis je het studentenleven?
“Soms. Ik mis het studeren zelf, het met je hoofd bezig zijn. De projecten op Bouwkunde. Twee jaar zonder is echt lang. Het wordt straks spannend om weer te beginnen. De architectuurwereld staat niet stil. En er zullen andere studiegenoten zijn.”

Lees ook de eerdere delen uit deze serie:

Jimmy Tigges / Redacteur Sport

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.