Wetenschap

Self-driving vehicles as public transport

Een chauffeurloze taxi die je na college vanaf het station zo afzet voor je huis – geen fooi nodig. Toekomstmuziek, volgens civiel ingenieur Louise Hamilton.

Onderzoek: ‘Self-driving vehicles as public transport in Rotterdam’
Eindcijfer: 7

Je moet hem delen met andere passagiers en sneller dan twintig kilometer per uur rijdt ‘ie niet, maar een zelfbesturend voertuig als voor- en navervoer van het openbaar vervoer kan weleens dé grote concurrent worden van de fiets, bus en tram, denkt Louise Hamilton (25).

Is een zelfbesturend voertuig een goed alternatief voor de fiets van en naar het openbaar vervoer, is de hamvraag. “De Google Car is een groot succes: hij rijdt bijna nooit ergens tegenaan. Het gerucht gaat dat Apple bezig is met een concurrent. En in Ede-Wageningen gaat binnenkort een pilot van start met een klein, self-driving vehicle dat zo’n twintig kilometer per uur rijdt.” Hamilton bouwde voor de stadsregio Rotterdam een verkeersmodel dat berekent in hoeverre zo’n onbemand voertuig een welkome aanvulling is op ander transport van en naar het openbaar vervoer in de havenstad.

Tussen bedrijvenpark Rivium en metrostation Kralingse Zoom rijdt sinds jaren een zelfbesturend busje, gestuurd door sensoren in de weg. “Dat heb ik natuurlijk meegenomen in mijn onderzoek”, zegt Hamilton. “Het is absoluut rendabel, want dagelijks maken er 1100 passagiers gebruik van.”

De vraag is wat er gebeurt wanneer je een kleiner voertuig in het leven roept, dat een flexibel traject aflegt op basis van de vraag van de passagier. Daarvoor onderzocht Hamilton het openbaar vervoer van en naar Rotterdam-The Hague Airport en industrieterrein Spaanse Polder. Ze vroeg reizigers of ze gebruik zouden maken van zo’n self-driving vehicle, en hoe vaak dan. 25 tot 60 procent van OV-reizigers zou het overwegen. “Bij het vliegveld komt dat neer op zo’n tweehonderd passagiers per dag, en dat is te weinig. Maar dat het een goed alternatief is voor het bestaande navervoer van het OV, is duidelijk. Richting grote winkelcentra bijvoorbeeld.” En niet alleen vanwege de flexibele verbinding; ook qua kostenplaatje is het vervoermiddel interessant. Hamilton: “Je bespaart de kosten van een bestuurder – één van de grootste posten op de begroting van het openbaar vervoer.”

Er zijn nog wel mitsen en maren. “Wetgeving, bijvoorbeeld. Want die zegt dat een voertuig altijd een bestuurder moet hebben. En dan moet er nog een knop om bij de gebruiker, want vertrouw je het, instappen in een auto zonder bestuurder? Bovendien: áls het fout gaat, wie is dan verantwoordelijk?” Hamilton ziet haar onderzoek vooral als een goed begin voor verder onderzoek. “Het is de eerste keer dat dit soort voertuigen én het voor- en natransport in een model worden gestopt. Daarnaast is mijn model breed toepasbaar, want fietsen en lopen kun je er ook in meenemen. Dat maakt het voor gemeentes heel interessant.”

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.