Campus

Rector over groeistrategie: ‘Als dit het niet wordt, groeien we ook’

De ‘consultatieronde’ over profiel en omvang van de TU Delft zit erop. Volgens het college van bestuur is er steun voor groei. “Het ging ons om de manier van denken.”

Tim van der Hagen: “We hebben samen nagedacht over de toekomst, in plaats van maar door te rennen en elk jaar geconfronteerd te worden met weer meer studenten.” (Foto: Justyna Botor)

Het waren grootse ideeën voor de toekomst waar het college van bestuur (cvb) afgelopen september studenten en medewerkers mee verraste: een TU Delft die de komende tien jaar groeit naar 40 duizend studenten op nieuwe campussen in Den Haag en Rotterdam. Concrete plannen waren er nog niet, aanleidingen wel: een samenleving die ingenieurs nodig zou hebben en een groei die toch wel komt, ook al denk je dat het maximum is bereikt.

De afgelopen twee maanden hebben alle ondersteunende diensten en faculteiten met bijeenkomsten en via nieuwsbrieven en mails meningen opgehaald van studenten en medewerkers over het toekomstscenario dat het cvb voor ogen heeft. Deze ‘consultatieronde’ leverde 165 pagina’s feedback (die begin volgend jaar openbaar worden) op, blijkt uit een presentatie die vorige week is gegeven aan directeuren, decanen en andere hogere managers. De boodschap die het cvb daaruit haalt, is dat er binnen de TU draagvlak is voor het verder verkennen van groei.

Hoe kijkt rector magnificus en collegevoorzitter Tim van der Hagen terug op de consultatieronde? En hoe gaat het nu verder?

Welk gevoel overheerst bij u nu de consultatieronde klaar is?
“Ik zie dat sommige mensen vol gaan voor groei, terwijl anderen vooral vragen hebben. Ik vind het heel Delfts hoe mensen erin zitten. Daar ben ik blij mee. Los van de uitkomst is de consultatieronde op zichzelf goed geweest, omdat we samen hebben nagedacht over de toekomst, in plaats van maar door te rennen en elk jaar geconfronteerd te worden met weer meer studenten. Want zo is het gegaan: door autonome groei zijn we de afgelopen vijftien jaar verdubbeld in omvang. We merken de overlast in de stad, dat het moeilijk is voor studenten om huisvesting te vinden, dat de werkdruk van medewerkers hoog is en dat de faciliteiten beperkt zijn.”

U vroeg mensen tijdens de consultatieronde om mee te denken over het voorkeursscenario van het cvb: groei naar 40 duizend studenten met nieuwe campussen in Rotterdam en Den Haag. Hoeveel ruimte was er voor een andere mening?
“Dat getal is een eigen leven gaan leiden. Het ging ons er vooral om de manier van denken, in termen van groei.”

‘Het is typisch Delfts om meteen te vragen: hoe dan, wat dan, waar dan’

In het advies waaruit u uw voorkeursscenario haalde, stond dat getal wel genoemd. Ook stond daarbij dat het ging om twaalfduizend studenten in Rotterdam en 2500 in Den Haag. Dat leek duidelijk.
“Waar is die 40 duizend vandaan gekomen? Het moest een aansprekend beeld zijn. Hadden we 30 duizend gezegd, dan hadden mensen gedacht ‘poeh, dan moet ik nog harder en efficiënter gaan werken’. Dat is geen mind change. Maar noem je een groter getal, 40 duizend, dan voel je ‘dat is een heel andere TU Delft’. Die modus sprak ons aan. Daar zitten positieve kanten aan, daar zitten risico’s en zorgen aan. Daar moeten het samen over hebben.”

Terug naar de vraag: was er ruimte voor echt andere meningen, voor andere toekomstscenario’s?
“Ik vind het heel waardevol om te horen over risico’s en zorgen, omdat ik daar in mijn enthousiasme misschien aan voorbij loop. Ik nodig mensen echt uit: mail ons, laat je horen. Dat kan nog steeds. Het komend half jaar gaan we met tal van werkgroepen aan de slag, met open meetings. Ook dat zijn allemaal mogelijkheden voor mensen om hun mening te geven.
Maar eerlijk, er is maar één variant: groei in plaats van krimp. Hoe, wat en waar, dat is waar we het over gaan hebben. We zijn heel blij dat mensen het eens zijn over de basisvraag: dat we verantwoordelijkheid willen nemen voor groei omdat er vraag is naar meer technisch opgeleide mensen.”

Waar is precies vraag naar en hoe groot is die vraag? Tijdens een gemeenschappelijke vergadering met de ondernemings- en studentenraden had u geen antwoord op die vragen.
“Omdat ik nog niet in dat stadium ben. Ik ben aan de voorkant, bij de verantwoordelijkheid van de TU Delft om meer ingenieurs af te leveren. Toen we als cvb merkten dat die vraag er lag, hebben we een advies laten opstellen. Dat luidde: geef jezelf de ruimte om te denken in termen van groei, om bewust meer studenten naar je toe trekken om meer ingenieurs af te leveren. Dat sprak ons aan, maar we wilden weten hoe de rest onze gemeenschap daarover denkt. We hebben met de consultatieronde heel vroegtijdig een uitvraag gedaan. Er was nog geen plan. Die kritiek heb ik de afgelopen maanden ook wel teruggekregen. Het is typisch Delfts om meteen te vragen: hoe dan, wat dan, waar dan.”

Aan de basis van de groeistrategie ligt het uitgangspunt dat de Nederlandse samenleving meer ingenieurs nodig heeft. Je zou verwachten dat je dan weet wat voor ingenieurs dat zijn.
“Natuurlijk hebben we daar beelden bij, maar het werkt anders. Het denken in termen van groei is een enorme verandering, want zo hebben we nog nooit gedacht. Daar komt bij dat we nu voor het eerst kijken naar andere plekken dan de campus van de TU Delft om die groei mogelijk te maken. Als we het daarover eens zijn, komen pas de vervolgvragen.”

‘Ik denk niet zo graag in onmogelijkheden’

Welke adviezen hebben jullie van medewerkers gehad?
“Uit de consultatieronde krijgen we duidelijk terug dat de Delfste can do-mentaliteit en het oplossingsgerichte denken behouden moeten blijven. Mensen hebben ook gewezen op de voordelen van andere denkrichtingen uit het advies, zoals de student village (meer wonen en leven op de campus, red.) en online onderwijs, dat laatste niet als unieke oplossing maar in hybride vorm. Ook interessant is het idee om adaptieve plannen te maken. Zorg dat je op elk moment kunt stoppen en kunt zeggen: dit is voorlopig het eindpunt. Ik wil het beeld wegnemen dat er ineens vijftienduizend studenten bij komen. Dat is onmogelijk.”

Groei kan pas als er geld voor is. Komt dat er?
“Meer studenten betekent meer geld, maar dat is niet kostendekkend, dus heel simpel: we hebben hier de overheid en het bedrijfsleven bij nodig. Iedereen is enthousiast. Op een gegeven moment zullen wij wel zeggen: wat betekent jullie enthousiasme?”

Hoe groot is de kans dat jullie voorkeursscenario het toch niet wordt?
“Je moet wel beseffen: als dit het niet wordt, groeien we ook. De stap naar extra groei en multicampus verlicht in onze ogen het probleem van de autonome groei.”

Toch even praktisch. De groei moet als het aan u ligt plaatsvinden in Rotterdam en Den Haag, omdat het in Delft niet past. Maar ook die steden zitten krap.
“Rotterdam ziet ons heel graag komen met studentenhuisvesting. De cultuurcampus in Rotterdam-Zuid is helemaal in ontwikkeling. Den Haag is lastiger qua huisvesting. Lukt het om daar een campus te openen? Dat weten we niet. Zover zijn we ook niet. Eerst maar eens nadenken over het idee van een campus elders.”

Maar waarom zou je die weg inslaan als je nu al weet dat het daar niet past?
“Ik denk niet zo graag in onmogelijkheden. In Rotterdam kan het zeker en we hebben ook uitnodigingen van andere burgemeesters. Of het nou Westland of Dordrecht is, of alles daar tussenin: iedereen wil de TU Delft hebben. Maar het moet ons helpen, het moet de samenleving helpen.
We hebben onze gemeenschap heel vroegtijdig ingelicht, bewust zonder eerst van alles te hebben uitgerekend. Als mensen hadden gezegd ‘belachelijk, nooit doen, wij blijven in Delft en we gaan terug naar vijftienduizend studenten’ hadden we een heel andere opgave. Maar dat zegt niemand. Iedereen deelt de zorgen over de autonome groei, iedereen onderschrijft de vraag naar ingenieurs. Hoe we dat precies gaan accommoderen, daar moeten we het nog wel even over hebben en daar hebben we het komende half jaar de tijd voor. Daarna moeten we een scherper beeld hebben.”

  • Lees ook ons eerdere interview met Tim van der Hagen, dat plaatsvond aan de vooravond van de consultatieronde.
  • Of lees terug wat er stond in het advies waarop het college van bestuur zich baseert.
  • Wij organiseerden onze eigen consultatie. Zo spraken we met een kritische gemeenteraad en vroegen we studenten en docenten naar hun mening over de groeistrategie.
  • Columnist Bob van Vliet schreef een column over de vorm van de consultatieronde.
Hoofdredacteur Saskia Bonger

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

s.m.bonger@tudelft.nl

Comments are closed.