Campus

Promovenda houdt schuifdakproducent een spiegel voor

Als een van de stappen om een product te ontwikkelen niet optimaal verloopt, nemen producenten dat vaak voor lief. Met het model van IO/TBM-promovendus dr.i

r. Regine Vroom hoeft dat niet meer.

Schuifdaken of het binnenwerk van elektrisch bedienbare spiegels van een auto zijn complexe producten, stelt Regine Vroom. Om ze precies zo te maken zoals de automobielindustrie dat wil, hebben toeleveranciers van deze onderdelen een woud van documenten nodig, zoals productspecificaties, tekeningen, kwaliteitstesten en marktinformatie.

Vroom ontwikkelde schema’s die een overzicht geven van het hele product- en procesontwikkelingstraject, door veel mensen in de verschillende bedrijven te interviewen en in allerlei papieren te duiken. Via die schema’s kan meneer X van deelproces A snel zien met wie hij moet praten als hij iets in zijn deelproces wil veranderen. Hij ziet dan bijvoorbeeld dat die verandering ook effect heeft op het werk van meneer Y van afdeling B en mevrouw Z van afdeling C.

,,Toen ik met mijn promotie-onderzoek begon was die informatie bij toeleveranciers van autofabrikanten als Ford, BMW en Rover nogal verspreid aanwezig”, vertelt Vroom, die in april promoveerde. ,,Het overzicht over het traject van een idee tot serieproductie van bijvoorbeeld een autospiegel was er niet. Dat levert problemen op, als je dat traject wilt optimaliseren.”

Het wordt daarom vaak voor lief genomen als een van de stappen om het product te ontwikkelen niet optimaal verloopt, vertelt Vroom. Als er namelijk iets veranderd wordt aan het productieproces of de productspecificaties, dan heeft dat op andere plaatsen in het bedrijf ook effect. ,,Je kunt de informatie wel in een datamanagementsysteem zetten, maar dan automatiseer je bestaande problemen gewoon mee.”

Vrooms manier van informatie in kaart brengen werkt als een soort fototoestel. Het is een momentopname van de situatie bij dat bedrijf. ,,De bedrijven zouden zelf verder moeten gaan met de spiegel die hen op dat moment wordt voorgehouden.” Bij twee van de drie bedrijven is dat ook gebeurd. Daar is iemand aangesteld die het beheer over het totale ontwikkelingstraject heeft. ,,Een hele vooruitgang”, volgens Vroom.

De promovenda ontwikkelde ook een softwaretool om alle informatie overzichtelijk in diagrammen weer te geven en met elkaar in verband te brengen. In 1996 had ze de basis voor het model af, maar was de programmatuur nog niet uitontwikkeld. Een softwarebedrijf wilde toen wel verder met de applicatie, maar dat liep mis omdat Vrooms onderzoek drie jaar bijna stil kwam te liggen toen ze werd benoemd als kwaliteitsmanager onderwijs bij industrieel ontwerpen.

De verschillende bedrijven zijn intussen wel aan de slag gegaan met de ideeën en bevindingen van Vroom. En de tool? Die is voorlopig in de kast verdwenen; in tegenstelling tot het proefschrift, dat door de bedrijven met blijdschap in ontvangst werd genomen.

Als een van de stappen om een product te ontwikkelen niet optimaal verloopt, nemen producenten dat vaak voor lief. Met het model van IO/TBM-promovendus dr.ir. Regine Vroom hoeft dat niet meer.

Schuifdaken of het binnenwerk van elektrisch bedienbare spiegels van een auto zijn complexe producten, stelt Regine Vroom. Om ze precies zo te maken zoals de automobielindustrie dat wil, hebben toeleveranciers van deze onderdelen een woud van documenten nodig, zoals productspecificaties, tekeningen, kwaliteitstesten en marktinformatie.

Vroom ontwikkelde schema’s die een overzicht geven van het hele product- en procesontwikkelingstraject, door veel mensen in de verschillende bedrijven te interviewen en in allerlei papieren te duiken. Via die schema’s kan meneer X van deelproces A snel zien met wie hij moet praten als hij iets in zijn deelproces wil veranderen. Hij ziet dan bijvoorbeeld dat die verandering ook effect heeft op het werk van meneer Y van afdeling B en mevrouw Z van afdeling C.

,,Toen ik met mijn promotie-onderzoek begon was die informatie bij toeleveranciers van autofabrikanten als Ford, BMW en Rover nogal verspreid aanwezig”, vertelt Vroom, die in april promoveerde. ,,Het overzicht over het traject van een idee tot serieproductie van bijvoorbeeld een autospiegel was er niet. Dat levert problemen op, als je dat traject wilt optimaliseren.”

Het wordt daarom vaak voor lief genomen als een van de stappen om het product te ontwikkelen niet optimaal verloopt, vertelt Vroom. Als er namelijk iets veranderd wordt aan het productieproces of de productspecificaties, dan heeft dat op andere plaatsen in het bedrijf ook effect. ,,Je kunt de informatie wel in een datamanagementsysteem zetten, maar dan automatiseer je bestaande problemen gewoon mee.”

Vrooms manier van informatie in kaart brengen werkt als een soort fototoestel. Het is een momentopname van de situatie bij dat bedrijf. ,,De bedrijven zouden zelf verder moeten gaan met de spiegel die hen op dat moment wordt voorgehouden.” Bij twee van de drie bedrijven is dat ook gebeurd. Daar is iemand aangesteld die het beheer over het totale ontwikkelingstraject heeft. ,,Een hele vooruitgang”, volgens Vroom.

De promovenda ontwikkelde ook een softwaretool om alle informatie overzichtelijk in diagrammen weer te geven en met elkaar in verband te brengen. In 1996 had ze de basis voor het model af, maar was de programmatuur nog niet uitontwikkeld. Een softwarebedrijf wilde toen wel verder met de applicatie, maar dat liep mis omdat Vrooms onderzoek drie jaar bijna stil kwam te liggen toen ze werd benoemd als kwaliteitsmanager onderwijs bij industrieel ontwerpen.

De verschillende bedrijven zijn intussen wel aan de slag gegaan met de ideeën en bevindingen van Vroom. En de tool? Die is voorlopig in de kast verdwenen; in tegenstelling tot het proefschrift, dat door de bedrijven met blijdschap in ontvangst werd genomen.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.