Onderwijs

‘Owee-feesten niet geschikt voor moslims’

Islamitische studenten worden niet gauw lid van een algemene studentenvereniging. Student luchtvaart- en ruimtevaarttechniek Ehab El Amam richtte twee jaar geleden samen met drie anderen de moslimvereniging Ibn Firnas op.

“Gezelligheid is niet het belangrijkste doel van onze vereniging. We willen ook andere mensen helpen.”

Het is deze week ontvangstweek voor de nieuwe eerstejaars studenten. Denk je dat daar veel islamitische studenten aan meedoen?

“Kijk eens naar het programma van de Owee, met al die feesten. Dat is niet erg geschikt voor moslims. Wij mogen geen alcohol drinken. Natuurlijk, je kunt wel cola drinken, maar de rest drinkt bier. Daardoor hangt er een sfeer die voor moslims niet echt leuk is. Vergelijk het met drugs. Stel, je hebt een zoon of een dochter, dan zul je hem zeggen dat hij geen drugs mag gebruiken. Je zult hem dus niet aanmoedigen om bij mensen te gaan staan terwijl zij dat wel doen. Als vereniging hebben we maandagmiddag trouwens wel op de Beestenmarkt gestaan.”

Wat doen islamitische studenten met hun vrije tijd?

“De meesten werken naast de studie, of ze voetballen. Maar heel veel moslims die hier studeren, wonen nog bij hun ouders. Zij reizen op en neer van huis naar Delft en weer terug. Dan houd je weinig vrije tijd over. Dat geldt ook voor mij. Ik heb geen behoefte aan gezelligheid alleen. Dat is ook niet het belangrijkste doel van onze vereniging. Wij willen andere mensen helpen. Maar we zijn heus wel eens samen gaan eten, we zijn een keer gaan paintballen en we hebben plannen voor een barbecue.”

Hoe kunnen moslims die in Delft komen studeren de stad leren kennen als ze de Owee missen en niet meedoen aan het studentenleven?

“Moeten ze de stad leren kennen als ze hier niet wonen? Als je op kamers gaat, is het natuurlijk anders. Maar veel mensen gaan op kamers, zodat ze om zes uur ’s nachts kunnen thuiskomen. Moslims hebben dat niet als uitgangspunt.”

Maar hoe maken moslims dan nieuwe vrienden?

“Ze komen elkaar wel tegen, spreken elkaar aan. Het zijn meestal Marokkanen of Turken, ze herkennen elkaar. Dan horen ze vanzelf dat er gebedsruimtes zijn op de universiteit en dat we op vrijdagmiddag in het sportcentrum bijeenkomen voor het vrijdaggebed. Maar nu lijkt het alsof moslims alleen moslims opzoeken. Je kunt met iedereen bevriend raken, tijdens college bijvoorbeeld, als je maar iets gemeen hebt. Dat hoeft niet per se het geloof te zijn. Het gaat er meer om hoe je bent in de omgang.”

Zou het in dat geval niet beter zijn als studenten met verschillende achtergronden gewoon samen in een vereniging zouden zitten? Dus moslims, christenen en atheïsten bij elkaar?

“Ik denk dat het goed is als mensen zichzelf profileren, anders verdwijnt hun identiteit. Het ‘wij-en-zij’ dat door studentenverenigingen ontstaat, is volgens mij positief.”

Ibn Firnas bestaat nu twee jaar. Hoe is de vereniging ontstaan?

“Het begon ooit met een iftar, het verbreken van de vasten, bij Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek. Daar kwamen veertig mensen op af. Er was altijd al behoefte aan een islamitische vereniging. Twee anderen en ik hebben Ibn Firnas opgericht. We zijn nog niet heel groot, hebben tien actieve leden en op het vrijdaggebed komen meestal zo’n veertig mensen af.”

Het je een idee hoeveel moslims aan de TU studeren?

“Dat is moeilijk te zeggen. Er zijn vooral buitenlandse studenten bij het vrijdaggebed, maar twintig procent komt uit Nederland. Ik denk dat er zo’n honderd tot honderdvijftig islamitische studenten zijn in Delft.”

Moeten die allemaal lid worden van Ibn Firnas?

“We zoeken wel meer leden, maar de vereniging moet nog voor een deel gevormd worden. Ik denk dat de opbouw over een paar maanden klaar is. We willen meer doen op de TU, bijvoorbeeld lessen Arabisch geven en één keer in de zoveel maanden met z’n allen bij elkaar komen.”

Wat zijn jullie voornaamste activiteiten?

“We zijn vooral onderwijskundig bezig. We hebben twee keer examentraining gedaan voor Rotterdamse en Amsterdamse scholieren voor de vakken wiskunde, natuurkunde en scheikunde. Ook doen we huiswerkbegeleiding op islamitische scholen. In grote steden is het onderwijsniveau vaak laag, met volle klassen, sociale problemen en gestreste leraren. De scholieren die we helpen hoeven geen moslims te zijn. Ons uitgangspunt is dat we moslims graag willen helpen, maar tegen anderen kunnen we natuurlijk geen nee zeggen.”

Over de cartoonrellen van begin 2006 hebben jullie destijds een debat georganiseerd met een paar bekende opinieleiders. De islam lijkt in Nederland het voornaamste onderwerp van debat geworden, maar aan de TU hoor je er weinig over. Zou Ibn Firnas niet vaker debatten moeten organiseren?

“Dat debat in 2006 was een succes. Aan de ene kant van de tafel zaten twee vertegenwoordigers van Leefbaar Rotterdam en arabist Hans Jansen. Aan de andere kant zaten fotograaf Peter Edel, Mohamed Cheppih van de Wereld Moslim Liga en schrijver en columnist Mohamed Jabri. Er kwamen 55 mensen op af en daar waren we blij mee. Maar we hebben er de mensen en de middelen niet voor om vaker debatten te organiseren. Bovendien zie ik van debat het nut niet echt in. Niet omdat ik niet politiek geëngageerd ben, maar omdat ik denk dat problemen bij de wortel moeten worden aangepakt in plaats van er alleen maar over te discussiëren.”

Voel je je niet aangesproken als mensen het over ‘de moslims’ hebben?

“Als het in debatten over moslims gaat voel ik me wel degelijk aangesproken, maar het probleem is dat mensen moslims en islam door elkaar gebruiken. Als een moslim iets doet, betekent het niet gelijk dat het van de islam moet. Vaak zie je ook bij dit soort discussies dat mensen veel te weinig kennis van zaken hebben. Het is dan beter om mensen de islam te laten leren kennen door praktische zaken. Ons geloof schrijft ons bijvoorbeeld voor om goed voor de mens te zijn en om dat in de praktijk te brengen. Dat gebeurt niet door erover te discussiëren. Onze vereniging heeft prioriteiten als huiswerkbegeleiding en examentraining. Voorlopig willen we ons daarop focussen. Als de vereniging groter wordt kunnen we ook andere dingen doen, bijvoorbeeld debatten organiseren.”

Jullie doen als Ibn Firnas mee aan het TU-project ‘De eerste generatiekloof overbrugd’ waarmee de universiteit meer allochtone studenten wil binnenhalen. Wat denk jij dat daarvoor moet gebeuren?

“Ik denk dat er eerst grondiger onderzoek gedaan moet worden naar de aantallen allochtone studenten aan de TU. Ik heb begrepen dat hun percentage toch wel meevalt. Als blijkt dat er inderdaad te weinig allochtonen op de TU zitten, dan moet de oorzaak gezocht worden. Ik heb alleen het idee dat allochtonen eerder studies als rechten en economie kiezen en minder technische studies. Misschien komt het doordat de TU niet echt bekend is bij veel allochtonen. Ze hebben natuurlijk wel van de TU gehoord, maar ze kennen niet veel mensen die hier studeren. Als dat verandert, zal het aantal allochtonen gemakkelijker gaan toenemen.”

(Foto: Hans Stakelbeek/FMAX)
WIE IS EHAB EL AMAM?

Ehab El Amam (24) is voorzitter van de islamitische studentenvereniging Ibn Firnas, vernoemd naar de wetenschappelijke duizendpoot Abbas Ibn Firnas uit de negende eeuw na Christus. Binnenkort studeert de student luchtvaart- en ruimtevaarttechniek af op fault tolerant control of commercial aircraft. “Daarbij ontwerp je een automatische piloot zo, dat een zwaar beschadigd vliegtuig er toch nog mee kan landen”, legt hij uit. El Amam komt oorspronkelijk uit Egypte en woont bij zijn ouders in Hillegom. Sinds half mei werkt hij bij Imtech, een bedrijf voor technische dienstverlening. Ondanks dat El Amam straks geen student meer is, wil hij voorzitter van Ibn Firnas blijven. Hij heeft nog plannen te over om de vereniging verder uit te bouwen, met het organiseren van een bedrijvendag of met het geven van Arabische les.

www.ibnfirnas.nl

Het is deze week ontvangstweek voor de nieuwe eerstejaars studenten. Denk je dat daar veel islamitische studenten aan meedoen?

“Kijk eens naar het programma van de Owee, met al die feesten. Dat is niet erg geschikt voor moslims. Wij mogen geen alcohol drinken. Natuurlijk, je kunt wel cola drinken, maar de rest drinkt bier. Daardoor hangt er een sfeer die voor moslims niet echt leuk is. Vergelijk het met drugs. Stel, je hebt een zoon of een dochter, dan zul je hem zeggen dat hij geen drugs mag gebruiken. Je zult hem dus niet aanmoedigen om bij mensen te gaan staan terwijl zij dat wel doen. Als vereniging hebben we maandagmiddag trouwens wel op de Beestenmarkt gestaan.”

Wat doen islamitische studenten met hun vrije tijd?

“De meesten werken naast de studie, of ze voetballen. Maar heel veel moslims die hier studeren, wonen nog bij hun ouders. Zij reizen op en neer van huis naar Delft en weer terug. Dan houd je weinig vrije tijd over. Dat geldt ook voor mij. Ik heb geen behoefte aan gezelligheid alleen. Dat is ook niet het belangrijkste doel van onze vereniging. Wij willen andere mensen helpen. Maar we zijn heus wel eens samen gaan eten, we zijn een keer gaan paintballen en we hebben plannen voor een barbecue.”

Hoe kunnen moslims die in Delft komen studeren de stad leren kennen als ze de Owee missen en niet meedoen aan het studentenleven?

“Moeten ze de stad leren kennen als ze hier niet wonen? Als je op kamers gaat, is het natuurlijk anders. Maar veel mensen gaan op kamers, zodat ze om zes uur ’s nachts kunnen thuiskomen. Moslims hebben dat niet als uitgangspunt.”

Maar hoe maken moslims dan nieuwe vrienden?

“Ze komen elkaar wel tegen, spreken elkaar aan. Het zijn meestal Marokkanen of Turken, ze herkennen elkaar. Dan horen ze vanzelf dat er gebedsruimtes zijn op de universiteit en dat we op vrijdagmiddag in het sportcentrum bijeenkomen voor het vrijdaggebed. Maar nu lijkt het alsof moslims alleen moslims opzoeken. Je kunt met iedereen bevriend raken, tijdens college bijvoorbeeld, als je maar iets gemeen hebt. Dat hoeft niet per se het geloof te zijn. Het gaat er meer om hoe je bent in de omgang.”

Zou het in dat geval niet beter zijn als studenten met verschillende achtergronden gewoon samen in een vereniging zouden zitten? Dus moslims, christenen en atheïsten bij elkaar?

“Ik denk dat het goed is als mensen zichzelf profileren, anders verdwijnt hun identiteit. Het ‘wij-en-zij’ dat door studentenverenigingen ontstaat, is volgens mij positief.”

Ibn Firnas bestaat nu twee jaar. Hoe is de vereniging ontstaan?

“Het begon ooit met een iftar, het verbreken van de vasten, bij Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek. Daar kwamen veertig mensen op af. Er was altijd al behoefte aan een islamitische vereniging. Twee anderen en ik hebben Ibn Firnas opgericht. We zijn nog niet heel groot, hebben tien actieve leden en op het vrijdaggebed komen meestal zo’n veertig mensen af.”

Het je een idee hoeveel moslims aan de TU studeren?

“Dat is moeilijk te zeggen. Er zijn vooral buitenlandse studenten bij het vrijdaggebed, maar twintig procent komt uit Nederland. Ik denk dat er zo’n honderd tot honderdvijftig islamitische studenten zijn in Delft.”

Moeten die allemaal lid worden van Ibn Firnas?

“We zoeken wel meer leden, maar de vereniging moet nog voor een deel gevormd worden. Ik denk dat de opbouw over een paar maanden klaar is. We willen meer doen op de TU, bijvoorbeeld lessen Arabisch geven en één keer in de zoveel maanden met z’n allen bij elkaar komen.”

Wat zijn jullie voornaamste activiteiten?

“We zijn vooral onderwijskundig bezig. We hebben twee keer examentraining gedaan voor Rotterdamse en Amsterdamse scholieren voor de vakken wiskunde, natuurkunde en scheikunde. Ook doen we huiswerkbegeleiding op islamitische scholen. In grote steden is het onderwijsniveau vaak laag, met volle klassen, sociale problemen en gestreste leraren. De scholieren die we helpen hoeven geen moslims te zijn. Ons uitgangspunt is dat we moslims graag willen helpen, maar tegen anderen kunnen we natuurlijk geen nee zeggen.”

Over de cartoonrellen van begin 2006 hebben jullie destijds een debat georganiseerd met een paar bekende opinieleiders. De islam lijkt in Nederland het voornaamste onderwerp van debat geworden, maar aan de TU hoor je er weinig over. Zou Ibn Firnas niet vaker debatten moeten organiseren?

“Dat debat in 2006 was een succes. Aan de ene kant van de tafel zaten twee vertegenwoordigers van Leefbaar Rotterdam en arabist Hans Jansen. Aan de andere kant zaten fotograaf Peter Edel, Mohamed Cheppih van de Wereld Moslim Liga en schrijver en columnist Mohamed Jabri. Er kwamen 55 mensen op af en daar waren we blij mee. Maar we hebben er de mensen en de middelen niet voor om vaker debatten te organiseren. Bovendien zie ik van debat het nut niet echt in. Niet omdat ik niet politiek geëngageerd ben, maar omdat ik denk dat problemen bij de wortel moeten worden aangepakt in plaats van er alleen maar over te discussiëren.”

Voel je je niet aangesproken als mensen het over ‘de moslims’ hebben?

“Als het in debatten over moslims gaat voel ik me wel degelijk aangesproken, maar het probleem is dat mensen moslims en islam door elkaar gebruiken. Als een moslim iets doet, betekent het niet gelijk dat het van de islam moet. Vaak zie je ook bij dit soort discussies dat mensen veel te weinig kennis van zaken hebben. Het is dan beter om mensen de islam te laten leren kennen door praktische zaken. Ons geloof schrijft ons bijvoorbeeld voor om goed voor de mens te zijn en om dat in de praktijk te brengen. Dat gebeurt niet door erover te discussiëren. Onze vereniging heeft prioriteiten als huiswerkbegeleiding en examentraining. Voorlopig willen we ons daarop focussen. Als de vereniging groter wordt kunnen we ook andere dingen doen, bijvoorbeeld debatten organiseren.”

Jullie doen als Ibn Firnas mee aan het TU-project ‘De eerste generatiekloof overbrugd’ waarmee de universiteit meer allochtone studenten wil binnenhalen. Wat denk jij dat daarvoor moet gebeuren?

“Ik denk dat er eerst grondiger onderzoek gedaan moet worden naar de aantallen allochtone studenten aan de TU. Ik heb begrepen dat hun percentage toch wel meevalt. Als blijkt dat er inderdaad te weinig allochtonen op de TU zitten, dan moet de oorzaak gezocht worden. Ik heb alleen het idee dat allochtonen eerder studies als rechten en economie kiezen en minder technische studies. Misschien komt het doordat de TU niet echt bekend is bij veel allochtonen. Ze hebben natuurlijk wel van de TU gehoord, maar ze kennen niet veel mensen die hier studeren. Als dat verandert, zal het aantal allochtonen gemakkelijker gaan toenemen.”

(Foto: Hans Stakelbeek/FMAX)
WIE IS EHAB EL AMAM?

Ehab El Amam (24) is voorzitter van de islamitische studentenvereniging Ibn Firnas, vernoemd naar de wetenschappelijke duizendpoot Abbas Ibn Firnas uit de negende eeuw na Christus. Binnenkort studeert de student luchtvaart- en ruimtevaarttechniek af op fault tolerant control of commercial aircraft. “Daarbij ontwerp je een automatische piloot zo, dat een zwaar beschadigd vliegtuig er toch nog mee kan landen”, legt hij uit. El Amam komt oorspronkelijk uit Egypte en woont bij zijn ouders in Hillegom. Sinds half mei werkt hij bij Imtech, een bedrijf voor technische dienstverlening. Ondanks dat El Amam straks geen student meer is, wil hij voorzitter van Ibn Firnas blijven. Hij heeft nog plannen te over om de vereniging verder uit te bouwen, met het organiseren van een bedrijvendag of met het geven van Arabische les.

www.ibnfirnas.nl

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.