Onderwijs

OOD-rapport is topje van de ijsberg

De ondernemingsraad moet vóór 27 mei tot een weloverwogen advies komen over de reorganisatieplannen, zonder te verzuipen in de details.

Er zijn zeker elementen in de reorganisatieplannen die de ondernemingsraad (or) als winst kan beschouwen. Zo zijn de door de or bekritiseerde plannen voor uitbesteding afgeblazen of uitgesteld. Multimedia Services blijft onderdeel van de TU Delft: de klanten zijn overwegend tevreden en het blijkt lastig om buiten de deur een multimediabedrijf te vinden dat is toegesneden op de wensen van een universiteit.

De beveiligings- en receptiediensten hoeven voorlopig ook geen verzelfstandiging te vrezen. Juist omdat ze overal weer net anders werken, is uitbesteding van de beveiliging voorlopig te ingewikkeld. Uitbesteding van het werk van de bedrijfsartsen bleek te duur en zou minder betrokken artsen opleveren. De studentenpsychologen houden eveneens hun plek binnen de TU Delft, maar moeten de samenwerking met collega’s in het hoger onderwijs zoeken. Delft Integraal wordt ook in de toekomst binnenshuis gemaakt, zij het door een ‘redactiepool’ die ook voor de productie van Delta verantwoordelijk zal zijn, en die minder fte’s telt dan de twee huidige redacties samen. De mogelijkheid om de groenvoorziening uit te besteden wordt nader onderzocht, maar ‘buiten het plaatsingsproces’.

De reducties in fte’s zijn voor de ondernemingsraad geen halszaak: als het verhaal achter de cijfertjes maar overtuigend is. Toch zal de or blij zijn dat er vergeleken met het OOD-rapport van oktober 2004 ietsje minder wordt gekort. De 2198 fte worden 1714 fte, in plaats van 1703 fte. Dat onsje meer komt met name de onderzoeks- en onderwijsondersteuning ten goede. Overigens hebben inmiddels heel wat ondersteuners de TU Delft vaarwel gezegd, zodat het getal van 2198 fte al achterhaald is.

Ook prettig voor de or: op korte termijn steekt het college twee miljoen euro in de verbetering van onderwijs en onderzoek, geld dat op korte termijn vrijkomt door de reorganisatie. En het risicomanagement waar de or vorig jaar op aandrong lijkt nu al goed te functioneren.

Allemaal zaken waarmee je als medezeggenschapsorgaan voor de dag kunt komen. En toch staat de or voor een zware taak. Want waar de raad vorig jaar een voorlopig advies kon uitbrengen, zal dit keer een definitief oordeel moeten worden geveld. En waar toen sprake was van een in brede lijnen geschetste blauwdruk, liggen er nu veel gedetailleerdere plannen op tafel. En dan ontbreekt nog het cruciale gedeelte over de overgangsfase van de oude naar de nieuwe ondersteunersorganisatie. De enorme berg werk die de afgelopen maanden is verzet door de projectorganisatie, ligt nu op de bordjes van de subcommissies die de or in het leven heeft geroepen om op elk relevant detail in te kunnen zoomen.

Het huidige rapport is bovendien maar het topje van de OOD-ijsberg. De subcommissies moeten zich ook verdiepen in het dikke werkprocessenboek, de nota verdeling middelen, de nota risicomonitoring, het voorstel huisvesting enzovoorts. Allemaal belangrijke puzzelstukjes. De or verkeert dus in een paradoxale positie. De raad blijft er terecht op hameren dat elke subcommissie toegang moet krijgen tot alle gewenste OOD-informatie, maar is zich tegelijkertijd bewust van het gevaar dat je in details kunt verzuipen. Voorlopig weegt de behoefte aan meer informatie duidelijk het zwaarst voor de or: op basis van wat er nu ligt kan men nog geen advies uitbrengen.

Dat de ondernemingsraad kan rekenen op de adviezen van de onderdeelcommissies (odc’s) hoeft de zaken er niet per se eenvoudiger op te maken. Vorig jaar toonden de odc’s zich allesbehalve enthousiast over de toenmalige reorganisatieplannen: te haastig, te riskant en te ondoordacht was de teneur van de kritiek. Het is nog onduidelijk of het oordeel van de odc’s dit keer positiever zal uitpakken. Vorige week waren ze nog niet in een welwillende stemming: de beslissing van het college om hen in een latere fase dan de or inzage te geven in de conceptversies van de reorganisatieplannen had kwaad bloed gezet.

De or zelf liet zich vorige week nog niet overtuigen door het verhaal bij de organogrammen in het OOD-rapport. Dat het college bij de nieuwe ondersteunersorganisatie een veel hoger percentage nieuwe functies voorstelt dan de or, is ook een hinderblok. Ook waren er zorgen over de aanpak van gemeenschappelijke automatiseringssystemen als Baan en Peoplesoft.

De opstellers van het rapport benadrukken dat een cultuurverandering het hart vormt van de reorganisatie. Op de faculteiten wordt door discussies en simulaties aan ondersteuners en wetenschappelijk gedemonstreerd wat de nieuwe manier van werken inhoudt, en welk gedrag van ondersteuner en wetenschapper wordt gevraagd. In het kadertje ‘De gedeelde waarden van de TU Delft’ wordt de beoogde mentaliteit in kernachtige teksten uitgedrukt. ‘Mijn agenda is de TU-agenda. Congrueert uw belang met het TU-belang?’

Intussen draagt het commentaar van de or op de reorganisatieplannen een voorlopig, zij het niet vrijblijvend karakter: nog niet alle opmerkingen van de subcommissies waren gisteren al door de werkgroep OOD verwerkt. De or wil snel duidelijkheid over de ‘spelregels’ bij het gebruik van de online tool Talentscape, die de competenties van medewerkers moet meten. Pas als die duidelijkheid bestaat, zou Talentscape mogen worden ingezet, vindt de or.

Er zijn zeker elementen in de reorganisatieplannen die de ondernemingsraad (or) als winst kan beschouwen. Zo zijn de door de or bekritiseerde plannen voor uitbesteding afgeblazen of uitgesteld. Multimedia Services blijft onderdeel van de TU Delft: de klanten zijn overwegend tevreden en het blijkt lastig om buiten de deur een multimediabedrijf te vinden dat is toegesneden op de wensen van een universiteit.

De beveiligings- en receptiediensten hoeven voorlopig ook geen verzelfstandiging te vrezen. Juist omdat ze overal weer net anders werken, is uitbesteding van de beveiliging voorlopig te ingewikkeld. Uitbesteding van het werk van de bedrijfsartsen bleek te duur en zou minder betrokken artsen opleveren. De studentenpsychologen houden eveneens hun plek binnen de TU Delft, maar moeten de samenwerking met collega’s in het hoger onderwijs zoeken. Delft Integraal wordt ook in de toekomst binnenshuis gemaakt, zij het door een ‘redactiepool’ die ook voor de productie van Delta verantwoordelijk zal zijn, en die minder fte’s telt dan de twee huidige redacties samen. De mogelijkheid om de groenvoorziening uit te besteden wordt nader onderzocht, maar ‘buiten het plaatsingsproces’.

De reducties in fte’s zijn voor de ondernemingsraad geen halszaak: als het verhaal achter de cijfertjes maar overtuigend is. Toch zal de or blij zijn dat er vergeleken met het OOD-rapport van oktober 2004 ietsje minder wordt gekort. De 2198 fte worden 1714 fte, in plaats van 1703 fte. Dat onsje meer komt met name de onderzoeks- en onderwijsondersteuning ten goede. Overigens hebben inmiddels heel wat ondersteuners de TU Delft vaarwel gezegd, zodat het getal van 2198 fte al achterhaald is.

Ook prettig voor de or: op korte termijn steekt het college twee miljoen euro in de verbetering van onderwijs en onderzoek, geld dat op korte termijn vrijkomt door de reorganisatie. En het risicomanagement waar de or vorig jaar op aandrong lijkt nu al goed te functioneren.

Allemaal zaken waarmee je als medezeggenschapsorgaan voor de dag kunt komen. En toch staat de or voor een zware taak. Want waar de raad vorig jaar een voorlopig advies kon uitbrengen, zal dit keer een definitief oordeel moeten worden geveld. En waar toen sprake was van een in brede lijnen geschetste blauwdruk, liggen er nu veel gedetailleerdere plannen op tafel. En dan ontbreekt nog het cruciale gedeelte over de overgangsfase van de oude naar de nieuwe ondersteunersorganisatie. De enorme berg werk die de afgelopen maanden is verzet door de projectorganisatie, ligt nu op de bordjes van de subcommissies die de or in het leven heeft geroepen om op elk relevant detail in te kunnen zoomen.

Het huidige rapport is bovendien maar het topje van de OOD-ijsberg. De subcommissies moeten zich ook verdiepen in het dikke werkprocessenboek, de nota verdeling middelen, de nota risicomonitoring, het voorstel huisvesting enzovoorts. Allemaal belangrijke puzzelstukjes. De or verkeert dus in een paradoxale positie. De raad blijft er terecht op hameren dat elke subcommissie toegang moet krijgen tot alle gewenste OOD-informatie, maar is zich tegelijkertijd bewust van het gevaar dat je in details kunt verzuipen. Voorlopig weegt de behoefte aan meer informatie duidelijk het zwaarst voor de or: op basis van wat er nu ligt kan men nog geen advies uitbrengen.

Dat de ondernemingsraad kan rekenen op de adviezen van de onderdeelcommissies (odc’s) hoeft de zaken er niet per se eenvoudiger op te maken. Vorig jaar toonden de odc’s zich allesbehalve enthousiast over de toenmalige reorganisatieplannen: te haastig, te riskant en te ondoordacht was de teneur van de kritiek. Het is nog onduidelijk of het oordeel van de odc’s dit keer positiever zal uitpakken. Vorige week waren ze nog niet in een welwillende stemming: de beslissing van het college om hen in een latere fase dan de or inzage te geven in de conceptversies van de reorganisatieplannen had kwaad bloed gezet.

De or zelf liet zich vorige week nog niet overtuigen door het verhaal bij de organogrammen in het OOD-rapport. Dat het college bij de nieuwe ondersteunersorganisatie een veel hoger percentage nieuwe functies voorstelt dan de or, is ook een hinderblok. Ook waren er zorgen over de aanpak van gemeenschappelijke automatiseringssystemen als Baan en Peoplesoft.

De opstellers van het rapport benadrukken dat een cultuurverandering het hart vormt van de reorganisatie. Op de faculteiten wordt door discussies en simulaties aan ondersteuners en wetenschappelijk gedemonstreerd wat de nieuwe manier van werken inhoudt, en welk gedrag van ondersteuner en wetenschapper wordt gevraagd. In het kadertje ‘De gedeelde waarden van de TU Delft’ wordt de beoogde mentaliteit in kernachtige teksten uitgedrukt. ‘Mijn agenda is de TU-agenda. Congrueert uw belang met het TU-belang?’

Intussen draagt het commentaar van de or op de reorganisatieplannen een voorlopig, zij het niet vrijblijvend karakter: nog niet alle opmerkingen van de subcommissies waren gisteren al door de werkgroep OOD verwerkt. De or wil snel duidelijkheid over de ‘spelregels’ bij het gebruik van de online tool Talentscape, die de competenties van medewerkers moet meten. Pas als die duidelijkheid bestaat, zou Talentscape mogen worden ingezet, vindt de or.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.