Onderwijs

Ontwerpersopleidingen worden intern beoordeeld

Het college van bestuur bereidt een besluit voor om een commissie in het leven te roepen die centraal de kwaliteit van ontwerpersopleidingen beoordeelt, waarborgt en er op toeziet dat er een minimale instroom is van vijf studenten per jaar.

br />
De ontwerpersopleidingen (tweejarige vervolgcursussen voor ingenieurs) zijn eind vorig jaar weer in opspraak gekomen toen twee opleidingen bij Elektrotechniek een slechte beoordeling van de Nederlandse certificatiecommissie voor opleidingen tot technologisch ontwerper (CCTO) ontvingen. Rector Wakker gaf aan dat hij mogelijk opleidingen wilde sluiten en kondigde een bijeenkomst met alle coördinatoren aan.

Die heeft plaatsgevonden op 3 februari. Daar lanceerden de hoogleraren Spoormaker en Grievink – die tevens in de CCTO zitting hebben – ir. B. Lubbers (van de dienst Onderwijs en Onderzoek) en Wakker hun idee om een interne kwaliteitscommissie op te richten die een vinger aan de pols houdt en medewerking verleent bij het verbeteren van de opleidingen. Indien slechte opleidingen na herschrijving van hun programma nog niet voldoen aan de kwaliteitseisen worden ze niet voor CCTO-certificering aangemeld.

Elke Delftse opleidingen moet bovendien minimaal vijf ontwerpers per jaar opleiden. Zo niet, dan krijgen ze twee jaar de tijd om hun instroom te vergroten en anders moeten ze sluiten. Mensen die nog in de opleiding zitten, krijgen wel de kans hun diploma te halen. Volgens Lubbers zijn er op dit moment drie opleidingen die een instroom van vijf bij lange na niet halen en nog eens drie die op het randje zitten. ,,Van de civiele kant van de opleiding Transporttechnologie heb ik bijvoorbeeld al gehoord dat ze ermee willen stoppen”, aldus Lubbers.

Reden voor de instroommaatregel is volgens Lubbers: ,,Een belangrijk deel van opleiding is cursorisch. Dat is niet te realiseren voor een kleinere groep. Daardoor worden dit soort opleidingen in de praktijk vaak verkapte promoties die hun doel voorbij schieten.”

Ofschoon een aantal opleidingen op de schopstoel zitten, is het idee van de commissie in de bijeenkomst volgens Lubbers ,,gemiddeld zeer positief” ontvangen. Lubbers kijkt daar wel enigszins van op. De meeste opleidingen vinden deze centrale aanpak prettig. ,,Kennelijk zijn ze niet goed in staat zichzelf te beoordelen en hebben ze iemand nodig om politie-agentje te spelen.” (J.O.)

Joyce Ouwerkerk

Het college van bestuur bereidt een besluit voor om een commissie in het leven te roepen die centraal de kwaliteit van ontwerpersopleidingen beoordeelt, waarborgt en er op toeziet dat er een minimale instroom is van vijf studenten per jaar.

De ontwerpersopleidingen (tweejarige vervolgcursussen voor ingenieurs) zijn eind vorig jaar weer in opspraak gekomen toen twee opleidingen bij Elektrotechniek een slechte beoordeling van de Nederlandse certificatiecommissie voor opleidingen tot technologisch ontwerper (CCTO) ontvingen. Rector Wakker gaf aan dat hij mogelijk opleidingen wilde sluiten en kondigde een bijeenkomst met alle coördinatoren aan.

Die heeft plaatsgevonden op 3 februari. Daar lanceerden de hoogleraren Spoormaker en Grievink – die tevens in de CCTO zitting hebben – ir. B. Lubbers (van de dienst Onderwijs en Onderzoek) en Wakker hun idee om een interne kwaliteitscommissie op te richten die een vinger aan de pols houdt en medewerking verleent bij het verbeteren van de opleidingen. Indien slechte opleidingen na herschrijving van hun programma nog niet voldoen aan de kwaliteitseisen worden ze niet voor CCTO-certificering aangemeld.

Elke Delftse opleidingen moet bovendien minimaal vijf ontwerpers per jaar opleiden. Zo niet, dan krijgen ze twee jaar de tijd om hun instroom te vergroten en anders moeten ze sluiten. Mensen die nog in de opleiding zitten, krijgen wel de kans hun diploma te halen. Volgens Lubbers zijn er op dit moment drie opleidingen die een instroom van vijf bij lange na niet halen en nog eens drie die op het randje zitten. ,,Van de civiele kant van de opleiding Transporttechnologie heb ik bijvoorbeeld al gehoord dat ze ermee willen stoppen”, aldus Lubbers.

Reden voor de instroommaatregel is volgens Lubbers: ,,Een belangrijk deel van opleiding is cursorisch. Dat is niet te realiseren voor een kleinere groep. Daardoor worden dit soort opleidingen in de praktijk vaak verkapte promoties die hun doel voorbij schieten.”

Ofschoon een aantal opleidingen op de schopstoel zitten, is het idee van de commissie in de bijeenkomst volgens Lubbers ,,gemiddeld zeer positief” ontvangen. Lubbers kijkt daar wel enigszins van op. De meeste opleidingen vinden deze centrale aanpak prettig. ,,Kennelijk zijn ze niet goed in staat zichzelf te beoordelen en hebben ze iemand nodig om politie-agentje te spelen.” (J.O.)

Joyce Ouwerkerk

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.