Opinie

Oio’s raken moe en geïrriteerd door houding FOM

De onderhandelingen rond de loonsverhoging voor Delftse onderzoekers in opleiding (oio’s) verlopen al maandenlang uiterst moeizaam. Toch wordt er binnen enkele weken een oplossing verwacht.

Toen de assistenten in opleiding (aio’s) van de Delftse TU als gevolg van landelijke ontwikkelingen in september een forse loonsverhoging kregen, kwamen de oio’s onmiddellijk in het geweer en eisten ook meer salaris. Hun argument was dat ze precies dezelfde taken hadden als hun aio-collega’s, maar daarvoor vanaf dat moment in verhouding veel slechter betaald kregen.

De ongeveer honderd oio’s aan de TU zijn niet in dienst van de TU, maar worden aangesteld door landelijke tweede-geldstroomorganisaties als NWO, STW en FOM. Vandaar dat de roep om loonsverhoging wel begrip opriep in Delft, maar verder geen vervolg kreeg. Als je geen werkgever bent, kun je moeilijk meer salaris geven, hoe graag je dat ook wilt.

De tweede-geldstroomorganisaties vonden het niet leuk dat de TU zo royaal had uitgepakt bij de positieverbetering van aio’s. De landelijke roep om loonsverhoging onder de oio’s werd daardoor zo groot, dat onderzoeksfinancier NWO besloot tot het instellen van toelagen van zevenhonderd, vijfhonderd en driehonderd gulden per maand. Minder dan Delftse aio’s verdienen, maar toch een flinke vooruitgang. Ook was NWO bereid om het werkgeverschap van de oio’s over te dragen. Zij komen voortaan in dienst van de universiteit waar het onderzoek verricht wordt. Het staat die instelling vervolgens vrij om de oio’s meer te betalen.

De meest fervente tegenstander van die toezeggingen is de stichting FOM (Fundamenteel Onderzoek der Materie). Deze organisatie heeft binnen de TU voornamelijk onderzoekers in dienst bij Technische Natuurkunde. FOM weigerde aanvankelijk de toelagen te betalen die NWO had ingesteld, en van overdracht van het werkgeverschap wil FOM helemaal niets weten.

FOM weigert op te draaien voor de in hun ogen absurde loonsverhoging van de TU. En de stichting wil de touwtjes van het onderzoeksbeleid niet uit handen geven. Daar komt bij dat toegeven aan de Delftse wensen waarschijnlijk betekent dat ook de oio’s in de rest van het land gaan zeuren. Dat is een duur en ongewenst scenario, want FOM moet de toelagen wel uit eigen zak betalen. De stichting wil niet verworden tot een geldschieter, maar werkgever van de oio’s blijven. Een goede werkgever bovendien, zoals woordvoerder Geerts afgelopen week betoogde tijdens een bijeenkomst van oio’s in Delft.

Aan dat laatste lijken de Delftse FOM-oio’s inmiddels te twijfelen. Waarom houdt FOM zo halsstarrig vast aan het werkgeverschap, terwijl NWO en STW geen problemen hebben om dat over te dragen? En waarom wil FOM zelfs niet akkoord gaan met een voorstel voor een nul-aanstelling door de TU, zodat die de Delftse oio’s beter kan belonen? De TU mengt zich in dat geval namelijk niet in FOM-zaken en het heeft ook geen landelijke consequenties. Het lijkt bijna onwil. Want er verandert toch niets aan de gezagsverhoudingen?

Toch wel, meent FOM. Zelfs bij een nul-aanstelling krijgt de TU invloed op het onderzoek van de oio’s en dus zeggenschap over het onderzoeksbeleid. Vanwege die belangenverstrengeling wil FOM ook niet dat oio’s een ‘nevenbetrekking’ aanvaarden bij de TU. Bovendien moet FOM zich naar eigen zeggen schikken naar de cao en de eigen ondernemingsraad.

De oio’s aan de TU zien al lang geen praktische bezwaren meer. Het argument dat FOM ‘nu eenmaal een andere mening heeft’ dan NWO en STW, is niet sterk. De oio’s beginnen geïrriteerd te raken, en vooral moe. Tijdens de bijeenkomst van vorige week bleek dat ze steeds minder verwantschap voelen met hun werkgever FOM, en deze slechts zien als geldschieter. Ze hebben meer affiniteit met de TU. Die is hen vanaf het begin altijd ter wille geweest door steeds voorstellen te blijven doen om uit de impasse met FOM te raken.

Het is de vraag of FOM er verstandig aan doet om tegen ieders zin vast te blijven houden aan het werkgeverschap, en de Delftse loonsverhoging voor oio’s te blokkeren. Met die houding maakt de onderzoeksstichting geen vrienden, en zeker niet in eigen gelederen.

Ondanks alle tegenstellingen verwacht FOM toch binnen enkele weken met een oplossing te komen. Hoe die eruit moet zien is nog een raadsel, want woordvoerder Geerts benadrukte vorige week dat er niet afgeweken wordt van de bestaande verhoudingen en er zeker niet meer betaald wordt dan de toelage van NWO.

Het kan zijn dat FOM akkoord gaat met het laatste voorstel van de TU: de instelling van een fonds, waaruit de oio’s na beëindiging van hun dienstverband de opgepotte tegoeden ineens uitbetaald krijgen. Het is een noodgreep, maar het komt wel tegemoet aan de eisen van FOM.

Als er geen nieuwe bezwaren komen tegen dit voorstel, en FOM bereid is om de NWO-toelagen uit te keren, dan zouden de Delftse oio’s uiteindelijk wel eens hun zin kunnen krijgen. Dan zullen ze maar wat graag gevolg geven aan de oproep van FOM-woordvoerder Geerts: ,,Laten we dit achter ons laten. Ik denk dat u uw tijd beter kunt besteden aan uw werk dan aan dit gedoe.”

Toen de assistenten in opleiding (aio’s) van de Delftse TU als gevolg van landelijke ontwikkelingen in september een forse loonsverhoging kregen, kwamen de oio’s onmiddellijk in het geweer en eisten ook meer salaris. Hun argument was dat ze precies dezelfde taken hadden als hun aio-collega’s, maar daarvoor vanaf dat moment in verhouding veel slechter betaald kregen.

De ongeveer honderd oio’s aan de TU zijn niet in dienst van de TU, maar worden aangesteld door landelijke tweede-geldstroomorganisaties als NWO, STW en FOM. Vandaar dat de roep om loonsverhoging wel begrip opriep in Delft, maar verder geen vervolg kreeg. Als je geen werkgever bent, kun je moeilijk meer salaris geven, hoe graag je dat ook wilt.

De tweede-geldstroomorganisaties vonden het niet leuk dat de TU zo royaal had uitgepakt bij de positieverbetering van aio’s. De landelijke roep om loonsverhoging onder de oio’s werd daardoor zo groot, dat onderzoeksfinancier NWO besloot tot het instellen van toelagen van zevenhonderd, vijfhonderd en driehonderd gulden per maand. Minder dan Delftse aio’s verdienen, maar toch een flinke vooruitgang. Ook was NWO bereid om het werkgeverschap van de oio’s over te dragen. Zij komen voortaan in dienst van de universiteit waar het onderzoek verricht wordt. Het staat die instelling vervolgens vrij om de oio’s meer te betalen.

De meest fervente tegenstander van die toezeggingen is de stichting FOM (Fundamenteel Onderzoek der Materie). Deze organisatie heeft binnen de TU voornamelijk onderzoekers in dienst bij Technische Natuurkunde. FOM weigerde aanvankelijk de toelagen te betalen die NWO had ingesteld, en van overdracht van het werkgeverschap wil FOM helemaal niets weten.

FOM weigert op te draaien voor de in hun ogen absurde loonsverhoging van de TU. En de stichting wil de touwtjes van het onderzoeksbeleid niet uit handen geven. Daar komt bij dat toegeven aan de Delftse wensen waarschijnlijk betekent dat ook de oio’s in de rest van het land gaan zeuren. Dat is een duur en ongewenst scenario, want FOM moet de toelagen wel uit eigen zak betalen. De stichting wil niet verworden tot een geldschieter, maar werkgever van de oio’s blijven. Een goede werkgever bovendien, zoals woordvoerder Geerts afgelopen week betoogde tijdens een bijeenkomst van oio’s in Delft.

Aan dat laatste lijken de Delftse FOM-oio’s inmiddels te twijfelen. Waarom houdt FOM zo halsstarrig vast aan het werkgeverschap, terwijl NWO en STW geen problemen hebben om dat over te dragen? En waarom wil FOM zelfs niet akkoord gaan met een voorstel voor een nul-aanstelling door de TU, zodat die de Delftse oio’s beter kan belonen? De TU mengt zich in dat geval namelijk niet in FOM-zaken en het heeft ook geen landelijke consequenties. Het lijkt bijna onwil. Want er verandert toch niets aan de gezagsverhoudingen?

Toch wel, meent FOM. Zelfs bij een nul-aanstelling krijgt de TU invloed op het onderzoek van de oio’s en dus zeggenschap over het onderzoeksbeleid. Vanwege die belangenverstrengeling wil FOM ook niet dat oio’s een ‘nevenbetrekking’ aanvaarden bij de TU. Bovendien moet FOM zich naar eigen zeggen schikken naar de cao en de eigen ondernemingsraad.

De oio’s aan de TU zien al lang geen praktische bezwaren meer. Het argument dat FOM ‘nu eenmaal een andere mening heeft’ dan NWO en STW, is niet sterk. De oio’s beginnen geïrriteerd te raken, en vooral moe. Tijdens de bijeenkomst van vorige week bleek dat ze steeds minder verwantschap voelen met hun werkgever FOM, en deze slechts zien als geldschieter. Ze hebben meer affiniteit met de TU. Die is hen vanaf het begin altijd ter wille geweest door steeds voorstellen te blijven doen om uit de impasse met FOM te raken.

Het is de vraag of FOM er verstandig aan doet om tegen ieders zin vast te blijven houden aan het werkgeverschap, en de Delftse loonsverhoging voor oio’s te blokkeren. Met die houding maakt de onderzoeksstichting geen vrienden, en zeker niet in eigen gelederen.

Ondanks alle tegenstellingen verwacht FOM toch binnen enkele weken met een oplossing te komen. Hoe die eruit moet zien is nog een raadsel, want woordvoerder Geerts benadrukte vorige week dat er niet afgeweken wordt van de bestaande verhoudingen en er zeker niet meer betaald wordt dan de toelage van NWO.

Het kan zijn dat FOM akkoord gaat met het laatste voorstel van de TU: de instelling van een fonds, waaruit de oio’s na beëindiging van hun dienstverband de opgepotte tegoeden ineens uitbetaald krijgen. Het is een noodgreep, maar het komt wel tegemoet aan de eisen van FOM.

Als er geen nieuwe bezwaren komen tegen dit voorstel, en FOM bereid is om de NWO-toelagen uit te keren, dan zouden de Delftse oio’s uiteindelijk wel eens hun zin kunnen krijgen. Dan zullen ze maar wat graag gevolg geven aan de oproep van FOM-woordvoerder Geerts: ,,Laten we dit achter ons laten. Ik denk dat u uw tijd beter kunt besteden aan uw werk dan aan dit gedoe.”

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.