Tussen 2003 en 2011 is het percentage vrouwelijke hoogleraren bij vrijwel alle universiteiten toegenomen. Dat blijkt uit het rapport Monitor Vrouwelijke Hoogleraren 2012. Het percentage steeg het meest bij de Universiteit Maastricht, de Rijksuniversiteit Groningen, de Universiteit Utrecht en de Open Universiteit. De drie technische universiteiten (Delft, Eindhoven en Twente) hebben – samen met de Universiteit Maastricht – relatief de grootste groei. Zij wisten het percentage vrouwelijke hoogleraren tussen 2003 en 2011 ongeveer te verdrievoudigen.
Desondanks verkeert Nederland op dit punt in de Europese achterhoede, zo blijkt uit het rapport She Figures 2012, een publicatie van de Europese Commissie. Alleen Belgie, Luxemburg en Cyprus hebben minder vrouwelijke professoren.
De Monitor Vrouwelijke Hoogleraren wordt sinds 2003 driejaarlijks gepubliceerd door stichting de Beauvoir , in samenwerking met het Landelijk Netwerk Vrouwelijke Hoogleraren (LNVH), de Vereniging van Universiteiten (VSNU) en de Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra (NFU).
Meer statistieken in bijlage van netwerk vrouwelijke hoogleraren.
Comments are closed.