Onderwijs

Lijsttrekker Jan van Meer, TU-2000

l. Wat zijn de programmapunten waar u zich mee onderscheidt van andere partijen?,,We zijn het niet eens met het bouwprogramma en hebben tegen de nieuwbouw van de bieb gestemd.

Je kan een gulden maar één keer uitgeven. Dan willen wij een loopbaanbeleid dat niet inspeelt op krimp, maar op de ontwikkeling van onze medewerkers. Aan duurzame technologie gebeurt absoluut te weinig, en het TU-vervoerplan moet ook eens uitgevoerd worden. Ten slotte: als er een tram door de TU-wijk komt moet-ie over de Mekelweg.”

2. Welk thema heeft uw partij de afgelopen periode specifiek aan de orde gesteld, en wat hebt u bereikt?

,,We hebben het huisvestingsplan nogal gekraakt. Vonden het onbetaalbaar. Er was zelfs sprake van dat men er geld voor ging lenen, maar dat lijkt nu van de baan. Ook waren we tegen het eerste verbouwingsplan van Werktuigbouw – het college lijkt nu ook zover. En we hebben gevraagd om de kwaliteit van het onderwijs in het nieuwe geld-verdeelmodel te honoreren.”

3. Wat zijn de belangrijkste prestaties van het gezamenlijke instellingsbestuur van de afgelopen twee jaar?

,,Ongetwijfeld was dat het nieuwe geld-verdeelmodel en het instellingsplan. Zeker weten. Een enorme ommezwaai vergeleken met vroeger. Van input- naar outputfinanciering – daar hebben we met z’n allen driftig en goed aan kunnen werken.”

4. Waar heeft het cvb steken laten vallen en waar de universiteitsraad?

,,Dat is met de begroting voor dit jaar geweest. Onbegrijpelijk dat men zo zwaar is gaan interen op de reserves, en dat de begroting niet sluitend is gemaakt. Die reserves hebben we hard nodig om alle kosten van de reorganisaties op te vangen. Het was veel beter geweest om grote investeringen te heroverwegen. En dat de universiteitsraad met dat alles akkoord is gegaan is ook een enorme misser.”

5. Hoe gaat dit college van bestuur om met de u-raad en wat is uw oordeel over de eerste twee jaren van cvb-voorzitter De Voogd?

,,Het cvb ziet deze raad meer als tegenstander dan als medebestuurder. Het is ’trekken’ om aan gegevens te komen. Met completere stukken zou je beter kunnen discussiëren, maar dit college denkt nogal dualistisch en ook nog op een negatieve manier. Toen De Voogd begon verwachtten we een redelijke samenwerking, maar ik heb nu niet de indruk dat daar van de andere kant prijs op wordt gesteld.”

6. Hoe gaat u zich opstellen als ‘de politiek’ of het college van bestuur aan de u-raad het begrotingsrecht wil ontnemen?

,,Met een bestuur zonder raad, wordt de afstand zo groot dat het niet meer werkt. Dan gaat het college weer de ivoren toren in, dan komen er besluiten met misvattingen, dan is er geen klankbord meer. En zonder begrotingsrecht heeft het allemaal niet zoveel zin. Dan keer je terug naar het curatorium uit de vijftiger en zestiger jaren. En bedenk: het is niet de raad die vaak voor bestuurlijke vertraging zorgt, maar het college.”

7. Het college wil de universiteit versterken: beter onderwijs, hoger rendement, flexibeler personeel, technologiebeleid. Er is dus heel wat achterstallig onderhoud?

,,Ja, letterlijk én figuurlijk. Het rijk heeft voor wel honderd miljoen de gebouwen verwaarloosd, zodat we nu met een arbo-problematiek van jewelste zitten. Daarnaast heeft de TU sinds 1984 drie grote krimpoperaties gekend, en daarbij zijn de primaire onderwijs- en onderzoekprocessen verwaarloosd. Begrijpelijk, maar niet acceptabel. Het college vraagt nu om een blanco cheque voor zijn beleid, maar het rendement kan ook beter door te werken aan de motivatie van het personeel en meer rust.”

8. Die versterking kost geld: minder bureaucratie, minder faculteiten, minder personeel, minder zelf doen. Hoe zou ú de overhead willen verminderen?

,,Het is me nog steeds niet duidelijk wat overhead nou eigenlijk is. En eerst zei het college dat minder overhead ten goede zou komen aan het onderwijs en onderzoek. Maar nu schrijven ze in de financiële kaderstelling dat er op faculteiten en diensten gekort moet worden om investeringen te kunnen doen. Dat lijkt op: ‘Ga maar rustig slapen, wij weten wat goed voor u is’.”

9. Kunt u met een paar trefwoorden reageren?

Adviesraad technologiebeleid? ,,Totaal vaag.”

Opleidingsdirecteur? ,,Misschien nuttig, maar eerst nader definiëren.”

Aantrekken toptalent? ,,Voor, maar eerst eigen mensen de kans geven.”

Integraal management? ,,Tegen, dat hebben we al eens meegemaakt.”

De PR van de TU? ,,Moet beter, met een kleinere dienst en meer decentraliseren.”

Ambtelijke stukken? ,,Dikwijls in gebreke, maar of dat nu aan de ambtenaren ligt…?”

De concurrent? ,,Voel me niet zo in concurrentie, maar als onze boodschap niet overkomt hebben we zware concurrentie van de andere personeelspartijen.”

10. Kortom, hoe moet de TU er over tien jaar uitzien?

,,Het zal een andere universiteit zijn, mogelijk kleiner. Het wordt noodzakelijk keuzes te maken: welk onderwijs en onderzoek heeft voor de toekomst nog toegevoegde waarde en heeft internationaal erkende kwaliteit? Anders redden we het niet.”

l. Wat zijn de programmapunten waar u zich mee onderscheidt van andere partijen?

,,We zijn het niet eens met het bouwprogramma en hebben tegen de nieuwbouw van de bieb gestemd. Je kan een gulden maar één keer uitgeven. Dan willen wij een loopbaanbeleid dat niet inspeelt op krimp, maar op de ontwikkeling van onze medewerkers. Aan duurzame technologie gebeurt absoluut te weinig, en het TU-vervoerplan moet ook eens uitgevoerd worden. Ten slotte: als er een tram door de TU-wijk komt moet-ie over de Mekelweg.”

2. Welk thema heeft uw partij de afgelopen periode specifiek aan de orde gesteld, en wat hebt u bereikt?

,,We hebben het huisvestingsplan nogal gekraakt. Vonden het onbetaalbaar. Er was zelfs sprake van dat men er geld voor ging lenen, maar dat lijkt nu van de baan. Ook waren we tegen het eerste verbouwingsplan van Werktuigbouw – het college lijkt nu ook zover. En we hebben gevraagd om de kwaliteit van het onderwijs in het nieuwe geld-verdeelmodel te honoreren.”

3. Wat zijn de belangrijkste prestaties van het gezamenlijke instellingsbestuur van de afgelopen twee jaar?

,,Ongetwijfeld was dat het nieuwe geld-verdeelmodel en het instellingsplan. Zeker weten. Een enorme ommezwaai vergeleken met vroeger. Van input- naar outputfinanciering – daar hebben we met z’n allen driftig en goed aan kunnen werken.”

4. Waar heeft het cvb steken laten vallen en waar de universiteitsraad?

,,Dat is met de begroting voor dit jaar geweest. Onbegrijpelijk dat men zo zwaar is gaan interen op de reserves, en dat de begroting niet sluitend is gemaakt. Die reserves hebben we hard nodig om alle kosten van de reorganisaties op te vangen. Het was veel beter geweest om grote investeringen te heroverwegen. En dat de universiteitsraad met dat alles akkoord is gegaan is ook een enorme misser.”

5. Hoe gaat dit college van bestuur om met de u-raad en wat is uw oordeel over de eerste twee jaren van cvb-voorzitter De Voogd?

,,Het cvb ziet deze raad meer als tegenstander dan als medebestuurder. Het is ’trekken’ om aan gegevens te komen. Met completere stukken zou je beter kunnen discussiëren, maar dit college denkt nogal dualistisch en ook nog op een negatieve manier. Toen De Voogd begon verwachtten we een redelijke samenwerking, maar ik heb nu niet de indruk dat daar van de andere kant prijs op wordt gesteld.”

6. Hoe gaat u zich opstellen als ‘de politiek’ of het college van bestuur aan de u-raad het begrotingsrecht wil ontnemen?

,,Met een bestuur zonder raad, wordt de afstand zo groot dat het niet meer werkt. Dan gaat het college weer de ivoren toren in, dan komen er besluiten met misvattingen, dan is er geen klankbord meer. En zonder begrotingsrecht heeft het allemaal niet zoveel zin. Dan keer je terug naar het curatorium uit de vijftiger en zestiger jaren. En bedenk: het is niet de raad die vaak voor bestuurlijke vertraging zorgt, maar het college.”

7. Het college wil de universiteit versterken: beter onderwijs, hoger rendement, flexibeler personeel, technologiebeleid. Er is dus heel wat achterstallig onderhoud?

,,Ja, letterlijk én figuurlijk. Het rijk heeft voor wel honderd miljoen de gebouwen verwaarloosd, zodat we nu met een arbo-problematiek van jewelste zitten. Daarnaast heeft de TU sinds 1984 drie grote krimpoperaties gekend, en daarbij zijn de primaire onderwijs- en onderzoekprocessen verwaarloosd. Begrijpelijk, maar niet acceptabel. Het college vraagt nu om een blanco cheque voor zijn beleid, maar het rendement kan ook beter door te werken aan de motivatie van het personeel en meer rust.”

8. Die versterking kost geld: minder bureaucratie, minder faculteiten, minder personeel, minder zelf doen. Hoe zou ú de overhead willen verminderen?

,,Het is me nog steeds niet duidelijk wat overhead nou eigenlijk is. En eerst zei het college dat minder overhead ten goede zou komen aan het onderwijs en onderzoek. Maar nu schrijven ze in de financiële kaderstelling dat er op faculteiten en diensten gekort moet worden om investeringen te kunnen doen. Dat lijkt op: ‘Ga maar rustig slapen, wij weten wat goed voor u is’.”

9. Kunt u met een paar trefwoorden reageren?

Adviesraad technologiebeleid? ,,Totaal vaag.”

Opleidingsdirecteur? ,,Misschien nuttig, maar eerst nader definiëren.”

Aantrekken toptalent? ,,Voor, maar eerst eigen mensen de kans geven.”

Integraal management? ,,Tegen, dat hebben we al eens meegemaakt.”

De PR van de TU? ,,Moet beter, met een kleinere dienst en meer decentraliseren.”

Ambtelijke stukken? ,,Dikwijls in gebreke, maar of dat nu aan de ambtenaren ligt…?”

De concurrent? ,,Voel me niet zo in concurrentie, maar als onze boodschap niet overkomt hebben we zware concurrentie van de andere personeelspartijen.”

10. Kortom, hoe moet de TU er over tien jaar uitzien?

,,Het zal een andere universiteit zijn, mogelijk kleiner. Het wordt noodzakelijk keuzes te maken: welk onderwijs en onderzoek heeft voor de toekomst nog toegevoegde waarde en heeft internationaal erkende kwaliteit? Anders redden we het niet.”

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.