Onderwijs

Kiezen voor een heldere breuk of zachte wending

De invoering van de nieuwe universitaire bestuursstructuur, waarmee de Eerste Kamer vorige week akkoord ging, is op universiteiten in volle gang. Bestuurders worstelen met de vraag: moet er een ondernemingsraad komen of een universiteitsraad-nieuwe-stijl? Het Delftse college heeft zijn keuze gemaakt.

Vóór een ondernemingsraad. Maar wat kiezen de andere bestuurscolleges en waarom? Een inventarisatie.

Jarenlang was het de nachtmerrie van elke universiteitsbestuurder. Veel mooie plannen stuitten in de universiteitsraad op taaie weerstand. Want altijd was er wel een raadslid dat zich opwierp als belangenbehartiger voor de een of de ander.

Maar angst voor slappe compromissen tussen wat het college van bestuur wenselijk vindt en wat in de raad haalbaar blijkt, is niet meer nodig. Volgens de nieuwe wet op de ‘modernisering van de universitaire bestuursorganisatie’ (MUB) mag de universiteitsraad voortaan niet meer meebesturen. Het college van bestuur moet over een aantal zaken nog wel overleggen met de raad, maar uiteindelijk beslist het zelf.

Een universiteit kan zelfs nog ingrijpender afrekenen met de raad door hem in te ruilen voor een ondernemingsraad en een studentenraad. Het college van bestuur aan de Universiteit van Amsterdam was de eerste die daarvoor koos.

De wens om radicaal te breken met het verleden lijkt een van de belangrijkste redenen. Want, schreef het Amsterdamse college vorige maand, als de universiteitsraad blijft bestaan, zouden er ,,ten onrechte veel elementen van de huidige situatie simpelweg gecontinueerd kunnen worden”. Terwijl juist een ‘heldere breuk’ nodig is. Want er moet in Amsterdam nogal wat op de schop, vindt het UvA-bestuur dat een meer marktgerichte universiteit voorstaat. Handhaven van een universiteitsraad zou een ‘verkeerd signaal’ zijn.
Belangen

Het college in Amsterdam vindt ook dat een ondernemingsraad beter past bij de uitgangspunten van de MUB. Als universitaire raden niet meer kunnen meebesturen, moeten ze zich maar toeleggen op belangenbehartiging. En omdat studenten en personeel uiteenlopende belangen hebben, kan dat het best als ze ieder een eigen raad hebben. De afweging tussen personeels- en studentenbelangen maakt het college van bestuur zelf wel.

Het zijn in grote lijnen dezelfde argumenten als van het Delftse college van bestuur, dat ook voor een ondernemingsraad heeft gekozen. Er is een ‘afscheid van oude gewoontes’ nodig, aldus collegevoorzitter dr. N. de Voogd, en een ’transparante’ scheiding van personeels- en studentenbelangen. Hij verwijst vooral naar de omstandigheden waaronder een universiteit moet werken. Die gaan steeds meer op die van het bedrijfsleven lijken. Daarbij past ,,een medezeggenschapsstelsel waarmee in het bedrijfsleven al jarenlang goede ervaringen zijn opgedaan”.

De keus voor een universiteitsraad-nieuwe-stijl ofwel medezeggenschapsraad zou volgens de Delftse bestuurders te veel onduidelijkheid met zich meebrengen. Want niemand weet nog hoe de bevoegdheden van zo’n raad in de praktijk precies uitpakken.
Wc-papier

De bevoegdheden van een ondernemingsraad zijn ‘helder en eenduidig’, zeggen voorstanders. Anderen vinden de bevoegdheden weliswaar helder, maar veel te beperkt. Heeft de ondernemingsraad niet vooral invloed op de kleur van het wc- papier? De wet op de ondernemingsraden (WOR) stelt dat de raad instemmingsbevoegdheid heeft in aangelegenheden die rechtstreeks het personeel raken, zoals arbeidsomstandigheden, salarissen, werktijden en dergelijke. Dat lijkt meer dan het is. Want in de praktijk zijn deze zaken meestal al in de cao geregeld, en dan staat de raad erbuiten.

Minder zeggenschap heeft de raad als het gaat om de strategie van de onderneming: dan mag de raad ‘advies uitbrengen’. In de WOR staan bijvoorbeeld reorganisaties genoemd als iets wat onder dit adviesrecht valt, evenals investeringen en veranderingen in de werkzaamheden van een onderneming.

Vallen onderwijs en onderzoek – ten slotte de kern van wat er aan een universiteit gebeurt – ook onder deze omschrijving? FNV-beleidsmedewerker J. Hooiveld denkt van niet. ,,Het essentiële verschil tussen een ondernemingsraad en de huidige universiteitsraad”, zei hij onlangs tijdens een symposium, ,,is dat een ondernemingsraad nooit praat over de kernactiviteiten, maar slechts over de randvoorwaarden en de personele consequenties.”

De colleges van bestuur laten zich echter meer leiden door de opvattingen van iemand als de Amsterdamse arbeidsjurist prof.mr. P.F. van der Heijden. Half Nederland werkt al met een ondernemingsraad, weet hij. Waarom zou een universiteit er niet mee uit de voeten kunnen? ,,De wet geeft zo’n raad de bevoegdheid om over alle aangelegenheden van importantie mee te praten”, zegt Van der Heijden. ,,Hoe daarvan gebruik wordt gemaakt, hangt mede af van de mondigheid van de leden – maar wat dat betreft hoef je aan een universiteit niet bang te zijn. En een college van bestuur kan een advies niet zonder redenen naast zich neerleggen. Want als de ondernemingsraad dan een geschil aanhangig maakt, verliest zo’n college dat zeker.”
Debat

De meeste colleges van bestuur lijken de conclusie te delen zoals die door de Universiteit Maastricht is verwoord. ,,Naar bevoegdheden gemeten behoeven de beide stelsels niet veel van elkaar af te wijken.” De vraag naar de bevoegdheden is tot nu toe voor geen enkel college doorslaggevend gebleken.

Vijf universiteiten hebben inmiddels al gekozen voor het handhaven van ‘ongedeelde medezeggenschap’: personeel en studenten in één universiteitsraad-nieuwe-stijl. En zoals Amsterdam en Delft kiezen voor een ondernemingsraad vanwege de noodzaak van ingrijpende veranderingen, zo kiezen de vijf voor het tegenovergestelde om in grote lijnen te kunnen aansluitenbij het bestaande.

De Universiteit Utrecht bijvoorbeeld heeft weinig behoefte aan een ‘breuk’, maar eerder aan een ‘wending’, zegt voorzitter drs. J.G.F. Veldhuis van het college van bestuur. ,,Het ging hier de laatste jaren al goed”, zegt hij. En dat studenten en personeel lid zijn van één raad, is volgens hem juist goed voor het ‘academisch debat’.

Belangenbehartiging – volgens de Amsterdamse voorstellen bij uitstek de taak van de nieuwe raden – wil men in Utrecht juist buiten de raadsvergaderingen houden. ,,Daar hebben we andere organen voor”, zegt Veldhuis, die er in een adem aan toe voegt zich de keus voor een ondernemingsraad ook heel goed te kunnen voorstellen.

Dat laatste is tekenend voor de overtuiging van de colleges van bestuur die nu kiezen voor een universiteitsraad-nieuwe- stijl: het doet er voor hen niet veel toe. De colleges die een ondernemingsraad willen invoeren zijn veel meer overtuigd van hun eigen gelijk. Dat kan een voorteken zijn. Over twee jaar moeten alle universiteiten opnieuw de keus maken, en dan zou de ondernemingsraad wel eens zijn echte doorbraak kunnen beleven.

Ondernemingsraad of universiteitsraad-nieuwe-stijl. Dat is de eerste keus waarvoor de MUB de universiteiten stelt. Die moet gemaakt worden door de colleges van bestuur en goedgekeurd door de raden van toezicht – die pas ingesteld kunnen worden als de MUB van kracht is. De keus geldt voorlopig voor twee jaar.

Tot nu toe is de stand 5-3. Er zijn drie colleges die kiezen voor een ondernemingsraad: de Universiteit van Amsterdam en de Technische Universiteiten in Delft en Twente. Vijf anderen zijn er eveneens uit: Utrecht, Leiden, Groningen, Rotterdam en Maastricht krijgen een universiteitsraad-nieuwe-stijl. Het college van bestuur in Eindhoven studeert nog op de voors en tegens van de twee modellen. Volgens insiders neigt ook dit college naar een ondernemingsraad.

Een verhaal apart zijn de bijzondere universiteiten: de Vrije Universiteit in Amsterdam en de katholieke universiteiten in Nijmegen en Tilburg. Die hebben vorig jaar een cao afgesloten die de invoering van een ondernemingsraad voorschrijft náást een universiteitsraad – zoals de VU dat al had. Geen van drieën heeft nog besloten welk van de twee raden moet verdwijnen nu de MUB van kracht wordt. Maar als de voortekenen niet bedriegen legt de universiteitsraad het loodje aan de VU en in Nijmegen, en zou in Tilburg de ondernemingsraad wel eens een kort leven beschoren kunnen blijken.

Een ander uitzonderlijk geval is de Landbouwuniversiteit. Het college van bestuur in Wageningen lijkt te kiezen voor een ondernemingsraad. Maar de reden is bijzonder: de universiteit gaat fuseren met de Dienst Landbouwkundig Onderzoek van het ministerie van Landbouw. Omdat die een ondernemingsraad heeft, is er volgens het Wageningse college wat voor te zeggen dat ook de universiteit die krijgt.

De beste voorspelling lijkt al met al: zes universiteitsraden tegen zeven ondernemingsraden.

De invoering van de nieuwe universitaire bestuursstructuur, waarmee de Eerste Kamer vorige week akkoord ging, is op universiteiten in volle gang. Bestuurders worstelen met de vraag: moet er een ondernemingsraad komen of een universiteitsraad-nieuwe-stijl? Het Delftse college heeft zijn keuze gemaakt. Vóór een ondernemingsraad. Maar wat kiezen de andere bestuurscolleges en waarom? Een inventarisatie.

Jarenlang was het de nachtmerrie van elke universiteitsbestuurder. Veel mooie plannen stuitten in de universiteitsraad op taaie weerstand. Want altijd was er wel een raadslid dat zich opwierp als belangenbehartiger voor de een of de ander.

Maar angst voor slappe compromissen tussen wat het college van bestuur wenselijk vindt en wat in de raad haalbaar blijkt, is niet meer nodig. Volgens de nieuwe wet op de ‘modernisering van de universitaire bestuursorganisatie’ (MUB) mag de universiteitsraad voortaan niet meer meebesturen. Het college van bestuur moet over een aantal zaken nog wel overleggen met de raad, maar uiteindelijk beslist het zelf.

Een universiteit kan zelfs nog ingrijpender afrekenen met de raad door hem in te ruilen voor een ondernemingsraad en een studentenraad. Het college van bestuur aan de Universiteit van Amsterdam was de eerste die daarvoor koos.

De wens om radicaal te breken met het verleden lijkt een van de belangrijkste redenen. Want, schreef het Amsterdamse college vorige maand, als de universiteitsraad blijft bestaan, zouden er ,,ten onrechte veel elementen van de huidige situatie simpelweg gecontinueerd kunnen worden”. Terwijl juist een ‘heldere breuk’ nodig is. Want er moet in Amsterdam nogal wat op de schop, vindt het UvA-bestuur dat een meer marktgerichte universiteit voorstaat. Handhaven van een universiteitsraad zou een ‘verkeerd signaal’ zijn.
Belangen

Het college in Amsterdam vindt ook dat een ondernemingsraad beter past bij de uitgangspunten van de MUB. Als universitaire raden niet meer kunnen meebesturen, moeten ze zich maar toeleggen op belangenbehartiging. En omdat studenten en personeel uiteenlopende belangen hebben, kan dat het best als ze ieder een eigen raad hebben. De afweging tussen personeels- en studentenbelangen maakt het college van bestuur zelf wel.

Het zijn in grote lijnen dezelfde argumenten als van het Delftse college van bestuur, dat ook voor een ondernemingsraad heeft gekozen. Er is een ‘afscheid van oude gewoontes’ nodig, aldus collegevoorzitter dr. N. de Voogd, en een ’transparante’ scheiding van personeels- en studentenbelangen. Hij verwijst vooral naar de omstandigheden waaronder een universiteit moet werken. Die gaan steeds meer op die van het bedrijfsleven lijken. Daarbij past ,,een medezeggenschapsstelsel waarmee in het bedrijfsleven al jarenlang goede ervaringen zijn opgedaan”.

De keus voor een universiteitsraad-nieuwe-stijl ofwel medezeggenschapsraad zou volgens de Delftse bestuurders te veel onduidelijkheid met zich meebrengen. Want niemand weet nog hoe de bevoegdheden van zo’n raad in de praktijk precies uitpakken.
Wc-papier

De bevoegdheden van een ondernemingsraad zijn ‘helder en eenduidig’, zeggen voorstanders. Anderen vinden de bevoegdheden weliswaar helder, maar veel te beperkt. Heeft de ondernemingsraad niet vooral invloed op de kleur van het wc- papier? De wet op de ondernemingsraden (WOR) stelt dat de raad instemmingsbevoegdheid heeft in aangelegenheden die rechtstreeks het personeel raken, zoals arbeidsomstandigheden, salarissen, werktijden en dergelijke. Dat lijkt meer dan het is. Want in de praktijk zijn deze zaken meestal al in de cao geregeld, en dan staat de raad erbuiten.

Minder zeggenschap heeft de raad als het gaat om de strategie van de onderneming: dan mag de raad ‘advies uitbrengen’. In de WOR staan bijvoorbeeld reorganisaties genoemd als iets wat onder dit adviesrecht valt, evenals investeringen en veranderingen in de werkzaamheden van een onderneming.

Vallen onderwijs en onderzoek – ten slotte de kern van wat er aan een universiteit gebeurt – ook onder deze omschrijving? FNV-beleidsmedewerker J. Hooiveld denkt van niet. ,,Het essentiële verschil tussen een ondernemingsraad en de huidige universiteitsraad”, zei hij onlangs tijdens een symposium, ,,is dat een ondernemingsraad nooit praat over de kernactiviteiten, maar slechts over de randvoorwaarden en de personele consequenties.”

De colleges van bestuur laten zich echter meer leiden door de opvattingen van iemand als de Amsterdamse arbeidsjurist prof.mr. P.F. van der Heijden. Half Nederland werkt al met een ondernemingsraad, weet hij. Waarom zou een universiteit er niet mee uit de voeten kunnen? ,,De wet geeft zo’n raad de bevoegdheid om over alle aangelegenheden van importantie mee te praten”, zegt Van der Heijden. ,,Hoe daarvan gebruik wordt gemaakt, hangt mede af van de mondigheid van de leden – maar wat dat betreft hoef je aan een universiteit niet bang te zijn. En een college van bestuur kan een advies niet zonder redenen naast zich neerleggen. Want als de ondernemingsraad dan een geschil aanhangig maakt, verliest zo’n college dat zeker.”
Debat

De meeste colleges van bestuur lijken de conclusie te delen zoals die door de Universiteit Maastricht is verwoord. ,,Naar bevoegdheden gemeten behoeven de beide stelsels niet veel van elkaar af te wijken.” De vraag naar de bevoegdheden is tot nu toe voor geen enkel college doorslaggevend gebleken.

Vijf universiteiten hebben inmiddels al gekozen voor het handhaven van ‘ongedeelde medezeggenschap’: personeel en studenten in één universiteitsraad-nieuwe-stijl. En zoals Amsterdam en Delft kiezen voor een ondernemingsraad vanwege de noodzaak van ingrijpende veranderingen, zo kiezen de vijf voor het tegenovergestelde om in grote lijnen te kunnen aansluitenbij het bestaande.

De Universiteit Utrecht bijvoorbeeld heeft weinig behoefte aan een ‘breuk’, maar eerder aan een ‘wending’, zegt voorzitter drs. J.G.F. Veldhuis van het college van bestuur. ,,Het ging hier de laatste jaren al goed”, zegt hij. En dat studenten en personeel lid zijn van één raad, is volgens hem juist goed voor het ‘academisch debat’.

Belangenbehartiging – volgens de Amsterdamse voorstellen bij uitstek de taak van de nieuwe raden – wil men in Utrecht juist buiten de raadsvergaderingen houden. ,,Daar hebben we andere organen voor”, zegt Veldhuis, die er in een adem aan toe voegt zich de keus voor een ondernemingsraad ook heel goed te kunnen voorstellen.

Dat laatste is tekenend voor de overtuiging van de colleges van bestuur die nu kiezen voor een universiteitsraad-nieuwe- stijl: het doet er voor hen niet veel toe. De colleges die een ondernemingsraad willen invoeren zijn veel meer overtuigd van hun eigen gelijk. Dat kan een voorteken zijn. Over twee jaar moeten alle universiteiten opnieuw de keus maken, en dan zou de ondernemingsraad wel eens zijn echte doorbraak kunnen beleven.

Ondernemingsraad of universiteitsraad-nieuwe-stijl. Dat is de eerste keus waarvoor de MUB de universiteiten stelt. Die moet gemaakt worden door de colleges van bestuur en goedgekeurd door de raden van toezicht – die pas ingesteld kunnen worden als de MUB van kracht is. De keus geldt voorlopig voor twee jaar.

Tot nu toe is de stand 5-3. Er zijn drie colleges die kiezen voor een ondernemingsraad: de Universiteit van Amsterdam en de Technische Universiteiten in Delft en Twente. Vijf anderen zijn er eveneens uit: Utrecht, Leiden, Groningen, Rotterdam en Maastricht krijgen een universiteitsraad-nieuwe-stijl. Het college van bestuur in Eindhoven studeert nog op de voors en tegens van de twee modellen. Volgens insiders neigt ook dit college naar een ondernemingsraad.

Een verhaal apart zijn de bijzondere universiteiten: de Vrije Universiteit in Amsterdam en de katholieke universiteiten in Nijmegen en Tilburg. Die hebben vorig jaar een cao afgesloten die de invoering van een ondernemingsraad voorschrijft náást een universiteitsraad – zoals de VU dat al had. Geen van drieën heeft nog besloten welk van de twee raden moet verdwijnen nu de MUB van kracht wordt. Maar als de voortekenen niet bedriegen legt de universiteitsraad het loodje aan de VU en in Nijmegen, en zou in Tilburg de ondernemingsraad wel eens een kort leven beschoren kunnen blijken.

Een ander uitzonderlijk geval is de Landbouwuniversiteit. Het college van bestuur in Wageningen lijkt te kiezen voor een ondernemingsraad. Maar de reden is bijzonder: de universiteit gaat fuseren met de Dienst Landbouwkundig Onderzoek van het ministerie van Landbouw. Omdat die een ondernemingsraad heeft, is er volgens het Wageningse college wat voor te zeggen dat ook de universiteit die krijgt.

De beste voorspelling lijkt al met al: zes universiteitsraden tegen zeven ondernemingsraden.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.