Onderwijs

​ISO: zonder papiertje niet lesgeven op universiteit

Dertig procenten van de docenten geeft les op de universiteit zonder didactische training te hebben gevolgd. Stel die training verplicht, maant het Interstedelijk Studenten Overleg (ISO).

In 2008 spraken universiteiten af dat zoveel mogelijk docenten een didactische training moesten krijgen: de basiskwalificatie onderwijs (bko). Maar uit een inventarisatie van ISO blijkt dat drie op de tien universitaire docenten nog steeds zonder papiertje lesgeven.

“Een student moet ervan op aan kunnen dat de docent voor de klas gekwalificeerd is”, zegt ISO-voorzitter Jan Sinnige in een persbericht. “Om les te geven op de basisschool is vier jaar scholing vereist, terwijl universitaire docenten zomaar voor de klas mogen staan.”

TU Delft

Aan de TU Delft heeft zo’n dertig procent van de docenten nog geen bko, maar is die wel verplicht. Docenten moeten ofwel aantonen dat ze onderwijsvaardigheden elders hebben opgedaan, ofwel een bko-traject aan de universiteit volgen. “Dat traject is zwaar en duurt meestal een jaar”, zegt directeur onderwijs en studentenzaken Timo Kos.

Honderd procent docenten met een bko haalt de TU volgens Kos nooit, omdat er veel verloop van docenten is en jonge aanwas dus een jaar bezig is met een bko-traject. Bovendien zijn er bij een faculteit als Bouwkunde veel parttime docenten die één dag in de week les geven en daarnaast een eigen architectenbureau hebben. “Als die een bko-traject moeten volgen, hebben ze vier jaar nodig om hun kwalificatie te halen. Dat is veel voor één dag in de week lesgeven.”

Deze groep parttime docenten krijgt volgens Kos een ‘uitgekleed programma’ met verplichte elementen zoals een goede lesvoorbereiding en feedback leren geven. De ambitie is dat tachtig procent van de docenten een bko heeft. “Tel je de mensen die nieuw binnenstromen en de parttimers bij elkaar op, dan kom je al aardig in de buurt van twintig procent die geen bko heeft”, zegt Kos.

Promovendi

In 2013 maakte de vereniging van universiteiten (VSNU) een zelfde soort inventarisatie als het ISO. Het aandeel docenten met een bko is sindsdien spectaculair gegroeid, maar volgens het ISO nog niet genoeg. Er kan vooral nog winst worden geboekt bij promovendi en student-assistenten.

Ook de promovendi zelf vinden dat ze beter kunnen worden voorbereid op hun lestaak. De helft is ontevreden over de begeleiding die ze krijgen bij het lesgeven en slechts elf procent doorloopt (delen van) het bko-traject, bleek een half jaar geleden uit een onderzoek van onder andere het ISO. Toch zouden promovendi best willen: ruim negentig procent vindt dat het mogelijk zou moeten zijn om deze startkwalificatie te halen.

Aan de TU mogen promovendi een bko-traject doen als ze dit willen, maar is dat gericht op het maken van onderwijsmodules. “Dat verplichten we promovendi niet, ze kunnen wel trainingen volgen”, zegt Kos. Volgens hem is het ‘vreemd’ als studenten een half jaar een bko-traject moeten volgen om alleen maar student-assistent te mogen zijn.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.