Het eerder aangekondigde onderzoek naar het functioneren van het Central International Office van de TU moet in februari uitmonden in een rapport. Het CIO moet ‘robuust’ worden ingericht, vindt de universiteit.
Delen
Secretaris van het college van bestuur Gert Jan Scheurwater voert het onderzoek uit samen met Theo van Drunen, hoofd onderwijs en studentenzaken van de faculteit Bouwkunde. Het onderzoek volgt op een prangend verzoek van de onderdeelcommissie (odc) van de universiteitsdienst begin oktober. De commissie wilde dat de personele bezetting, de werkprocessen en communicatie tussen de vier CIO-afdelingen tegen het licht gehouden zouden worden. Dat gaat nu gebeuren. Het CIO moet volgens de universiteit een ‘robuuste inrichting’ krijgen.
De odc trok aan de bel omdat ze ‘zorgelijke geluiden’ had gehoord van medewerkers van het CIO. In de loop van oktober kwam de odc met een schriftelijk advies, om haar woorden kracht bij te zetten. Daarin stond dat het CIO ‘kwetsbaar’ is, ondanks dat het er ‘goed in is geslaagd een enorme groei van studenten, promovendi en internationale medewerkers op te vangen’. De odc benoemde verschillende ‘aandachtspunten’, zoals een ‘bijzonder’ hoge werkdruk en een ‘ver bovengemiddeld’ ziekteverzuim.
Afdelingen functioneren daarnaast als ‘eilanden’. Bundeling van kennis en capaciteit komt niet voldoende van de grond. ICT-systemen zijn niet voor alle medewerkers toegankelijk. Ook werken er op sommige afdelingen zo veel student-assistenten dat er geen continuïteit is en kennis verloren gaat. Dat alles leidt volgens de odc tot ‘inefficiëntie’ en ‘frustraties’. Anka Mulder, beheerder van de universiteitsdienst, liet eerder al weten dat alles te herkennen.
Comments are closed.