Onderwijs

​’Integriteitsproblemen kunnen te lang voortwoekeren’

Jack Pronk was vier jaar vertrouwenspersoon wetenschappelijke en bestuurlijke integriteit aan de TU. Hij zag dat wetenschappers met een managementrol te vaak mensen niet durven aan te spreken op dingen die mis gaan.

Medewerkers, studenten en gasten van de TU konden sinds 2013 bij Pronk terecht als er sprake was van inbreuk op de wetenschappelijke integriteit. Denk bijvoorbeeld aan plagiaat, datamanipulatie, belangenverstrengeling of gedoe over auteurschap bij publicaties.

Welk type meldingen Pronk de afgelopen jaren kreeg, wil hij niet zeggen. “Ik wil absoluut niet dat medewerkers en studenten die met mijn opvolgers spreken het idee zouden kunnen krijgen dat er toch, in bedekte termen, verwezen wordt naar de zaken die ze met een vertrouwenspersoon hebben besproken.”

Tientallen meldingen

Wel vertelt hij dat er enkele tientallen collega’s en studenten bij hem aanklopten. Die aantallen had hij vooraf ongeveer verwacht. De intensiteit van die contacten wisselde sterk. Met sommige collega’s voerde hij wel acht of tien gesprekken. Anderen wilden in een enkel gesprek hun eigen handelen in een bepaalde situatie nog eens doorpraten. “Dat was ook voor mij waardevol en leerzaam”, zegt Pronk. “Ik heb hopelijk geleerd om beter te luisteren en niet te snel een mening klaar te hebben. Maar het blijft werk in uitvoering.”

Volgens Pronk is het typerend voor universiteiten dat nogal wat wetenschappers die in een managementrol zijn beland – hij zegt daar zelf ook bij te horen – te lang vermijden om medewerkers direct aan te spreken op dingen die mis gaan. Het adagium ‘leven en laten leven’ zit volgens hem nog te sterk ingebakken in de organisatiecultuur van de TU. “Problemen kunnen daardoor te lang onder de oppervlakte blijven voortwoekeren.”

Elkaar opzoeken

Wat volgens Pronk kan helpen, is het delen van ervaringen en zorgen met collega’s die vergelijkbare managementtaken vervullen. “Een lunch met een collega die meedenkt, kan helpen om handvatten te vinden en jezelf op scherp te zetten om problemen aan te pakken. Er is ontzettend veel relevante ervaring op de campus. We kunnen veel van elkaar leren, maar we zoeken elkaar nog te weinig op.”

Zijn beeld van de TU is niet veranderd door dit werk, zegt Pronk nu. “We zijn een gemeenschap van mensen die, zowel individueel als collectief, fantastische dingen doen en soms fouten maken.” Wel schrok hij in enkele gevallen van de impact die integriteitszaken op collega’s en studenten kunnen hebben. “Het niet op tijd bespreekbaar maken, signaleren en aanpakken van problemen kan leiden tot ernstige en onnodige stress, verdriet en schade. We kunnen hier nog stappen in maken, denk ik.”

Veel bereidheid

Graag wil hij daar iets positiefs aan toevoegen. “In enkele gevallen heb ik, uiteraard met instemming van de betreffende persoon, geprobeerd te mediëren of contacten te leggen. Mijn ervaringen met de sectieleiders en afdelingsvoorzitters die ik benaderde, waren vrijwel altijd positief. Er zijn binnen onze universiteit veel mensen bereid om problemen rond wetenschappelijke integriteit te helpen oplossen.”

Het aantal medewerkers dat zich meldt bij de vertrouwenspersoon neemt niet af, maar Pronk zegt daar juist ‘blij’ mee te zijn. “Een vertrouwenspersoon zou moeten helpen om de drempel te verlagen voor collega’s die over wetenschappelijke integriteit willen spreken. De term ‘melding’ suggereert dat er iets scheef zit, maar dat hoeft helemaal niet: veel gesprekken hebben een preventief of informerend karakter.”

Schade voorkomen

Pronk zegt dan ook volmondig ‘ja’ op de vraag of hij een vertrouwenspersoon wetenschappelijke integriteit een must vindt voor een universiteit als de TU Delft. “Ik vind het op zichzelf al waardevol dat mensen in strikt vertrouwen van gedachten kunnen wisselen over zaken die ze tegenkomen rond wetenschappelijke integriteit. In een aantal gevallen beperkt of voorkomt een goed gesprek escalatie en schade aan personen en organisatie. Indien nodig kan de vertrouwenspersoon bovendien adviseren bij indiening van een formele klacht bij de commissie Wetenschappelijke integriteit.”

Sinds 1 februari zijn Jenny Dankelman (3mE) en Bernard Dam (TNW) de nieuwe vertrouwenspersonen wetenschappelijke en bestuurlijke integriteit. Pronk hoopt dat zij dit werk net zo zullen ervaren als hij. “Ik vond het een eer om dit te mogen doen.”

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.