Onderwijs

Herijking: minder boventalligen dan verwacht

De herijking ligt op koers. Dat is de conclusie van de taskforce herijking na een rondgang langs faculteiten, instituten en diensten. Maar de één is beduidend verder dan de ander met de realisatie van zijn plannen.


Om en nabij een jaar loopt de uitvoering van de herijking nu. Voor veel reorganisaties zou het einde dan wel in zicht zijn, maar dat is in dit geval niet zo. Het college van bestuur heeft er drie jaar voor uitgetrokken om 45 miljoen euro te besparen. Vijftien miljoen staat te boek als pure bezuiniging om het huishoudboekje weer op orde te krijgen. De overige dertig miljoen wordt vrijgemaakt voor de financiering van nieuwe keuzes. Als de overheid dit voorjaar tenminste geen roet in het eten gooit met extra bezuinigingsmaatregelen.


Waar de ondernemingsraad en de vakbonden deze reorganisatie wel erg langdurig vinden, ziet hoofd taskforce herijking Anka Mulder juist de voordelen van de gekozen constructie. Bijvoorbeeld op personeelsvlak. “De herijking is geen big bang. Er is tijd om mensen te herplaatsen, of voor het zoeken naar een nieuwe baan. Soms zullen er toch boventalligen zijn, maar het aantal zal lager uitkomen dan we van tevoren hadden ingeschat.” Aan een nieuwe schatting wil Mulder zich niet wagen, maar zij en haar financiële man Rob Kok zijn het erover eens dat een reorganisatie veel minder dramatisch uitpakt als mensen kunnen doorstromen naar nieuw werk.


Niet alle 234 deelplannen waaruit de herijking nu bestaat hebben echter directe personele gevolgen. Vaak niet zelfs. Dat zijn de plannen die het snelst uitgevoerd zijn. Vaak gaat het om bedrijfsvoering: geen waterdispensers meer op de gang, minder strategiegelden uitgeven. Dat soort plannen wordt niet besproken door het college van bestuur (cvb), de ondernemingsraad (or) of de studentenraad (sr). De plannen die wel naar cvb en medezeggenschap gaan, zijn vooral die met personele consequenties. “Daar moet je nog zorgvuldiger mee omgaan en dus duren ze langer.”

Mulder ziet dat vooral de projecten die door verschillende diensten of faculteiten moeten worden uitgevoerd, veel tijd vergen. “Die inter-projecten zijn het ingewikkeldst. Maar de eerste plannen komen nu los: procestechnologie, remote sensing, maar ook het samengaan van het international office voor studenten en het international office voor medewerkers.” Is dat niet laat? Nee, zegt Mulder. “We hebben tot eind 2014 de tijd.”


Waarmee ze niet wil zeggen dat alles tot het laatst moet wachten. Mulders taskforce checkt plannen die in de maak zijn, geeft advies over hoe die plannen opgesteld moeten worden en vraagt afdelingen naar hun voortgang. Ieder kwartaal maakt de taskforce een rondgang langs alle faculteiten en diensten om die voortgang te onderzoeken. En die informatie gaat vervolgens in een grote spreadsheet, het dashboard.


Daaruit komen data naar voren die grip moet geven op de uitkomsten van de herijking. En dan blijkt dat de universiteitsdienst verder is met de realisatie van plannen dan de faculteiten. Die laatste zitten op dertig procent, waarbij de onderlinge verschillen soms groot zijn. De faculteit Civiele Techniek en Geowetenschappen is bijvoorbeeld ver met de realisatie van plannen, omdat daar al een reorganisatie liep.


De faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica heeft al veel gedaan volgens Mulder. “Maar de faculteit staat wel voor een enorme uitdaging aan de batenkant”, aldus Rob Kok. Daarmee bedoelt hij dat er geld moet worden gehaald uit nieuwe geldstromen, met name door onderzoeksinstituut Dimes, dat zichzelf moet gaan bedruipen. Ook Techniek, Bestuur en Management (TBM) moet nog veel plannen realiseren. Mulder: “Ik verwacht dat TBM dit jaar een slag gaat maken.”

De gegevens uit het dashboard zijn dus belangrijk voor de universiteit om te kunnen volgen hoe de herijking opschiet. Maar wie echt wil weten hoe de TU ervoor staat, moet in de jaarrekening kijken of de besparingen ook daar zichtbaar worden. Al zal dat nog niet meevallen. Kok: “Dat kan niet op het miljoen nauwkeurig, omdat er veel meer effecten doorwerken in de exploitatie van de universiteit. Maar we kunnen straks wel laten zien dat de hoofdlijn lukt.”


Slikken of stikken

De vakbonden hebben het lang niet zo druk gehad als nu. “Iedere dag heb ik twee gesprekken met TU-medewerkers, en dat geldt ook voor de andere bonden. Normaal heb ik wekelijks hooguit één gesprek”, vertelt Hans van Schagen, secretaris van de AbvaKabo FNV en voorzitter van het Lokaal Overleg, het overlegorgaan van de vakbonden aan de TU Delft. De vakbondsmedewerkers gaan vaak mee als medewerkers praten over een vertrekregeling. “Deze onderhandelingen vinden vaak al plaats voordat de reorganisatie echt is begonnen in een onderdeel. Dat kan eigenlijk niet, omdat er op dat moment officieel van boventalligheid nog geen sprake is.” De bonden constateren dat de herijking vaak wordt gebruikt om medewerkers te wippen, die men al langer kwijt wilde. “Maar daarvoor is een reorganisatie niet bedoeld, daarvoor is de R&O.” Mensen hoeven in die voorfase dus nog helemaal niet te denken aan een regeling, zegt Van Schagen. Dat zij er vaak toch in meegaan, komt volgens hem door de druk. “Men heeft tegen je gezegd dat je niet meer voldoet. Dan is het slikken of stikken.”

Als een student een kamer huurt bij Duwo, wordt er een campuscontract aangeboden. Studeert iemand inmiddels niet meer, dan volgt nu opzegging met een beroep op dringend eigen gebruik, zodat er ruimte wordt gemaakt voor een nieuwe student. Wijwonen onderschrijft het probleem van een te kort aan studentenhuisvesting in Delft. Wijwonen staat dan ook achter het principe van het campuscontract voor nieuwe studenten. Alleen is er door de wetgever geen overgangsregeling opgesteld voor de zittende studenten zonder campuscontract. Dit was tot op heden altijd een grijs gebied en moest dus beoordeeld worden door een rechter. Het gaat om ongeveer duizend studenten die nog een origineel contract hebben, waarvan de meesten voor of direct na hun afstuderen vrijwillig hun kamer verlaten. Deze regeling, die afgestudeerde studenten dwingt om hun woning te verlaten, zal dus slechts enkele tientallen extra kamers opleveren voor nieuwe studenten. Wijwonen vraagt zich dan ook serieus af of deze regeling vanuit Duwo wel zo effectief is als ze denken. Het breken van contracten met huidige huurders om enkele tientallen studenten (met een instroom van zo’n duizend extra studenten per jaar) een kamer te bieden lijkt ons geen goede keuze.

Daarnaast heeft Wijwonen sterke twijfels over de uitspraak van de rechter. De drie huurders gaan waarschijnlijk in hoger beroep tegen deze uitspraak bij het gerechtshof. Dan zal blijken of deze uitspraak op gronden van ‘dringend eigen gebruik’ ook daadwerkelijk zo dringend zijn. Over het begrip ‘eigen gebruik’ is geen discussie meer mogelijk, maar over het element ‘dringend’ natuurlijk wel. Dat staat in de belangenafweging ter beoordeling van de rechter. Het gaat er immers om dat: ‘de verhuurder aannemelijk maakt dat hij het verhuurde zo dringend nodig heeft voor eigen gebruik (…), dat van hem, de belangen van beide partijen en van huurders naar billijkheid in aanmerking genomen, niet kan worden gevergd dat de huurovereenkomst wordt verlengd’ . Kortom, Wijwonen is er nog niet zo zeker van dat Duwo deze strijd daadwerkelijk heeft gewonnen. Wij hopen dat de rechters in hoger beroep anders naar deze zaak gaan kijken en wel het huurrecht in tact houden.
Heb jij ook een campuscontract en wil je op de hoogte gehouden worden van de actuele ontwikkelingen en informatie. Stuur je gegevens aan info@wijwonendelft.nl

Thomas Dekker is voorzitter van Wijwonen, de algemene bewonersorganisatie van Duwo.   


Ieder kwartaal inventariseert de taskforce herijking de voortgang van de herijking. De ‘geplande besparing’ is het totaal van verwachte besparingen per deelplan. De ‘gerealiseerde besparing’ is het totaal van besparingen die in de verschillende deelplannen gerealiseerd zijn. (Bron: Taskforce herijking)


De faculteiten en de instituten zijn nog niet zo ver als de universiteitsdienst en de algemene bedrijfsvoering met de uitwerking van plannen en de realisatie daarvan. Taskforce-voorzitter Anka Mulder heeft daar geen eensluidende verklaring voor, al heeft de universiteitsdienst vaak wel te maken met minder complexe plannen en projecten die simpelweg zijn stopgezet. (Bron: Taskforce herijking)

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.