Wetenschap

‘Havengebieden veranderen in commerciële pretparken’

Historica drs.ir. Agustina Martire (Bouwkunde) deed historisch onderzoek naar de inrichting van recreatiegebieden langs het water in Barcelona, Chicago en Buenos Aires. Deze laatste stad is volgens haar al sinds de Verlichting toonaangevend.

Flaneren langs het water kan tegenwoordig in vrijwel elke grote kustplaats. Hoe anders was dat in de achttiende eeuw. De upper class die met de Verlichting net over haar angst voor het waterwas heengestapt was, moest voor contemplatie langs het water afreizen naar kustplaatsjes als Cannes, Bristol en Scheveningen. Daar werd volop ruimte gereserveerd voor zulk vertier. In de grote kuststeden was de waterkant het domein van reders en havenarbeiders.

Europa verschilde hierin wezenlijk van Noord- en Zuid-Amerika. Havens waren in de nieuwe wereld veel kleiner. Stedelingen konden dus in hun eigen stad langs het water kuieren. Volgens historica drs.ir. Agustina Martire liepen als gevolg hiervan Zuid-Amerikaanse steden rond 1900, toen vrijetijdsbesteding onder alle bevolkingslagen een grote vlucht nam, voorop met de aanleg van parken langs het water. Zij baseert dit op historisch onderzoek naar de inrichting van recreatiegebieden in Barcelona, Chicago en Buenos Aires, plaatsen die zij als modelsteden beschouwt voor de drie continenten. Binnenkort promoveert ze hierop bij het onderzoeksinstituut van Bouwkunde, Institutio Historiae Architecturae, Artis et Urbis.

Eind negentiende eeuw heerste de zogenaamde ‘Park Movement’, schrijft Martire in haar proefschrift. Deze beweging beschouwde parken als de longen van de stad. Geen overbodige luxe in steden die door de industriële revolutie uitpuilden van de arbeiders. Mensen hadden frisse lucht nodig en ruimte om te ontspannen, was de heersende gedachte. In Chicago werd een oude begraafplaats langs Lake Michigan omgebouwd tot een groot park, Lincoln Park, waar volop gesport kon worden. Het havengebied van de stad was slechts vijf keer langer dan het park. Het park was dan ook relatief groot. In Barcelona werd ook langs de kust gerecreëerd, maar dit kwam vooral door de vele private badhuizen. Plannen voor de aanleg van parken kregen geen voet aan de grond. De concurrentie met het havengebied was te groot, concludeert Martire.

Rond diezelfde tijd (circa 1870) lanceerde de Argentijnse president Domingo Sarmiento het plan om een park aan de noordzijde van Buenos Aires langs het water te maken dat maar liefst tien maal zo lang zou worden als het havengebied. Niet alleen was er de ruimte om parken aan het water aan te leggen, de stad was rond die tijd ook rijkelijk bedeeld met getalenteerde landschapsarchitecten, aldus Martire. En het trok rond de eeuwwisseling talloze Europese landschapsarchitecten aan die inspiratie op kwamen doen.

Dat was toen. Europa, maar ook de rest van de wereld is de afgelopen decennia in rap tempo oude havengebieden aan het herinrichten. “Met de opkomst van het containervervoer is overal ter wereld ruimte vrijgekomen in havengebieden”, legt Martire uit. “Die gebieden zijn de afgelopen decennia grotendeels ingericht voor vrijetijdsbesteding.”

Ondanks deze nieuwe ontwikkeling meent Martire dat Zuid-Amerika nog steeds haar koppositie niet echt is kwijtgeraakt. Ze bladert door haar proefschrift op zoek naar een goede illustratie. “Op deze foto’s van Puerto Madero in Buenos Aires is duidelijk zichtbaar hoe de stad publieke en commerciële ruimte mooi heeft weten te combineren”, zegt ze plots. Als vingers die in elkaar grijpen wisselen stroken hoogbouw, park en gebieden met trendy winkels en restaurants elkaar af. Het ontwerp getuigt volgens Martire van een diepgeworteld Zuid-Amerikaans besef van de waarde van publieke ruimte.

“Elders in de wereld zijn veel oude havengebieden veranderd in commerciële pretparken. In Barcelona is een deel van de oude haven veranderd in een groot commercieel centrum. In steden als Osaka, Dubai, Miami en New York worden vooral veel recreatiegebieden gemaakt met een kitscherig historisch tintje. Er worden historische gebouwen en monumenten nagebootst. Er is weinig authenticiteit.”

Uitgaansgebied langs het water in Buenos Aires in 1929. (Foto uit het archief van Agustina Martire)

‘Leisure Coast City. A comparative history of the urban leisure waterfront. Barcelona. Buenos Aires. Chicago. 1870-1930’ , Agustina Martire 2007

Flaneren langs het water kan tegenwoordig in vrijwel elke grote kustplaats. Hoe anders was dat in de achttiende eeuw. De upper class die met de Verlichting net over haar angst voor het waterwas heengestapt was, moest voor contemplatie langs het water afreizen naar kustplaatsjes als Cannes, Bristol en Scheveningen. Daar werd volop ruimte gereserveerd voor zulk vertier. In de grote kuststeden was de waterkant het domein van reders en havenarbeiders.

Europa verschilde hierin wezenlijk van Noord- en Zuid-Amerika. Havens waren in de nieuwe wereld veel kleiner. Stedelingen konden dus in hun eigen stad langs het water kuieren. Volgens historica drs.ir. Agustina Martire liepen als gevolg hiervan Zuid-Amerikaanse steden rond 1900, toen vrijetijdsbesteding onder alle bevolkingslagen een grote vlucht nam, voorop met de aanleg van parken langs het water. Zij baseert dit op historisch onderzoek naar de inrichting van recreatiegebieden in Barcelona, Chicago en Buenos Aires, plaatsen die zij als modelsteden beschouwt voor de drie continenten. Binnenkort promoveert ze hierop bij het onderzoeksinstituut van Bouwkunde, Institutio Historiae Architecturae, Artis et Urbis.

Eind negentiende eeuw heerste de zogenaamde ‘Park Movement’, schrijft Martire in haar proefschrift. Deze beweging beschouwde parken als de longen van de stad. Geen overbodige luxe in steden die door de industriële revolutie uitpuilden van de arbeiders. Mensen hadden frisse lucht nodig en ruimte om te ontspannen, was de heersende gedachte. In Chicago werd een oude begraafplaats langs Lake Michigan omgebouwd tot een groot park, Lincoln Park, waar volop gesport kon worden. Het havengebied van de stad was slechts vijf keer langer dan het park. Het park was dan ook relatief groot. In Barcelona werd ook langs de kust gerecreëerd, maar dit kwam vooral door de vele private badhuizen. Plannen voor de aanleg van parken kregen geen voet aan de grond. De concurrentie met het havengebied was te groot, concludeert Martire.

Rond diezelfde tijd (circa 1870) lanceerde de Argentijnse president Domingo Sarmiento het plan om een park aan de noordzijde van Buenos Aires langs het water te maken dat maar liefst tien maal zo lang zou worden als het havengebied. Niet alleen was er de ruimte om parken aan het water aan te leggen, de stad was rond die tijd ook rijkelijk bedeeld met getalenteerde landschapsarchitecten, aldus Martire. En het trok rond de eeuwwisseling talloze Europese landschapsarchitecten aan die inspiratie op kwamen doen.

Dat was toen. Europa, maar ook de rest van de wereld is de afgelopen decennia in rap tempo oude havengebieden aan het herinrichten. “Met de opkomst van het containervervoer is overal ter wereld ruimte vrijgekomen in havengebieden”, legt Martire uit. “Die gebieden zijn de afgelopen decennia grotendeels ingericht voor vrijetijdsbesteding.”

Ondanks deze nieuwe ontwikkeling meent Martire dat Zuid-Amerika nog steeds haar koppositie niet echt is kwijtgeraakt. Ze bladert door haar proefschrift op zoek naar een goede illustratie. “Op deze foto’s van Puerto Madero in Buenos Aires is duidelijk zichtbaar hoe de stad publieke en commerciële ruimte mooi heeft weten te combineren”, zegt ze plots. Als vingers die in elkaar grijpen wisselen stroken hoogbouw, park en gebieden met trendy winkels en restaurants elkaar af. Het ontwerp getuigt volgens Martire van een diepgeworteld Zuid-Amerikaans besef van de waarde van publieke ruimte.

“Elders in de wereld zijn veel oude havengebieden veranderd in commerciële pretparken. In Barcelona is een deel van de oude haven veranderd in een groot commercieel centrum. In steden als Osaka, Dubai, Miami en New York worden vooral veel recreatiegebieden gemaakt met een kitscherig historisch tintje. Er worden historische gebouwen en monumenten nagebootst. Er is weinig authenticiteit.”

Uitgaansgebied langs het water in Buenos Aires in 1929. (Foto uit het archief van Agustina Martire)

‘Leisure Coast City. A comparative history of the urban leisure waterfront. Barcelona. Buenos Aires. Chicago. 1870-1930’ , Agustina Martire 2007

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.