Onderwijs

Financiële dienstverlening

Tussen de verhuisdozen, verbouwingsgeluiden en rondlopende werklui bevindt zich de nieuwe kamer van Guus Povel. Zodra de deur dicht is, blijkt het kantoor van het TWI-hoofd financieel-economische zaken, een oase van rust.

br />
Sinds een paar weken is Povel gevestigd op de zesde verdieping van het gebouw van Elektrotechniek. Het eerste gevolg van de clustering, aldus Povel. ,,De financiële administraties van Elektrotechniek en Wiskunde en Informatica zijn samen ondergebracht in één ruimte.”

Verder dan het delen van een ruimte en het gezamenlijk koffiedrinken gaat de samenwerking tussen beide diensten vooralsnog niet. ,,In 1998 hebben alle oude faculteiten nog een eigen begroting. In 1999 moet het anders worden, maar de praktische uitwerking van de clustering is nog niet bekend.”

Povel werkt ruim elf jaar in de financiële dienstverlening van de TU. De afgelopen jaren was hij als chef financiële administratie van het directoraat financiën en informatie werkzaam bij het hoofdgebouw. Sinds maart 1997 is hij aangesteld bij de faculteit Informatietechnologie en Systemen. Regelmatig wordt Povel gevraagd naar het ‘grote verschil’ tussen hoofdgebouw en faculteit. ,,Bij het hoofdbureau waren mijn werkzaamheden een onderdeel van een totaalgebeuren. Bij de faculteit ben ik van het begin tot het einde bij het financiële proces betrokken.” Een waardeoordeel wil hij hierover niet geven. ,,Het is anders”, is zijn enige commentaar.

Vraag je aan Povel welke ontwikkeling een grote invloed op zijn werk heeft gehad, dan is het antwoord niet het allocatiemodel of de clustering. ,,Zoals eerder gezegd is de clustering nog niet doorgevoerd. Wat het allocatiemodel betreft: dat maakt niet zoveel uit. Het is een rekenmodel dat een bepaald besteedbaar bedrag oplevert. Dit is een gegeven waarmee je begroot.”

De grote verandering van zijn werkzaamheden wordt onder meer veroorzaakt door het toenemende belang van de derde geldstroom. ,,De TU moet als een overheidsinstelling en tevens als een bedrijf functioneren. Het in rekening brengen van BTW is daarvan een goed voorbeeld. Simpel gezegd heeft de TU als onderneming de plicht tot BTW-heffing, maar als overheidsinstelling niet. Dat betekent dat je een tweedeling moet doorvoeren in de boekhouding. Vervolgens moet je bij iedere activiteit bekijken of het een onderdeel is van de TU als bedrijf of van de TU als overheidsinstelling. Dit verlangt van de financiële medewerkers bijvoorbeeld een grotere kennis van uiteenlopende belastingregels.”

Daarnaast moet Povel de medewerkers van de vakgroepen er regelmatig op wijzen dat het berekenen van BTW geen geld oplevert. ,,Dat misverstand komt door onbekendheid of onervarenheid. BTW-heffing betekent in principe het doorschuiven van gelden; de BTW die je in rekening brengt, moet je weer afgeven aan de belastingdienst.”

Povel ergert zich weleens aan de wijze van regelgeving van de overheid. Diverse nieuwe constructies die hem en zijn medewerkers veel tijd kosten, worden ingevoerd. ,,Zoiets kostaltijd veel extra tijd maar er staat nooit een vergoeding tegenover. Een goed voorbeeld is de invoering van de Euro. Invoering hiervan betekent ook voor de TU extra werk, maar er komt hiervoor geen extra vergoeding van de overheid.”

Financiële problemen kent TWI niet. Integendeel, Povel probeert de faculteit juist aan te zetten minder conservatief te begroten. ,,De afgelopen jaren is er uit onzekerheid zuinig met de financiële middelen omgesprongen. Als je niet weet hoeveel geld je volgend jaar hebt, ben je voorzichtiger met uitgeven. Verwacht wordt dat het aantal studenten informatica gaat groeien. Het is wellicht verstandig te investeren in zaken die later hun geld opbrengen en een tijdelijk tekort op de begroting voor lief te nemen. Deze andere manier van denken moet op de TU nog worden geleerd.”

Tussen de verhuisdozen, verbouwingsgeluiden en rondlopende werklui bevindt zich de nieuwe kamer van Guus Povel. Zodra de deur dicht is, blijkt het kantoor van het TWI-hoofd financieel-economische zaken, een oase van rust.

Sinds een paar weken is Povel gevestigd op de zesde verdieping van het gebouw van Elektrotechniek. Het eerste gevolg van de clustering, aldus Povel. ,,De financiële administraties van Elektrotechniek en Wiskunde en Informatica zijn samen ondergebracht in één ruimte.”

Verder dan het delen van een ruimte en het gezamenlijk koffiedrinken gaat de samenwerking tussen beide diensten vooralsnog niet. ,,In 1998 hebben alle oude faculteiten nog een eigen begroting. In 1999 moet het anders worden, maar de praktische uitwerking van de clustering is nog niet bekend.”

Povel werkt ruim elf jaar in de financiële dienstverlening van de TU. De afgelopen jaren was hij als chef financiële administratie van het directoraat financiën en informatie werkzaam bij het hoofdgebouw. Sinds maart 1997 is hij aangesteld bij de faculteit Informatietechnologie en Systemen. Regelmatig wordt Povel gevraagd naar het ‘grote verschil’ tussen hoofdgebouw en faculteit. ,,Bij het hoofdbureau waren mijn werkzaamheden een onderdeel van een totaalgebeuren. Bij de faculteit ben ik van het begin tot het einde bij het financiële proces betrokken.” Een waardeoordeel wil hij hierover niet geven. ,,Het is anders”, is zijn enige commentaar.

Vraag je aan Povel welke ontwikkeling een grote invloed op zijn werk heeft gehad, dan is het antwoord niet het allocatiemodel of de clustering. ,,Zoals eerder gezegd is de clustering nog niet doorgevoerd. Wat het allocatiemodel betreft: dat maakt niet zoveel uit. Het is een rekenmodel dat een bepaald besteedbaar bedrag oplevert. Dit is een gegeven waarmee je begroot.”

De grote verandering van zijn werkzaamheden wordt onder meer veroorzaakt door het toenemende belang van de derde geldstroom. ,,De TU moet als een overheidsinstelling en tevens als een bedrijf functioneren. Het in rekening brengen van BTW is daarvan een goed voorbeeld. Simpel gezegd heeft de TU als onderneming de plicht tot BTW-heffing, maar als overheidsinstelling niet. Dat betekent dat je een tweedeling moet doorvoeren in de boekhouding. Vervolgens moet je bij iedere activiteit bekijken of het een onderdeel is van de TU als bedrijf of van de TU als overheidsinstelling. Dit verlangt van de financiële medewerkers bijvoorbeeld een grotere kennis van uiteenlopende belastingregels.”

Daarnaast moet Povel de medewerkers van de vakgroepen er regelmatig op wijzen dat het berekenen van BTW geen geld oplevert. ,,Dat misverstand komt door onbekendheid of onervarenheid. BTW-heffing betekent in principe het doorschuiven van gelden; de BTW die je in rekening brengt, moet je weer afgeven aan de belastingdienst.”

Povel ergert zich weleens aan de wijze van regelgeving van de overheid. Diverse nieuwe constructies die hem en zijn medewerkers veel tijd kosten, worden ingevoerd. ,,Zoiets kostaltijd veel extra tijd maar er staat nooit een vergoeding tegenover. Een goed voorbeeld is de invoering van de Euro. Invoering hiervan betekent ook voor de TU extra werk, maar er komt hiervoor geen extra vergoeding van de overheid.”

Financiële problemen kent TWI niet. Integendeel, Povel probeert de faculteit juist aan te zetten minder conservatief te begroten. ,,De afgelopen jaren is er uit onzekerheid zuinig met de financiële middelen omgesprongen. Als je niet weet hoeveel geld je volgend jaar hebt, ben je voorzichtiger met uitgeven. Verwacht wordt dat het aantal studenten informatica gaat groeien. Het is wellicht verstandig te investeren in zaken die later hun geld opbrengen en een tijdelijk tekort op de begroting voor lief te nemen. Deze andere manier van denken moet op de TU nog worden geleerd.”

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.