Wetenschap

Erkenning voor slachtoffers dankzij asbestkaart

Asbestslachtoffers overlijden vaak voordat de rechter tot een uitspraak komt in hun zaak tegen voormalige werkgevers en verzekeraars. Een databank van TBM’er Paul Swuste moet daar verandering in brengen. Een asbestkaart als bewijslast.

Jarenlang werkten arbeiders in fabrieken onder omstandigheden waarvan bekend was dat ze gevaarlijk waren voor de volksgezondheid. Talloze rechtszaken in de jaren negentig waren het gevolg. ,,Daarin ging het er niet om wat de werkgever wist, maar wat hij had moeten en kunnen weten over het gevaar van asbest”, aldus dr. Paul Swuste, onderzoeker bij de sectie veiligheidskunde van de faculteit Techniek, Bestuur en Management. Hij heeft in meerdere rechtszaken als expertgetuige opgetreden.

Dergelijke rechtszaken kunnen lang duren, tot wel tien jaar toe. Juist in het geval van asbestslachtoffers is dit onaanvaardbaar lang. Want na veertig jaar sluipende aanwezigheid in de longen, slaan de asbestvezels meedogenloos toe. Gemiddeld niet meer dan zestien maanden heeft het slachtoffer nog te leven als de ziekte eenmaal is vastgesteld. Het slachtoffer is dan al overleden voordat de rechter tot een uitspraak komt.

De eis om met gedetailleerde gegevens over de blootstelling aan asbest op de proppen te komen, is de oorzaak van de lange rechtszaken. Advocaten van werkgevers en verzekeraars die zich tegen schadeclaims indekken willen daarmee volgens Swuste iets wat niet kan. ,,Onrealistisch”, oordeelt hij resoluut over de eisen van de advocaten. ,,Dergelijke nauwkeurige gegevens van vijftig jaar geleden zijn gewoonweg niet voorhanden.”

Erkenning

Om duidelijk te maken wat er wél bekend is, gaat Swuste internationaal bekende meetgegevens en strafrechtdossiers analyseren. Swuste doet dit samen met dr.ir. Lex Burdorf van het Instituut Maatschappelijke Gezondheidszorg van de Erasmus Universiteit Rotterdam. Dat moet een databank aan asbestgegevens opleveren.

Met een zogenaamde asbestkaart willen de onderzoekers vervolgens het individuele risico van een slachtoffer bepalen. Dat risico hangt af van de bedrijfstak waarin hij werkte, zijn beroep en het soort werkzaamheden over een periode van zo’n veertig jaar. Met deze asbestkaart hoopt Swuste werkgevers en verzekeraars makkelijker te overtuigen van hun aansprakelijkheid. Hij wil graag dat slachtoffers zo toch de erkenning en vergoeding krijgen die hen toekomt.

Swuste houdt zich al sinds 1976 bezig met het inventariseren van de risico’s van asbest en de gevolgen hiervan op de volksgezondheid. Hij geldt als dé asbestexpert van Nederland. ,,Als er weer eens iets met asbest is, weten de media me te vinden.”

Swuste begon met de bestudering van individuele gevallen, maar kwam tot de conclusie dat asbestslachtoffers zich moesten groeperen om sterker te staan tegenover hun verzekeraars en voormalige werkgevers. Zo hielp hij ook bij de totstandkoming van het Instituut Asbestslachtoffers, waarin zich inmiddels zeshonderd slachtoffers hebben gegroepeerd. Via dit instituut moeten slachtoffers erkenning krijgen, ,,sneller dan via de juridische weg”, benadrukt Swuste.

Verwaarlozing

Asbestslachtoffers waren veelal laag opgeleide mannen die een gezin moesten onderhouden, ,,gezinnen die het geld echt nodig hebben”. Door te procederen, wilden ze een schadeclaim binnenhalen, om daarmee de toekomst van hun gezin veilig te stellen. ,,Maar daarnaast mag je het psychisch belang van erkenning niet onderschatten”, benadrukt Swuste. ,,Die mensen hebben hun leven lang voor hun baas gewerkt, en als ze dan ziek zijn wil de werkgever hen niet meer zien. Ze voelen ze zich in de steek gelaten.”

Alhoewel het gebruik van asbest al sinds 1978 is gereglementeerd en sinds 1993 helemaal verboden is, bestaat er nog steeds een hele generatie mensen die er voor die tijd aan zijn blootgesteld. Asbest blijft slachtoffers vergen, de piek wordt zo rond het jaar 2020 verwacht. Zeventienduizend slachtoffers van de asbestziekte mesothelioom zullen er nog vallen, becijferde Swuste voor de Gezondheidsraad. Daar komt nog grofweg eenzelfde aantal slachtoffers bij ten gevolge van longkanker.

Angstaanjagende getallen, en des te onbegrijpelijker als blijkt dat de risico’s van asbest al sinds 1897 bekend zijn. Toen bleek dat vrouwen die werkten in de asbestindustrie opvallend veel longklachten hadden. ,,Er is geen andere stof op aarde waarvan de risico’s en gevolgen voor de gezondheid zó goed in kaart zijn gebracht. Met alle publicaties over asbest kun je een complete bibliotheek vullen”, verzucht Swuste. Swuste is zich ervan bewust dat zijn onderzoek verstrekkende gevolgen kan hebben voor nog te voeren rechtszaken. ,,Er is dan ook nogal wat oppositie.” Swuste pareert dit met de wetenschappelijke status van zijn werk. ,,Alles is transparant en natrekbaar. Bovendien moeten wetenschappelijke publicaties door meerdere referenten worden goedgekeurd.”

Jarenlang werkten arbeiders in fabrieken onder omstandigheden waarvan bekend was dat ze gevaarlijk waren voor de volksgezondheid. Talloze rechtszaken in de jaren negentig waren het gevolg. ,,Daarin ging het er niet om wat de werkgever wist, maar wat hij had moeten en kunnen weten over het gevaar van asbest”, aldus dr. Paul Swuste, onderzoeker bij de sectie veiligheidskunde van de faculteit Techniek, Bestuur en Management. Hij heeft in meerdere rechtszaken als expertgetuige opgetreden.

Dergelijke rechtszaken kunnen lang duren, tot wel tien jaar toe. Juist in het geval van asbestslachtoffers is dit onaanvaardbaar lang. Want na veertig jaar sluipende aanwezigheid in de longen, slaan de asbestvezels meedogenloos toe. Gemiddeld niet meer dan zestien maanden heeft het slachtoffer nog te leven als de ziekte eenmaal is vastgesteld. Het slachtoffer is dan al overleden voordat de rechter tot een uitspraak komt.

De eis om met gedetailleerde gegevens over de blootstelling aan asbest op de proppen te komen, is de oorzaak van de lange rechtszaken. Advocaten van werkgevers en verzekeraars die zich tegen schadeclaims indekken willen daarmee volgens Swuste iets wat niet kan. ,,Onrealistisch”, oordeelt hij resoluut over de eisen van de advocaten. ,,Dergelijke nauwkeurige gegevens van vijftig jaar geleden zijn gewoonweg niet voorhanden.”

Erkenning

Om duidelijk te maken wat er wél bekend is, gaat Swuste internationaal bekende meetgegevens en strafrechtdossiers analyseren. Swuste doet dit samen met dr.ir. Lex Burdorf van het Instituut Maatschappelijke Gezondheidszorg van de Erasmus Universiteit Rotterdam. Dat moet een databank aan asbestgegevens opleveren.

Met een zogenaamde asbestkaart willen de onderzoekers vervolgens het individuele risico van een slachtoffer bepalen. Dat risico hangt af van de bedrijfstak waarin hij werkte, zijn beroep en het soort werkzaamheden over een periode van zo’n veertig jaar. Met deze asbestkaart hoopt Swuste werkgevers en verzekeraars makkelijker te overtuigen van hun aansprakelijkheid. Hij wil graag dat slachtoffers zo toch de erkenning en vergoeding krijgen die hen toekomt.

Swuste houdt zich al sinds 1976 bezig met het inventariseren van de risico’s van asbest en de gevolgen hiervan op de volksgezondheid. Hij geldt als dé asbestexpert van Nederland. ,,Als er weer eens iets met asbest is, weten de media me te vinden.”

Swuste begon met de bestudering van individuele gevallen, maar kwam tot de conclusie dat asbestslachtoffers zich moesten groeperen om sterker te staan tegenover hun verzekeraars en voormalige werkgevers. Zo hielp hij ook bij de totstandkoming van het Instituut Asbestslachtoffers, waarin zich inmiddels zeshonderd slachtoffers hebben gegroepeerd. Via dit instituut moeten slachtoffers erkenning krijgen, ,,sneller dan via de juridische weg”, benadrukt Swuste.

Verwaarlozing

Asbestslachtoffers waren veelal laag opgeleide mannen die een gezin moesten onderhouden, ,,gezinnen die het geld echt nodig hebben”. Door te procederen, wilden ze een schadeclaim binnenhalen, om daarmee de toekomst van hun gezin veilig te stellen. ,,Maar daarnaast mag je het psychisch belang van erkenning niet onderschatten”, benadrukt Swuste. ,,Die mensen hebben hun leven lang voor hun baas gewerkt, en als ze dan ziek zijn wil de werkgever hen niet meer zien. Ze voelen ze zich in de steek gelaten.”

Alhoewel het gebruik van asbest al sinds 1978 is gereglementeerd en sinds 1993 helemaal verboden is, bestaat er nog steeds een hele generatie mensen die er voor die tijd aan zijn blootgesteld. Asbest blijft slachtoffers vergen, de piek wordt zo rond het jaar 2020 verwacht. Zeventienduizend slachtoffers van de asbestziekte mesothelioom zullen er nog vallen, becijferde Swuste voor de Gezondheidsraad. Daar komt nog grofweg eenzelfde aantal slachtoffers bij ten gevolge van longkanker.

Angstaanjagende getallen, en des te onbegrijpelijker als blijkt dat de risico’s van asbest al sinds 1897 bekend zijn. Toen bleek dat vrouwen die werkten in de asbestindustrie opvallend veel longklachten hadden. ,,Er is geen andere stof op aarde waarvan de risico’s en gevolgen voor de gezondheid zó goed in kaart zijn gebracht. Met alle publicaties over asbest kun je een complete bibliotheek vullen”, verzucht Swuste. Swuste is zich ervan bewust dat zijn onderzoek verstrekkende gevolgen kan hebben voor nog te voeren rechtszaken. ,,Er is dan ook nogal wat oppositie.” Swuste pareert dit met de wetenschappelijke status van zijn werk. ,,Alles is transparant en natrekbaar. Bovendien moeten wetenschappelijke publicaties door meerdere referenten worden goedgekeurd.”

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.