Campus

Duikertje hier, buffertje daar

TU-colleges saai? Stan en Sander sluipen binnen en doen verslag. Onaangekondigd, onbevangen, ongefundeerd.We kunnen niet altijd op tijd komen.

Om vijf over twee openen we de deur van zaaltje 2.98 bij Civiele Techniek. Niet onopgemerkt. De aanwezige studenten wisselen veelzeggende blikken uit. ‘Die zijn hier niet om watermanagement in urban areas te halen’. Alleen het handjevol Aziaten heeft niets door.

Bij het bord staat dr.ir. Van de Ven onverstoorbaar zijn verhaal te houden. Hij heeft lange armen om mee te wijzen en lange vingers om op te tellen. Dat is nodig, want er zijn nogal wat plannen en instanties die het waterbeheer in ons land beïnvloeden. Van de Ven ordent ze in een schema, maar het valt niet mee om onze eeuwenoude poldertraditie met ‘bestemmingsplannen’, ‘peilniveaus’ en ‘waterhuishoudingsplannen’ voor het internationale gezelschap van vanmiddag begrijpelijk te maken.

Uit zijn analyse blijkt volgens Van de Ven dat er op stedelijk niveau een overkoepelend plan mist. Dit plan, het ‘stedelijk waterbeleid’ zweeft ergens tussen de andere plannen in het schema en heeft nog geen wettelijke status. Na de pauze, zegt Van de Ven, legt een gastspreker uit wat het stedelijk waterbeleid voor Delft heeft opgeleverd.

Terwijl we ons opmaken om koffie te gaan drinken, staat de heer Van de Ven plotseling voor onze neus. Verbouwereerd kijken we op, maar met gulle lach en uitgestrekte hand heet hij ons hartelijk welkom. We zijn gesnapt. Ontredderd en ontmaskerd verdrinken we ons leed bij de eerste de beste koffieautomaat.

Na de pauze geeft Van de Ven het woord aan ‘Mister Van der Werf’ van de gemeente Delft. Met een fotoreportage van pittoresk overstromende grachten en ondergelopen fietstunneltjes illustreert hij de Delftse strijd tegen het water. Af en toe onderbreekt Van de Ven Van der Werf om in het Engels de belangrijkste punten uit het verhaal te vissen.

Achter het idyllische straatbeeld gaat een keiharde werkelijkheid schuil. De bodem onder Delft zakt en hevige regenval neemt toe, en daarmee de kans op overstromingen. En dan is er de ‘giga-grondwateronttrekking van de Gist’. De gemeente treft dus haar tegenmaatregelen. De binnenstad wordt ingepolderd. “Maar de gemeente doet het nooit goed”, verzucht Van der Werf. “Eerst is er wateroverlast, en nu krijgen we klachten over de herrie van het aggregaat, dat er staat om het water weg te pompen.”

Van der Werf gaat lekker lang door. Duikertje hier, buffertje daar. Sommige aanwezigen hebben hun tas ingepakt en gebruiken dat als hoofdkussen, andere civielers testen hun theoretische kennis op de ambtenaar. De foto’s zijn allang op, en de arme Aziaten zijn een beetje verloren aan het typen op hun zakcomputertjes. Twintig minuten later dan gepland is het college ten einde. Met een week gevoel gaan we naar buiten. We kunnen niet altijd op tijd afronden.

(Foto: Stan en Sander)

TU-colleges saai? Stan en Sander sluipen binnen en doen verslag. Onaangekondigd, onbevangen, ongefundeerd.

We kunnen niet altijd op tijd komen. Om vijf over twee openen we de deur van zaaltje 2.98 bij Civiele Techniek. Niet onopgemerkt. De aanwezige studenten wisselen veelzeggende blikken uit. ‘Die zijn hier niet om watermanagement in urban areas te halen’. Alleen het handjevol Aziaten heeft niets door.

Bij het bord staat dr.ir. Van de Ven onverstoorbaar zijn verhaal te houden. Hij heeft lange armen om mee te wijzen en lange vingers om op te tellen. Dat is nodig, want er zijn nogal wat plannen en instanties die het waterbeheer in ons land beïnvloeden. Van de Ven ordent ze in een schema, maar het valt niet mee om onze eeuwenoude poldertraditie met ‘bestemmingsplannen’, ‘peilniveaus’ en ‘waterhuishoudingsplannen’ voor het internationale gezelschap van vanmiddag begrijpelijk te maken.

Uit zijn analyse blijkt volgens Van de Ven dat er op stedelijk niveau een overkoepelend plan mist. Dit plan, het ‘stedelijk waterbeleid’ zweeft ergens tussen de andere plannen in het schema en heeft nog geen wettelijke status. Na de pauze, zegt Van de Ven, legt een gastspreker uit wat het stedelijk waterbeleid voor Delft heeft opgeleverd.

Terwijl we ons opmaken om koffie te gaan drinken, staat de heer Van de Ven plotseling voor onze neus. Verbouwereerd kijken we op, maar met gulle lach en uitgestrekte hand heet hij ons hartelijk welkom. We zijn gesnapt. Ontredderd en ontmaskerd verdrinken we ons leed bij de eerste de beste koffieautomaat.

Na de pauze geeft Van de Ven het woord aan ‘Mister Van der Werf’ van de gemeente Delft. Met een fotoreportage van pittoresk overstromende grachten en ondergelopen fietstunneltjes illustreert hij de Delftse strijd tegen het water. Af en toe onderbreekt Van de Ven Van der Werf om in het Engels de belangrijkste punten uit het verhaal te vissen.

Achter het idyllische straatbeeld gaat een keiharde werkelijkheid schuil. De bodem onder Delft zakt en hevige regenval neemt toe, en daarmee de kans op overstromingen. En dan is er de ‘giga-grondwateronttrekking van de Gist’. De gemeente treft dus haar tegenmaatregelen. De binnenstad wordt ingepolderd. “Maar de gemeente doet het nooit goed”, verzucht Van der Werf. “Eerst is er wateroverlast, en nu krijgen we klachten over de herrie van het aggregaat, dat er staat om het water weg te pompen.”

Van der Werf gaat lekker lang door. Duikertje hier, buffertje daar. Sommige aanwezigen hebben hun tas ingepakt en gebruiken dat als hoofdkussen, andere civielers testen hun theoretische kennis op de ambtenaar. De foto’s zijn allang op, en de arme Aziaten zijn een beetje verloren aan het typen op hun zakcomputertjes. Twintig minuten later dan gepland is het college ten einde. Met een week gevoel gaan we naar buiten. We kunnen niet altijd op tijd afronden.

(Foto: Stan en Sander)

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.