Wetenschap

Desgevraagd: Rol van TU bij veiligheid Groningers

In het rapport over de Groningse aardbevingen verwijt de Onderzoeksraad voor Veiligheid alle betrokken partijen dat ze te weinig oog hadden voor de veiligheid van de bewoners. Waarom heeft de TU zich niet laten horen?

Strikt genomen klopt dat niet. Want alweer 25 jaar geleden opperde de toen Delftse onderzoeker ir. Hans Roest de veronderstelling dat er een relatie zou bestaan tussen gaswinning en kleine aardschokken die optraden rond het kleine gasveld Eleveld bij Assen. Als er bodemdaling plaatsvindt boven het reservoir als gevolg van gaswinning, en de omgeving daalt niet mee, dan treden er spanningen op in de ondergrond. Die kunnen zich kunnen ontladen in de vorm van aardbevingen of ‘zettingen’, aldus Roest.

Veel steun kreeg hij niet en binnen de toenmalige faculteit Mijnbouwkunde heette hij een dwarsligger te zijn. Maar in 1992 stelde de Begeleidingscommissie Onderzoek Aardbevingen hem in het gelijk. De minister moest in de Tweede Kamer toegeven dat gaswinning tot lichte aardschokken kon leiden. Op twee promotieonderzoeken na (Meindert Dillen, 2000 en Frans Mulders, 2003) heeft de TU geen verder onderzoek gedaan naar de relatie naar gaswinning en aardbevingen. Waarom eigenlijk niet?

“We hebben collectief niet gezien dat er een probleem was. Iedereen dacht dat het bij kleine bevingen zou blijven”, zegt prof.dr.ir. Jan Dirk Jansen desgevraagd. Hij is vanuit de faculteit CiTG de woordvoerder op het gebied van aardgaswinning. Jansen kwam pas ruim na het vertrek van Roest (2003) naar de TU. “De NAM, het KNMI, het ministerie van Economische Zaken, het Staatstoezicht op de Mijnen en ook de TU hebben de aardbevingen onderschat. Niemand heeft voorzien dat het zich zo zou ontwikkelen.”

Waarom heeft de TU na de publicaties van Roest geen vervolgonderzoek opgezet naar het verband tussen gaswinning en aardbevingen? “Daar was geen financiering voor”, zegt Jansen, “dus dan doe je dat niet. Daarnaast was er bij de onderzoekers ook weinig belangstelling voor.“

Pas toen het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) in januari 2013 op basis van een statistische studie verklaarde dat bevingen sterker dan 3,9 en maximale zwaarte 5 konden voorkomen ontstond onrust op de afdeling geo-sciences & engineering. Dat heeft geleid tot een onderzoeksvoorstel samen met vier andere partijen onder coördinatie van TNO. Ze willen onderzoek doen naar het ontstaan van breuken in het winningsgebied, de hoeveelheid vrijkomende energie bij zettingen, hoe zich de schokken voortplanten door de bodem en tot welke versnellingen dat leidt aan het oppervlak.

“Momenteel weet niemand of minder winning alleen leidt tot uitstel van aardbevingen of dat het mogelijk is om aardbevingen daadwerkelijk te verkleinen”, aldus Jansen.
Het rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid heeft een druk gecreëerd waardoor, na jaren van stagnatie, onderzoek naar aardbevingen door gaswinning nu opeens wel mogelijk lijkt. De Raad dringt aan op meer aandacht voor de veiligheid en de politiek moet ‘iets doen’. Nader onderzoek is dan een aantrekkelijke optie.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.