Veel studenten lopen tijdens hun afstuderen vertraging op door verkeerde verwachtingen en gebrek aan planning. Studentenpartij AAG stelde een afstudeerplan op dat hier een eind aan moet maken.
Delen
,,Ook al is afstuderen een proeve van bekwaamheid, je mag studenten niet aan hun lot overlaten.”
Bij werktuigbouw doen studenten 1,3 zo lang over hun afstudeerproject als de tijd die daar voor staat. Bij elektrotechniek is dat 1,4 en bij lucht- & ruimtevaart 1,7 keer zo lang. Het zijn de resultaten van een onderzoek van de Rijksuniversiteit Groningen uit 2000. Waarom doen ook studenten die probleemloos door de rest van hun studie heen zijn gerold er zo lang over? Floriske van Geest, namens de AAG lid van de Studentenraad, denkt het te weten: ,,Tijdens de studie krijgt de student goede begeleiding, maar bij het afstuderen krijgt hij te horen: zoek het maar uit.”
De student moet zelf zijn onderwerp afbakenen, uitzoeken wie hulp hij als afstudeerder nodig heeft en wat hij er voor moet doen. ,,Dit leidt ertoe dat het afstuderen onnodig veel tijd in beslag neemt”, vertelt Roel van Raak, eveneens raadslid. Samen met Van Geest schreef hij een plan hoe het afstuderen beter georganiseerd zou kunnen worden. ,,Wij vinden dat je moet kunnen afstuderen in de tijd die daarvoor staat”, zegt van Geest. De student moet zijn project daarom beter voorbereiden, en professoren moeten hun vooroordelen over trage studenten laten varen. ,,Ik hoorde pas van een afstudeerder die wilde afstuderen in de tijd die daarvoor stond maar door zijn professor niet serieus werd genomen. Dat mag natuurlijk niet. Het is de kwaliteit van het eindresultaat die moet tellen, niet de tijd die het afstuderen in beslag heeft genomen.”
Onuitgesproken
Het afstudeerplan is in december besproken met rector Karel Wakker, die er enthousiast over was. Voor Van Geest en Van Raak zit het werk er dan ook bijna op. Uiteindelijk zal de TU zorgen voor de invoering van hun plan.
Bij meerdere opleidingen bestaat weliswaar een soort handleiding voor het afstudeerproject, maar volgens Van Geest kunnen de verschillende faculteiten nog een hoop van elkaar leren. ,,Ons afstudeerplan is een uitbreiding van bestaande stukjes informatie.” Het plan beschrijft een raamwerk voor de communicatie tussen de universiteit en de student, hoe de voortgang gemeten kan worden en hoe een evaluatie toekomstige afstudeerders van dienst kan zijn. Dat klinkt allemaal vanzelfsprekend. Maar volgens Van Geest zijn er nog steeds studenten die met afstuderen beginnen zonder voor ogen te hebben wat hun eindproduct zal zijn.
,,De verwachtingen van een afstudeerproject blijven vaak onuitgesproken. Dat gebeurt pas als er een probleem is. Een student die bij een bedrijf afstudeerde kwam erachter dat het bedrijf en de TU verschillende kanten op wilden. Hij heeft toen twee scriptiesgeschreven: één voor het bedrijf, de ander voor de TU.” Volgens Van Geest was dit niet gebeurd als het doel vooraf op papier was gezet.
,,Ik had me vooraf beter moeten informeren, dan had ik geweten dat ik te praktisch was ingesteld voor mijn afstudeeropdracht die nu behoorlijk theoretisch blijkt te zijn”, verzucht IO’er Bas van der Noordt. Hij ontwerpt een machine die driedimensionale modellen uit schuim kan snijden. ,,Ik wilde ook naar de marketing van het apparaat kijken en gelikte presentatietekeningen maken, maar mijn mentoren willen technische tekeningen zien. Het verslag lijkt wel een paper, helemaal gericht op de theoretische onderbouwing. De breedte van de studie zie je in mijn project niet terug.” Hoewel Van der Noordt nu iets doet waar zijn hart niet ligt, heeft hij er wel degelijk wat van geleerd: ,,Ik weet nu dat ik niet te snel ‘ja’ moet zeggen. Voor deze opdracht liet ik me te snel verleiden door wat het apparaat allemaal kan, zonder naar de techniek erachter te kijken.”
Schools
Doordat de opdracht niet aansloot bij zijn verwachtingen, verloor Van der Noordt zijn motivatie, ging andere dingen doen en raakte achter op de planning. ,,Volgens mijn eerste planning zou mijn project zeven maanden duren, terwijl er zes maanden voor staan. Toen ik dit niet haalde heb ik telkens nieuwe planningen gemaakt maar ben daar na een jaar mee opgehouden.” Hij is inmiddels veertien maanden bezig. Hij verwachtte eerder deze maand klaar te zijn, maar heeft zijn hoop nu op mei gevestigd.
Van der Noordt denkt dat hij veel aan een schoolser systeem van afstuderen gehad zou hebben. ,,Ik heb een stok achter de deur nodig. In het begin van de studie waren dat de tentamens. Toen er geen tentamens meer waren, nam mijn achterstand toe.” Ook het AAG-afstudeerplan voorziet in het maken van een planning en het vastleggen van peilingen, volgens Van Geest als hulpmiddel om te laten zien waar de tijd blijft, niet als begeleiding. Van der Noordt: ,,Mijn planningen zagen er mooi uit, maar de praktijk was altijd anders.” Dit blijkt ook uit het Groningse onderzoek: van de studenten die zeggen hun werkzaamheden te kunnen plannen, loopt toch nog 28 procent vertraging op. Bij studenten die moeite hebben met plannen is dit percentage twee keer zo hoog.
Blijft het afstuderen nog wel een proeve van bekwaamheid, als het vooraf helemaal in een plan is vastgelegd? Van Geest vindt van wel: ,,Het is niet de bedoeling om het afstuderen schoolser te maken of om de student zijn vrijheid te ontnemen, maar organisatie en faciliteiten moeten goed zijn zodat de student zich op de inhoud kan richten.” Het afstudeerplan moet ook dynamisch zijn en gaandeweg kunnen veranderen. ,,Studenten moeten hun ambities erin kwijt kunnen. Als je meer wilt doen dan strikt genomen van je verlangd wordt is dat prima, maar zorg dan wel dat je weet waar je mee bezig bent.”
Veel studenten lopen tijdens hun afstuderen vertraging op door verkeerde verwachtingen en gebrek aan planning. Studentenpartij AAG stelde een afstudeerplan op dat hier een eind aan moet maken. ,,Ook al is afstuderen een proeve van bekwaamheid, je mag studenten niet aan hun lot overlaten.”
Bij werktuigbouw doen studenten 1,3 zo lang over hun afstudeerproject als de tijd die daar voor staat. Bij elektrotechniek is dat 1,4 en bij lucht- & ruimtevaart 1,7 keer zo lang. Het zijn de resultaten van een onderzoek van de Rijksuniversiteit Groningen uit 2000. Waarom doen ook studenten die probleemloos door de rest van hun studie heen zijn gerold er zo lang over? Floriske van Geest, namens de AAG lid van de Studentenraad, denkt het te weten: ,,Tijdens de studie krijgt de student goede begeleiding, maar bij het afstuderen krijgt hij te horen: zoek het maar uit.”
De student moet zelf zijn onderwerp afbakenen, uitzoeken wie hulp hij als afstudeerder nodig heeft en wat hij er voor moet doen. ,,Dit leidt ertoe dat het afstuderen onnodig veel tijd in beslag neemt”, vertelt Roel van Raak, eveneens raadslid. Samen met Van Geest schreef hij een plan hoe het afstuderen beter georganiseerd zou kunnen worden. ,,Wij vinden dat je moet kunnen afstuderen in de tijd die daarvoor staat”, zegt van Geest. De student moet zijn project daarom beter voorbereiden, en professoren moeten hun vooroordelen over trage studenten laten varen. ,,Ik hoorde pas van een afstudeerder die wilde afstuderen in de tijd die daarvoor stond maar door zijn professor niet serieus werd genomen. Dat mag natuurlijk niet. Het is de kwaliteit van het eindresultaat die moet tellen, niet de tijd die het afstuderen in beslag heeft genomen.”
Onuitgesproken
Het afstudeerplan is in december besproken met rector Karel Wakker, die er enthousiast over was. Voor Van Geest en Van Raak zit het werk er dan ook bijna op. Uiteindelijk zal de TU zorgen voor de invoering van hun plan.
Bij meerdere opleidingen bestaat weliswaar een soort handleiding voor het afstudeerproject, maar volgens Van Geest kunnen de verschillende faculteiten nog een hoop van elkaar leren. ,,Ons afstudeerplan is een uitbreiding van bestaande stukjes informatie.” Het plan beschrijft een raamwerk voor de communicatie tussen de universiteit en de student, hoe de voortgang gemeten kan worden en hoe een evaluatie toekomstige afstudeerders van dienst kan zijn. Dat klinkt allemaal vanzelfsprekend. Maar volgens Van Geest zijn er nog steeds studenten die met afstuderen beginnen zonder voor ogen te hebben wat hun eindproduct zal zijn.
,,De verwachtingen van een afstudeerproject blijven vaak onuitgesproken. Dat gebeurt pas als er een probleem is. Een student die bij een bedrijf afstudeerde kwam erachter dat het bedrijf en de TU verschillende kanten op wilden. Hij heeft toen twee scriptiesgeschreven: één voor het bedrijf, de ander voor de TU.” Volgens Van Geest was dit niet gebeurd als het doel vooraf op papier was gezet.
,,Ik had me vooraf beter moeten informeren, dan had ik geweten dat ik te praktisch was ingesteld voor mijn afstudeeropdracht die nu behoorlijk theoretisch blijkt te zijn”, verzucht IO’er Bas van der Noordt. Hij ontwerpt een machine die driedimensionale modellen uit schuim kan snijden. ,,Ik wilde ook naar de marketing van het apparaat kijken en gelikte presentatietekeningen maken, maar mijn mentoren willen technische tekeningen zien. Het verslag lijkt wel een paper, helemaal gericht op de theoretische onderbouwing. De breedte van de studie zie je in mijn project niet terug.” Hoewel Van der Noordt nu iets doet waar zijn hart niet ligt, heeft hij er wel degelijk wat van geleerd: ,,Ik weet nu dat ik niet te snel ‘ja’ moet zeggen. Voor deze opdracht liet ik me te snel verleiden door wat het apparaat allemaal kan, zonder naar de techniek erachter te kijken.”
Schools
Doordat de opdracht niet aansloot bij zijn verwachtingen, verloor Van der Noordt zijn motivatie, ging andere dingen doen en raakte achter op de planning. ,,Volgens mijn eerste planning zou mijn project zeven maanden duren, terwijl er zes maanden voor staan. Toen ik dit niet haalde heb ik telkens nieuwe planningen gemaakt maar ben daar na een jaar mee opgehouden.” Hij is inmiddels veertien maanden bezig. Hij verwachtte eerder deze maand klaar te zijn, maar heeft zijn hoop nu op mei gevestigd.
Van der Noordt denkt dat hij veel aan een schoolser systeem van afstuderen gehad zou hebben. ,,Ik heb een stok achter de deur nodig. In het begin van de studie waren dat de tentamens. Toen er geen tentamens meer waren, nam mijn achterstand toe.” Ook het AAG-afstudeerplan voorziet in het maken van een planning en het vastleggen van peilingen, volgens Van Geest als hulpmiddel om te laten zien waar de tijd blijft, niet als begeleiding. Van der Noordt: ,,Mijn planningen zagen er mooi uit, maar de praktijk was altijd anders.” Dit blijkt ook uit het Groningse onderzoek: van de studenten die zeggen hun werkzaamheden te kunnen plannen, loopt toch nog 28 procent vertraging op. Bij studenten die moeite hebben met plannen is dit percentage twee keer zo hoog.
Blijft het afstuderen nog wel een proeve van bekwaamheid, als het vooraf helemaal in een plan is vastgelegd? Van Geest vindt van wel: ,,Het is niet de bedoeling om het afstuderen schoolser te maken of om de student zijn vrijheid te ontnemen, maar organisatie en faciliteiten moeten goed zijn zodat de student zich op de inhoud kan richten.” Het afstudeerplan moet ook dynamisch zijn en gaandeweg kunnen veranderen. ,,Studenten moeten hun ambities erin kwijt kunnen. Als je meer wilt doen dan strikt genomen van je verlangd wordt is dat prima, maar zorg dan wel dat je weet waar je mee bezig bent.”
Comments are closed.