Campus

De steunpilaar van Willem-Alexander

,,Watermanagement, daar ga ik me in specialiseren”, verklapte kroonprins Willem-Alexander enkele jaren geleden in een televisie-interview. Delftenaar Kees d’Angremont werd tot zijn eigen verbazing gevraagd als begeleider van de prins.

,,Ik moet zeggen: dit is best een leuke klus.”

De toenmalige decaan van civiele techniek, prof.ir. K. d’Angremond (60) houdt voet bij stuk: ,,Ik geef geen informatie over de prins zelf, geen enkele.” Hij vat zijn adviseurschap discreet op. Kees d’Angremond heeft zichzelf ook niet aangeboden, hij werd gevráágd. Eerst schreef hij alleen een notitie. ,,Daar stond in waar allemaal aandacht aan besteed zou moeten worden om de prins een goed beeld van het werkterrein te geven.” Pas later werd d’Angremond zelf verzocht in de commissie zitting te nemen. ,,Ik was stomverbaasd dat ze mij vroegen. Met dat doel had ik die notitie helemaal niet geschreven.”

D’Angremond is water. Zijn hele beroepsleven lang al. Eigenlijk wilde hij piloot worden, maar hij werd afgekeurd op zijn ogen. Toen ging hij civiele techniek studeren. In 1963 studeerde hij af als waterbouwkundige. Zijn loopbaan begon bij het toenmalige Waterloopkundig Laboratorium in Delft, waar hij onderzoek deed voor de bouw van de stormvloedkering in de Oosterschelde. Daarna zwierf hij twaalf jaar lang de wereld rond als baggeraar bij Volker Stevin . Hij woonde in India, Birma en Singapore. Vervolgens was hij drie jaar lang directeur van het Gemeentelijk Havenbedrijf van Amsterdam, en tenslotte keerde hij als professor kustwaterbouwkunde terug naar Delft, de stad waar het allemaal begonnen was.

Netwerk

D’Angremont bracht een uitgebreid netwerk van deskundigen uit de wereld van waterbouw mee, en dat was precies wat de prins nodig had. ,,Eigenlijk was het helemaal niet zo vreemd dat ze bij mij uitkwamen”, geeft Kees d’Angremond toe. In de begeleidingscommissie van Willem-Alexander zitten mensen die vanuit diverse invalshoeken een leidende rol in de waterwereld hebben gespeeld, zoals de heren Blom van Rijkswaterstaat, Segeren van het IHE, Van Dis, oud directeur van ingenieursbureau Heidemij en oud-milieuminister Winsemius. D’Angremond kende ze allemaal nog van vroeger.

Met hun vijven geven ze de prins `handreikingen’, geen les. D’Angremond benadrukt het nog maar eens. ,,Wij gaan hem niet vertellen waar hij langs moet gaan of waar hij aandacht aan moet besteden. De prins is geen student meer en wij zijn niet zijn docenten.” Ook tentamens zijn uit den boze. ,,We zien vanzelf wel hoe de prins vordert als hij in het openbaar de juiste kritische vraag op het juiste moment stelt”, aldus d’Angremond.

Kees d’Angremond is uiterst nuchter onder zijn eervolle taak: ,,Eigenlijk is het maar een kruimeltje in mijn totale takenpakket. Zeg één dag per maand.” Hij zou zichzelf nooit voor de functie aangediend hebben, maar hij beleeft er wel plezier aan. ,,Je ziet weer eens een andere kant van de maatschappij. Het past ook wel in mijn streven om niet meer dan vijf jaar achtereen hetzelfde te doen. Dat is de dood in de pot. Ik zorg er zelf altijd wel voor dat ik een leuke baan heb.”

Onbehouwen

De baggerwereld staat als grof en onbehouwen te boek. Is dat niet een erg grote omschakeling naar zo’n meer formele omgangsvorm met de prins? ,,Ik ben inderdaad twaalf jaar baggerboer geweest maar daar gingen we echt niet uitsluitend als wildebrassen met elkaar om. Baggeraars zijn van het type ruwe bolster, blanke pit. Bij het contact met de prins horen natuurlijk bepaalde omgangsvormen.” Zo wordt er van hem verwacht dat hij niet over de prins praat. ,,Maar dat voel je zelf ook al wel aan. Omgangsregels heb je overal. Bij de ene studentenvereniging spreek je de voorzitter toch ook aan met `meneer de president’, bij de andere met `Kees’? Wie zich daar niet aan houdt, wordt ook niet geaccepteerd.”

Overigens gaat het er zowel binnen de commissie als met de prins heel gezellig aan toe. Buiten alle water-gerelateerde onderwerpen om dwaalt het gesprek ook nog weleens af naar het vliegen. Willem-Alexander is immers piloot, iets wat d’Angremond graag had willen zijn. Is hij jaloers? ,,Nee, daar ben ik nu te oud voor. Ik heb het bovendien uitstekend naar mijn zin in het water. Na 37 jaar in het vak ben ik er nog steeds van overtuigd dat ik de juiste keus gemaakt heb.”

,,Watermanagement, daar ga ik me in specialiseren”, verklapte kroonprins Willem-Alexander enkele jaren geleden in een televisie-interview. Delftenaar Kees d’Angremont werd tot zijn eigen verbazing gevraagd als begeleider van de prins. ,,Ik moet zeggen: dit is best een leuke klus.”

De toenmalige decaan van civiele techniek, prof.ir. K. d’Angremond (60) houdt voet bij stuk: ,,Ik geef geen informatie over de prins zelf, geen enkele.” Hij vat zijn adviseurschap discreet op. Kees d’Angremond heeft zichzelf ook niet aangeboden, hij werd gevráágd. Eerst schreef hij alleen een notitie. ,,Daar stond in waar allemaal aandacht aan besteed zou moeten worden om de prins een goed beeld van het werkterrein te geven.” Pas later werd d’Angremond zelf verzocht in de commissie zitting te nemen. ,,Ik was stomverbaasd dat ze mij vroegen. Met dat doel had ik die notitie helemaal niet geschreven.”

D’Angremond is water. Zijn hele beroepsleven lang al. Eigenlijk wilde hij piloot worden, maar hij werd afgekeurd op zijn ogen. Toen ging hij civiele techniek studeren. In 1963 studeerde hij af als waterbouwkundige. Zijn loopbaan begon bij het toenmalige Waterloopkundig Laboratorium in Delft, waar hij onderzoek deed voor de bouw van de stormvloedkering in de Oosterschelde. Daarna zwierf hij twaalf jaar lang de wereld rond als baggeraar bij Volker Stevin . Hij woonde in India, Birma en Singapore. Vervolgens was hij drie jaar lang directeur van het Gemeentelijk Havenbedrijf van Amsterdam, en tenslotte keerde hij als professor kustwaterbouwkunde terug naar Delft, de stad waar het allemaal begonnen was.

Netwerk

D’Angremont bracht een uitgebreid netwerk van deskundigen uit de wereld van waterbouw mee, en dat was precies wat de prins nodig had. ,,Eigenlijk was het helemaal niet zo vreemd dat ze bij mij uitkwamen”, geeft Kees d’Angremond toe. In de begeleidingscommissie van Willem-Alexander zitten mensen die vanuit diverse invalshoeken een leidende rol in de waterwereld hebben gespeeld, zoals de heren Blom van Rijkswaterstaat, Segeren van het IHE, Van Dis, oud directeur van ingenieursbureau Heidemij en oud-milieuminister Winsemius. D’Angremond kende ze allemaal nog van vroeger.

Met hun vijven geven ze de prins `handreikingen’, geen les. D’Angremond benadrukt het nog maar eens. ,,Wij gaan hem niet vertellen waar hij langs moet gaan of waar hij aandacht aan moet besteden. De prins is geen student meer en wij zijn niet zijn docenten.” Ook tentamens zijn uit den boze. ,,We zien vanzelf wel hoe de prins vordert als hij in het openbaar de juiste kritische vraag op het juiste moment stelt”, aldus d’Angremond.

Kees d’Angremond is uiterst nuchter onder zijn eervolle taak: ,,Eigenlijk is het maar een kruimeltje in mijn totale takenpakket. Zeg één dag per maand.” Hij zou zichzelf nooit voor de functie aangediend hebben, maar hij beleeft er wel plezier aan. ,,Je ziet weer eens een andere kant van de maatschappij. Het past ook wel in mijn streven om niet meer dan vijf jaar achtereen hetzelfde te doen. Dat is de dood in de pot. Ik zorg er zelf altijd wel voor dat ik een leuke baan heb.”

Onbehouwen

De baggerwereld staat als grof en onbehouwen te boek. Is dat niet een erg grote omschakeling naar zo’n meer formele omgangsvorm met de prins? ,,Ik ben inderdaad twaalf jaar baggerboer geweest maar daar gingen we echt niet uitsluitend als wildebrassen met elkaar om. Baggeraars zijn van het type ruwe bolster, blanke pit. Bij het contact met de prins horen natuurlijk bepaalde omgangsvormen.” Zo wordt er van hem verwacht dat hij niet over de prins praat. ,,Maar dat voel je zelf ook al wel aan. Omgangsregels heb je overal. Bij de ene studentenvereniging spreek je de voorzitter toch ook aan met `meneer de president’, bij de andere met `Kees’? Wie zich daar niet aan houdt, wordt ook niet geaccepteerd.”

Overigens gaat het er zowel binnen de commissie als met de prins heel gezellig aan toe. Buiten alle water-gerelateerde onderwerpen om dwaalt het gesprek ook nog weleens af naar het vliegen. Willem-Alexander is immers piloot, iets wat d’Angremond graag had willen zijn. Is hij jaloers? ,,Nee, daar ben ik nu te oud voor. Ik heb het bovendien uitstekend naar mijn zin in het water. Na 37 jaar in het vak ben ik er nog steeds van overtuigd dat ik de juiste keus gemaakt heb.”

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.