Campus

‘De mooiste vindingen ontstaan uit combinaties van vakgebieden’

Jonge onderzoekers van verschillende afdelingen die samen een onderzoeksvoorstel doen. Dat is het idee achter de cohesieprojecten bij de faculteit 3mE. Na vijf jaar stopt de financiering vanuit het college van bestuur. 3mE-decaan prof.dr. Theun Baller legt uit waarom de faculteit doorgaat met het project.

3mE-decaan Theun Baller nam in 2014 het initiatief voor de cohesieprojecten. (Foto: Jos Wassink)

U nam vijf jaar geleden het initiatief voor de zogenaamde cohesieprojecten. Wat was de aanleiding?

“Het leek ons goed om nieuwe jonge medewerkers met elkaar in contact te brengen met als doel dat ze elkaar leren kennen. Dat is een investering voor nu, maar ook voor de lange termijn wanneer ze hier misschien hoogleraar worden.”


Was de faculteit een eilandenrijk?

“Nee, maar als mensen hier komen werken zijn ze de eerste tijd zoet met het leren kennen van de directe collega’s. Omdat grote nieuwe vindingen of trajecten juist ontstaan uit de combinatie van competentiegebieden, hebben we de cohesieprojecten gelanceerd. Hierin kunnen  onderzoekers een voorstel doen samen met een collega van een andere afdeling. Het zijn per definitie gebieden waar het nu niet zo makkelijk is een projectvoorstel voor te schrijven en in te dienen, want daar is het onderzoek dan niet concreet genoeg voor.“


Zijn er ook extra middelen voor beschikbaar gesteld?

“Ja, het college van bestuur heeft er vijf jaar lang 250 duizend euro voor vrijgemaakt. Het programma is populair geworden. Jonge tenure trackers zien het als een mooie gangmaker om kennis te maken met de faculteit. Maar inmiddels moeten we de aanvragen behoorlijk selecteren. Het fonds loopt nu af en we bespreken met het managementteam of we het programma uit eigen middelen zullen voortzetten. Daar ziet het wel naar uit. De meeste projecten bestaat uit een jaar een postdoc, dat is ongeveer 50 duizend euro. Daar kunnen we er dan vijf van toekennen.”


Hoe ligt de verhouding tussen aanvragen en toekenningen?

“Dat is verschillend. We zouden graag meer honoreren, maar we zijn ook geen interne NWO of zoiets. Het is voor ons een middel om onderzoekers bij elkaar te brengen om samen nieuwe wegen te bewandelen.”


Richt het programma zich op jonge tenure trackers?

“Zo heeft het zich ontwikkeld. In begin hadden we een paar eisen zoals minstens twee medewerkers uit verschillende afdelingen, onderzoek dat niet direct subsidiabel is, en het moest een nieuwe competentie opbouwen. Langzamerhand heeft het managementteam besloten dat tenure trackers de doelgroep moest zijn voor dit programma. Daar heeft het de grootste impact.”


Heeft dit model navolging gekregen?

“Ik heb aan andere decanen uitgelegd wat we doen en waarom we dat doen. Misschien profileren wij het wat meer. Iedereen weet inmiddels dat in het najaar de call open gaat en dat aanvragen op 1 december ingediend moeten zijn. Begin januari nemen we dan als managementteam een besluit.”


 En komend collegejaar ook weer?

“Het MT moet de middelen daar nog voor vrij maken, maar ik neem aan dat dat gaat gebeuren.”


  • De afdeling communicatie heeft een aantal projecten in de etalage gezet met onder andere: een buis die levens kan redden, de mogelijkheden van nanovloeistoffen en varen op gevoel.

Wetenschapsredacteur Jos Wassink

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

j.w.wassink@tudelft.nl

Comments are closed.