Wetenschap

COP27: hoe zit het met klimaat rechtvaardigheid?

Klimaatrechtvaardigheid is één van de thema’s van de klimaattop in Egypte. Delta sprak met TU-ethicus Udo Pesch over de vraag: gaat er compensatie voor klimaatschade komen?

Protest voor klimaatrechtvaardigheid. (Foto: Markus Spiske/Unsplash)

De klimaattop in Egypte is in volle gang. Eén van de belangrijkste onderwerpen is klimaatrechtvaardigheid: compensatie van arme landen voor klimaatschade, grotendeels veroorzaakt door rijkere landen. De compensatie is een lastig punt, omdat rijkere landen liever geen toezeggingen doen uit vrees voor grote schadeclaims. Gaat de klimaatrechtvaardigheid er komen?

Delta sprak met universitair hoofddocent en techniekethicus Udo Pesch. Hij doet onder andere onderzoek naar energierechtvaardigheid en duurzame innovaties. In zijn werk heeft hij veel te maken met klimaatbeleid. Voor Delta houdt Pesch de top, die eindigt op 18 november, in de gaten.

Wat viel je de afgelopen week op?
“Ik zie weinig aandacht voor de top in de media. Misschien is dat vanwege de midterms (tussentijdse verkiezingen, red.) in Amerika. Als er wel iets voorbij komt, is dat vooral over hoe ongelukkig de omstandigheden in Egypte zijn voor een klimaatconferentie. Veel mensen moeten er naartoe vliegen en er staan veel airco’s te blazen.

Het is niet ideaal om in een weinig democratisch regime onderhandelingen te voeren die vooral gaan over hoe je omgaat met armere en zwakkere partijen in deze wereld, terwijl democratie het enige systeem is waar zwakkeren de sterkeren in bedwang kunnen houden.”

Deze klimaattop is de eerste waarop serieus over klimaatrechtvaardigheid wordt gesproken. Hoe kan het dat dat zo lang geduurd heeft?
“De klimaatwetenschap weet al dertig tot veertig jaar dat we niet de goede kant op gaat wat klimaatverandering betreft. Maar er is heel lang, ook in de politiek, gediscussieerd over of dat wel of niet waar is. Dat haalt de aandacht weg van waar het om gaat: dat klimaatverandering een probleem is dat mensen gaat treffen. Een onderwerp wordt gewoon niet snel politiek behandeld wanneer het mensen níet treft. Alleen als er nieuwsaandacht ontstaat, dan komt een probleem op de agenda.”

‘Een nieuw verdrag zal zeker niet ideaal zijn’

Komt er met deze top dan eindelijk klimaatrechtvaardigheid?
“Dat is lastig. Het probleem is dat arme landen geen economische of militaire macht hebben. Ze kunnen niet zeggen: ‘ik heb recht op vergoeding, want jullie hebben mij schade aangedaan’. Ze moeten altijd goodwill kweken bij andere regeringen en inpraten op hun schuldgevoel. Dat is ingewikkeld, want rijke landen zijn erg verschillend.
Je hebt met name de Europese landen zoals Duitsland, die hoog inzetten op vergoedingen en die proberen andere rijke landen zoals de Verenigde Staten mee te krijgen. Je moet dan maar hopen op een verdrag. Dat zal zeker niet ideaal zijn, maar wel een eerste stap in de goede richting. Aan zo’n verdrag kun je landen niet persé houden, maar je kunt ze er tenminste wel op aanspreken. Dat zie je bij het verdrag van Parijs bijvoorbeeld.
Het is daarbij lastig om de echte impact van klimaattoppen te beoordelen. Ik weet nog dat de top van 1997 in Kyoto werd gezien als een teleurstelling: landen deden veel te weinig. Twintig jaar later kun je zeggen dat het een begin was van een omslag, die uiteindelijk resulteerde in de klimaattop van Parijs. Daar werden wel echte afspraken gemaakt.”

Tijdens de klimaattop gaat het veelal over landen en overheden. Kun je bedrijven ook aansprakelijk houden voor klimaatschade die zij hebben veroorzaakt?
“Dat is een goed en lastig punt. Het excuus van veel grote bedrijven is dat zij gewoon doen wat de markt vraagt. Zij redeneren: als mensen willen autorijden, dan is het niet onze schuld dat er daardoor veel CO2 in de lucht komt. Dat maakt het heel lastig om de bedrijven zelf aansprakelijk te stellen. Tenzij ze echt zelf veel uitstoten of niet meewerken aan vermindering van die eigen uitstoot.
Het is belangrijk dat overheden regels opstellen en bedrijven vervolgens hun overtredingen aanspreken. Overheden moeten dan wel zoveel mogelijk op dezelfde lijn zitten, anders verhuizen bedrijven gewoon naar een land waar de regels minder streng zijn. Zolang je geen regels hebt, zijn er altijd bedrijven die proberen onder hun maatschappelijke verantwoordelijkheid uit te komen.”

Wetenschapsredacteur Rob van der Wal

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

K.S.vanderWal@tudelft.nl

Comments are closed.