Opinie

[Column] Op schoolreis

We moeten schoolkinderen niet verplicht naar het Rijksmuseum sturen, vindt Delta-columnist Erik Huisman. Een schoolreis voor TU-studenten daarentegen lijkt hem een prachtkans.

Het kabinet van de ‘gewone Nederlander’ dus. En het zong al rond: basisscholen moeten met de kinderen van die gewone Nederlander het Wilhelmus zingen en/of de context onze nationale hymne bestuderen.

Nog curieuzer: de scholen moeten op reis. Twee keer. Naar het Rijksmuseum, alwaar de leerlingen (onder meer) voor de Nachtwacht worden gezet, en naar het parlement.



Ik kom zo op de TU, maar eerst even dit. Wilhelmus, Nachtwacht, parlement. Drie keer lichte kolder, lijkt me, waarbij weinigen zijn gebaat. Het Wilhelmus lossen de basisscholen denk ik creatief op. Tekst op het prikbord plus een lesje over de herkomst van passages als ‘ben ik van Duitschen bloed’ en ‘den Koning van Hispanje’ die we zo trouw zijn. Klaar.



Echt bezwaarlijk lijkt me het af en aan rijden richting Nachtwacht en parlement. Vanwege de tijd moet je dat kinderen, docenten, het Rijksmuseum en de bezoekersdienst van het parlement niet aandoen. Het levert ook bar weinig op. Voorbeeld. School in Bedum, Vlijmen en Terneuzen. Hoe lang zijn die onderweg naar Amsterdam. En terug. Al gauw ruim twee uur enkele reis. Hoeveel tijd is er om het cultureel erfgoed te aanschouwen en te duiden?



En voor het milieu is het desastreus. Hoeveel dieseldampen pomp je op zo’n dag immers nodeloos het milieu in? Als je onze kids een eerste stap richting (nationale) kunst wilt laten zetten, neem ze dan mee naar respectievelijk het Groninger Museum, het Bonnefantenmuseum en Industrieel Museum Zeeland.


Groepjes studenten bij Westlandse kassen, bloemenveiling Naaldwijk, visafslag Scheveningen, haven Rotterdam, Prinsenhof



Goed, daar heeft de nieuwe coalitie – die nota bene torenhoog inzet wat betreft het milieu – dus niet heel erg bij nagedacht. Maar in de kern is het geen onzalig idee zo’n lesje Nederland. Da’s nooit weg. Voor niemand. En al helemaal niet voor onze TU.  



Nu komen de internationale studenten aan in een voor hen wildvreemd, kil, strak georganiseerd land. Met een introductieprogramma van twee weken stomen we ze zo goed mogelijk klaar. Mooi. Er is af en toe een excursie naar de Deltawerken en de Keukenhof. Ook mooi, maar nog steeds beperkt. Wat namelijk blijft, is een kloof tussen Nederlandse en internationale studenten. Het blijven, ondanks pogingen in het verleden, twee gescheiden werelden. En daarvoor biedt een aangepast Wilhelmus-Nachtwachtplan een prachtkans.



We gaan in gemixte groepen van nationalen en internationalen, vrijwillig, op schoolreis naar typisch Nederlandse en/of cultuurrijke plekken en activiteiten. Dichtbij, ietsje verder weg. Ik zie het al voor me. Groepjes studenten bij Westlandse kassen, bloemenveiling Naaldwijk, visafslag Scheveningen, haven Rotterdam, Prinsenhof, Vermeercentrum, Boymans van Beuningen, Mauritshuis. Fietsende studenten in Midden-Delfland. Vliegeren op het strand kan natuurlijk ook. Of korfballen, hutspot eten en pannenkoeken bakken. Activiteit, verbroedering, integratie en een snuif cultuur. Gefundenes Fressen voor de TU en/of studenten- en studieverenigingen zou ik zeggen.


Erik Huisman is frontman bij het central international office en schrijft per toerbeurt een column voor Delta. Hij kijkt als oud-journalist graag over allerlei muurtjes.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.