Opinie

[Column] Les in wat niet uit te leggen is

Herstellen van een hartstilstand is toch echt iets heel anders dan verplicht vakantie houden, ontdekt 3mE-docent Bob van Vliet.

(Photo: Sam Rentmeester)

Technisch ingestelde mensen – bèta wetenschappers, ingenieurs – gaan er soms vanuit dat alle kennis die ertoe doet expliciet te maken is. Het liefst in cijfers, natuurlijk. Maar anders op zijn minst in schema’s, regels, of definities. Dit lijkt ook een logische verwachting. Als je iets niet zó kunt beschrijven dat je het aan iemand anders uit kunt leggen, wéét je het dan wel?


Toch heb ik in een aantal van mijn vakken de neiging om minder uit te leggen, en om studenten eerst maar eens heel dom en schools instructies volgend iets te laten dóen. Sommige dingen moet je nu eenmaal een keer ervaren hebben voor je erover kunt praten. Je moet beginnen met oefenen zonder te weten wat je eigenlijk aan het oefenen bent.


De filosoof Donald Schön bestudeerde deze Catch-22 situatie, waarin iedereen terecht komt die een complexe vaardigheid wil leren. Een beginner, concludeerde hij, die iets niet eerder gedaan heeft, kán niet begrijpen waar experts, die per definitie wel een rijke ervaring in het achterhoofd hebben, over praten. Hun woorden verwijzen immers naar die ervaring, en hebben dus alleen betekenis voor degenen die ook al iets dergelijks meegemaakt hebben. In de woorden van een andere filosoof: “Je gaat het pas zien als je het door hebt.”


Ik werd me de afgelopen weken opnieuw bewust van de onmogelijkheid om sommige dingen te begrijpen zonder de relevante ervaring. Ik ben anderhalve maand thuis om te herstellen van een onverwacht bezoekje aan het ziekenhuis. Prima, dacht ik, verplicht vakantie! Lekker in alle rust een beetje lezen, studeren, schrijven en knutselen. Ik voelde me thuis op de bank immers al snel weer normaal. Totdat ik voor het eerst weer eens naar de supermarkt om de hoek gelopen was.


Dat ging prima, maar energie om nog ergens over na te denken had ik niet meer. Fysiek kon ik inderdaad al weer redelijk wat hebben. Maar de wolk die ik normaal pas mijn hoofd voel vullen na een volle dag concentratie, kwam nu voor de lunch al binnenwaaien – als resultaat van de uitdagende taak om de mooiste tros bananen uit het schap kiezen.


Ik ken een aantal mensen die het door iets chronisch al op jonge leeftijd met minder energie moeten doen. Voor een collega is het bijvoorbeeld na 2 of 3 uur achter zijn bureau alweer gedaan. Rationeel wist ik natuurlijk al wel dat dat frustrerend moet zijn. Maar iets dergelijks zelf ervaren levert toch een flinke dosis ik-snap-het-pas-nu-ik-het-doorheb op.


Net zoals vaccinaties een beetje van een virus introduceren om mensen immuun te maken, zou zo’n ervaring voor iedereen misschien wel waardevol zijn. Voor een hele reeks onzichtbare aandoeningen waarvan het effect niet in woorden uit te leggen is, zou er voor vrienden en familie een empathiepilletje of -spuitje kunnen zijn dat je tijdelijk dezelfde symptomen geeft.


Voor een weekje dan, ofzo. Dan is het wel genoeg. Gelukkig is het voor mij ook tijdelijk, als het goed is. Ik ben er in ieder geval wel weer klaar mee.


Bob van Vliet is docent op de faculteit 3mE, na eerder bij Industrieel Ontwerpen en Bouwkunde les te hebben gegeven.


Bob van Vliet / Columnist

Columnist Bob van Vliet

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

B.vanVliet@tudelft.nl

Comments are closed.