Opinie

[Column] Fietsenmakers, waar blijft de sensorfiets?

Ik heb het aan mijn hand. Bandje gescheurd dat de pees van mijn middelvinger in het spoor moet houden. Nee, weinig pijn, dank u. En ja, het is gerepareerd.

De herstelkans is groot, maar het gerepareerde onderdeel is kwetsbaar. Voorzichtig manoeuvreren dus. En de hersteltijd is lang; pezen en banden zijn slecht doorbloed. Daarom. Mijn hand zit dus vrij langdurig in een softcast harnasje waaruit wat kootjes een beetje kunnen spartelen. Straks wordt dat waarschijnlijk een spalk met een fractie meer spartelruimte en wellicht permissie om ‘m af en toe af te doen voor wat lichte buig- en strekoefeningen.


Kortom, daar ben je mooi klaar mee. Onthand. Inmiddels heb ik me erbij neergelegd dat werken er even niet in zit. Rechts mag niets en al helemaal niet uren achter elkaar. En alles op links afschuiven is riskant met het oog op RSI en andere eenzijdige overbelastingsfenomenen.


Maar het grijpt dieper. De reis naar de campus – voor een gesprek dat al gepland stond en het logische bezoek aan de bedrijfsarts – blijkt een heel avontuur. Onderschat het niet. Normaal fiets ik de 19 kilometer tussen Monster en Delft-Zuid. Heerlijk 45 tot 55 minuten frisse lucht en filevrije beweging. Mag niet met zo’n hand. Kan ook niet trouwens. Remmen en sturen is toch hachelijk. Autorijden mag ook niet, zelfs niet met een Toyota Prius die automatisch schakelt. Verzekeringsdingetje.


Dan moet je met het OV. Drama. Je bent minstens een vol uur onderweg. Drie maal overstappen. Afhankelijk van het tijdstip via Naaldwijk of Den Haag. En afhankelijk van het tijdstip met bussen of soms ook nog een trein. Als je slim bent ontloop je één overstap door vanaf station Delft naar de campus te kuieren, want je staat daar zo nog eens tien minuten op een bus te wachten. In die tijd ben je er lopend al bijna.


Mijmerend in die bus dacht ik: ze noemen de TU Delft wel de universiteit van de fietsenmakers en wij ontwikkelen auto’s vol sensoren die je in de rijbaan houden en kop-staartbotsingen voorkomen. Is er nou geen fiets te ontwikkelen met dat soort snuffen? Het zou mijn probleem oplossen. Wel lekker kunnen trappen, vlot op het werk arriveren en geen gevaar met remmen en sturen. Zo’n fiets zou ook handig zijn voor scholieren en studenten die op weg naar een proefwerk of tentamen nog iets willen doornemen. Of hun Whatsapp moeten checken. Of moeten pielen met hun playlist.


Ik zie een markt.


Erik Huisman is frontman bij het central international office en schrijft per toerbeurt een column voor Delta. Hij kijkt als oud-journalist graag over allerlei muurtjes.


Lees ook: Minder, minder, minder

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.