Campus

Boekenwormen laten tanden zien tegen digitaliseringsdrift

De TU-bibliotheek anno 2010: geen balies, geen faculteitsbibliotheken, geen boeken. Dolgedraaide digitaliseringsgsdrift of een moedige keuze? Bibliothecaris Maria Heijne verdedigt de nieuwe strategie van de bibliotheek.

/strong>

De traditionele bibliotheek en de digitale bibliotheek hebben allebei hun aantrekkelijke kanten, en jarenlang leken ze probleemloos verenigbaar in één universiteitsbibliotheek. Maar nu de bibliotheek steeds minder geld krijgt van het college en steeds hogere abonnementsgelden moet betalen aan uitgevers van elektronische wetenschappelijke tijdschriften, is een keuze gemaakt: de bibliotheek zet alles op alles om de kwaliteit van de digitale bibliotheek hoog te houden. ,,De ontwikkelingen op het gebied van digitale informatievoorziening gaan razendsnel. We kunnen het ons niet permitteren terrein te verliezen”, zegt Maria Heijne.

De investeringen gaan ten koste van de traditionele bibliotheek. De beleidsnota Stroomversnelling stelt radicale veranderingen voor. Binnen drie tot vijf jaar moeten de balies plaats maken voor een digitaal loket, verdwijnen de veertien faculteitsbibliotheken en verhuizen alle papieren boeken en tijdschriften naar een centraal depot van de drie TU’s, ergens in Nederland.

De plannen hebben veel kritiek geoogst. De voorzitters van de facultaire bibliotheekcommissies wijzen de voorstellen in een brief af. De bibliotheek zou veel te hard van stapel lopen, zonder overtuigend aan te tonen dat een verslechterde financiële situatie of een sterke verbetering van de beschikbaarheid en kwaliteit van digitale diensten zo’n koerswijziging de komende vijf jaar al rechtvaardigt.

,,We hebben niets tegen de digitale bibliotheek, maar dit plan is vaag”, zegt Kees Vuik, voorzitter van de facultaire bibliotheekcommissie van Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica. ,,Wat betekent het precies voor de financiën, het personeel, de service?” Vuik is tegenstander van het verdwijnen van de balies en de faculteitsbibliotheek (‘De studenten zijn de dupe, het is een plek waar ze kunnen samenwerken’) en ziet de papieren collectie niet graag verdwijnen naar een centraal depot. ,,Ik verwacht niet dat het college van bestuur het groene licht zal geven voor zo’n kapitaalvernietiging.”

3D-animaties

Maria Heijne zegt blij te zijn dat de beleidsnota zoveel heeft losgemaakt. ,,Iedereen denkt nu na over de toekomst van de bibliotheek. Als we stukje bij beetje met deze toekomstvisie naar buiten waren gekomen, had waarschijnlijk iedereen schouderophalend gereageerd.”

Heijne staat achter de keuze voor digitaal. ,,Natuurlijk, de financiële situatie heeft deze nieuwe koers deels afgedwongen, maar digitale informatievoorziening heeft de toekomst. Een digitale leeromgeving of publicatie biedt zoveel meer mogelijkheden dan een boek. Denk bijvoorbeeld aan 3D-animaties. Ik vermoed dat wetenschappelijke boeken straks overwegend digitaal zullen worden aangeboden, net zoals de afgelopen vijf jaar met wetenschappelijke tijdschriften is gebeurd.”

Ze wijst ook op 24-uur-per-etmaal-beschikbaarheid van het virtuele loket en de virtuele kenniscentra (‘veel meer dan portals’), die uiteenlopende informatie binnen een project, opleiding of onderzoek moeten ontsluiten.

Toch lijkt Heijne tot meer concessies bereid dan de stellige toon van het plan deed vermoeden. ,,De boodschap is verkeerd overgekomen. We krijgen het verwijt dat we niet goed luisteren, terwijl we juist willen discussiëren over deze plannen.”

Belangrijke vraag is of het college van bestuur en de faculteiten bereid zijn geld uit te trekken om de pijn van de veranderingen te verzachten. Heijne: ,,Veertien bibliotheken handhaven kost domweg te veel geld. Maar als blijkt dat sommige faculteiten de eigen bibliotheek absoluut willen behouden, zal het college moeten beslissen of het daar geld voor over heeft.”

Bijzondere collectie

Een faculteit die zeker hecht aan de eigen bibliotheek is Bouwkunde. De collectie architectuurboeken en %tijdschriften geldt als de belangrijkste in Nederland. Heijne: ,,Tijdens een presentatie op de faculteit heb ik duidelijk gezegd: jullie hebben veel bijzonder materiaal dat niet zomaar even te digitaliseren is, dus jullie faculteitsbibliotheek neemt een bijzondere positie in. Dat ging verloren in de protesten. We maken wel degelijk onderscheid tussen opleidingen waar de veranderingen snel kunnen worden doorgevoerd en opleidingen waar datniet het geval is, zoals bouwkunde. Overigens spreek ik ook bouwkundehoogleraren die vinden dat we juist moeten opschieten met het digitaliseren.”

Heijne bestrijdt dat een centraal depot ten koste gaat van de toegankelijkheid. ,,Het duurt een dag langer voor je het opgevraagde boek of tijdschrift krijgt, meer niet. Het is trouwens best mogelijk dat zo’n depot in Delft komt te staan. Met dat soort aspecten hebben we ons bewust niet bezig gehouden: we wilden de discussie niet van tevoren dichttimmeren. ”

Heijne erkent dat een centrale bibliotheek zonder balies en boeken en stuk killer zal zijn. ,,Maar ik constateer ook dat medewerkers van de TU Delft de bibliotheek nauwelijks meer bezoeken. En de studenten komen vooral voor de rust en de studeerwerkplekken: ze maken nauwelijks gebruik van de balie en de boeken.”

Veel critici van de plannen hekelen de te verwachten toename van het uitprinten, en wijzen op het onvervangbare karakter van het boek. Heijne verwijst naar succesvolle gebruikersexperimenten met het elektronische boek, maar benadrukt dat boeken pas worden vervangen als de digitale tegenhanger door de gebruiker als gelijkwaardig wordt gezien. ,,Best mogelijk dat dat bij sommige faculteiten langer duurt dan de vijf jaar die we in ons plan als termijn noemen. Het ging ons om het gevoel van urgentie.” Volgende maand praten bibliotheek, faculteiten en facultaire bibliotheekcommissies verder.

De TU-bibliotheek anno 2010: geen balies, geen faculteitsbibliotheken, geen boeken. Dolgedraaide digitaliseringsgsdrift of een moedige keuze? Bibliothecaris Maria Heijne verdedigt de nieuwe strategie van de bibliotheek.

De traditionele bibliotheek en de digitale bibliotheek hebben allebei hun aantrekkelijke kanten, en jarenlang leken ze probleemloos verenigbaar in één universiteitsbibliotheek. Maar nu de bibliotheek steeds minder geld krijgt van het college en steeds hogere abonnementsgelden moet betalen aan uitgevers van elektronische wetenschappelijke tijdschriften, is een keuze gemaakt: de bibliotheek zet alles op alles om de kwaliteit van de digitale bibliotheek hoog te houden. ,,De ontwikkelingen op het gebied van digitale informatievoorziening gaan razendsnel. We kunnen het ons niet permitteren terrein te verliezen”, zegt Maria Heijne.

De investeringen gaan ten koste van de traditionele bibliotheek. De beleidsnota Stroomversnelling stelt radicale veranderingen voor. Binnen drie tot vijf jaar moeten de balies plaats maken voor een digitaal loket, verdwijnen de veertien faculteitsbibliotheken en verhuizen alle papieren boeken en tijdschriften naar een centraal depot van de drie TU’s, ergens in Nederland.

De plannen hebben veel kritiek geoogst. De voorzitters van de facultaire bibliotheekcommissies wijzen de voorstellen in een brief af. De bibliotheek zou veel te hard van stapel lopen, zonder overtuigend aan te tonen dat een verslechterde financiële situatie of een sterke verbetering van de beschikbaarheid en kwaliteit van digitale diensten zo’n koerswijziging de komende vijf jaar al rechtvaardigt.

,,We hebben niets tegen de digitale bibliotheek, maar dit plan is vaag”, zegt Kees Vuik, voorzitter van de facultaire bibliotheekcommissie van Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica. ,,Wat betekent het precies voor de financiën, het personeel, de service?” Vuik is tegenstander van het verdwijnen van de balies en de faculteitsbibliotheek (‘De studenten zijn de dupe, het is een plek waar ze kunnen samenwerken’) en ziet de papieren collectie niet graag verdwijnen naar een centraal depot. ,,Ik verwacht niet dat het college van bestuur het groene licht zal geven voor zo’n kapitaalvernietiging.”

3D-animaties

Maria Heijne zegt blij te zijn dat de beleidsnota zoveel heeft losgemaakt. ,,Iedereen denkt nu na over de toekomst van de bibliotheek. Als we stukje bij beetje met deze toekomstvisie naar buiten waren gekomen, had waarschijnlijk iedereen schouderophalend gereageerd.”

Heijne staat achter de keuze voor digitaal. ,,Natuurlijk, de financiële situatie heeft deze nieuwe koers deels afgedwongen, maar digitale informatievoorziening heeft de toekomst. Een digitale leeromgeving of publicatie biedt zoveel meer mogelijkheden dan een boek. Denk bijvoorbeeld aan 3D-animaties. Ik vermoed dat wetenschappelijke boeken straks overwegend digitaal zullen worden aangeboden, net zoals de afgelopen vijf jaar met wetenschappelijke tijdschriften is gebeurd.”

Ze wijst ook op 24-uur-per-etmaal-beschikbaarheid van het virtuele loket en de virtuele kenniscentra (‘veel meer dan portals’), die uiteenlopende informatie binnen een project, opleiding of onderzoek moeten ontsluiten.

Toch lijkt Heijne tot meer concessies bereid dan de stellige toon van het plan deed vermoeden. ,,De boodschap is verkeerd overgekomen. We krijgen het verwijt dat we niet goed luisteren, terwijl we juist willen discussiëren over deze plannen.”

Belangrijke vraag is of het college van bestuur en de faculteiten bereid zijn geld uit te trekken om de pijn van de veranderingen te verzachten. Heijne: ,,Veertien bibliotheken handhaven kost domweg te veel geld. Maar als blijkt dat sommige faculteiten de eigen bibliotheek absoluut willen behouden, zal het college moeten beslissen of het daar geld voor over heeft.”

Bijzondere collectie

Een faculteit die zeker hecht aan de eigen bibliotheek is Bouwkunde. De collectie architectuurboeken en %tijdschriften geldt als de belangrijkste in Nederland. Heijne: ,,Tijdens een presentatie op de faculteit heb ik duidelijk gezegd: jullie hebben veel bijzonder materiaal dat niet zomaar even te digitaliseren is, dus jullie faculteitsbibliotheek neemt een bijzondere positie in. Dat ging verloren in de protesten. We maken wel degelijk onderscheid tussen opleidingen waar de veranderingen snel kunnen worden doorgevoerd en opleidingen waar datniet het geval is, zoals bouwkunde. Overigens spreek ik ook bouwkundehoogleraren die vinden dat we juist moeten opschieten met het digitaliseren.”

Heijne bestrijdt dat een centraal depot ten koste gaat van de toegankelijkheid. ,,Het duurt een dag langer voor je het opgevraagde boek of tijdschrift krijgt, meer niet. Het is trouwens best mogelijk dat zo’n depot in Delft komt te staan. Met dat soort aspecten hebben we ons bewust niet bezig gehouden: we wilden de discussie niet van tevoren dichttimmeren. ”

Heijne erkent dat een centrale bibliotheek zonder balies en boeken en stuk killer zal zijn. ,,Maar ik constateer ook dat medewerkers van de TU Delft de bibliotheek nauwelijks meer bezoeken. En de studenten komen vooral voor de rust en de studeerwerkplekken: ze maken nauwelijks gebruik van de balie en de boeken.”

Veel critici van de plannen hekelen de te verwachten toename van het uitprinten, en wijzen op het onvervangbare karakter van het boek. Heijne verwijst naar succesvolle gebruikersexperimenten met het elektronische boek, maar benadrukt dat boeken pas worden vervangen als de digitale tegenhanger door de gebruiker als gelijkwaardig wordt gezien. ,,Best mogelijk dat dat bij sommige faculteiten langer duurt dan de vijf jaar die we in ons plan als termijn noemen. Het ging ons om het gevoel van urgentie.” Volgende maand praten bibliotheek, faculteiten en facultaire bibliotheekcommissies verder.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.