Opinie

Bewust nutteloze uitvindingen

Er zijn talloze boeken over wonderlijke uitvindingen. Niettemin is cj Lim erin geslaagd een volstrekt uniek boekje samen te stellen.

De meeste uitvinders, zeker ingenieurs, leven in de veronderstelling dat een uitvinding een probleem moet oplossen. Dat levert vaak vernuftige, zij het enigszins hulpeloos ogende prototypes op, waarvan de buitenwacht zich regelmatig afvraagt wat het nut precies is. Een condoom met ringtone bijvoorbeeld, dat eerder in een boekje op deze plek voorbij kwam. Je kunt er niets mee, maar iemand heeft serieus de moeite genomen het te ontwikkelen en er patent op aan te vragen.

In het boek ‘Devices’ van cj Lim (dat hij zijn voorletters in onderkast schrijft, duidt al op enige artistiekerigheid) blijft de preoccupatie met nut achterwege. De apparaten die Lim bespreekt zijn helemaal niet bedoeld als oplossing voor een probleem, maar als commentaar erop. Zei iemand daar ‘bouko’? Inderdaad, Lim is architect, een gelouterde bovendien, en werkzaam als directeur van het Bartlett Architecture Research Lab aan University College in Londen.

Het technische vernuft van de apparaten die Lim in zijn boek bijeengebracht heeft, is ook voor hardcore werktuigbouwers interessant. Bovendien hoort iedere ingenieur te weten dat vernuft een waarde op zich is, ook als het niet probleemoplossend wordt ingezet. Gelukkig houdt Lim het bij een korte, abstracte inleiding en laat hij de devices verder voor zich spreken.

De ruwweg veertig apparaten in het boek zijn moeilijk te classificeren. Er zijn een paar die zich met het klimaat bezighouden, zoals een zeespiegelstijgingsimulator, bestaand uit een grote bak met daarin allerlei losse machientjes. Het water in de bak geleidt elektriciteit en naarmate het verder stijgt, bereikt het de elektroden van steeds meer machientjes, die daardoor tot leven komen. De gemeenschap van machines trilt en knippert, sommige zullen omvallen en de geest geven, andere een nieuwe plek vinden.

Andere vondsten gaan over de interactie tussen een mens en zijn omgeving. Neem de haptische handschoenen van James Ward en Juliet Aston. Twee mensen krijgen een blinddoek om. De een krijgt een handschoen met lichtsensoren, de ander een handschoen met druksensoren. Samen moeten ze hun weg zoeken in een onbekende omgeving. Dit apparaat creëert eerder een probleem dan dat het iets oplost, maar het intrigeert wel.

Niet alle door Lim bijeengebrachte apparaten zijn zo bizar. De ‘Daycaster’ van Charlie Sutherland en Charlie Hussey is gebouwd in opdracht van het Britse KNMI. Het is een constructie van 24 segmenten die individueel verlicht kunnen worden. Ieder uur krijgt de constructie nieuwe meteorologische data, waar de verlichting zich aan aanpast. De verlichting levert als het ware commentaar op het weer. In zekere zin praktisch is de ‘Weekend Coat’ van Jörg Majer, een kruising tussen een jas en een rugzak, waarmee je een zwerver kunt zijn . al je bezittingen bij je . zonder dat het opvalt.

Het meest hilarische apparaat in het boek is ongetwijfeld de ‘Spudmaster 204’ van Tony Lau. Zelf omschrijft hij het ding als volgt: ‘A portable device that can be used by mobile street-side mashed potato vendors. Hot cooked potatoes with different types of fillings are shot directly at the customer and are instantly mashed on impact. You can shout your order from the 5th floor window of your office, and the food is fired up to you still piping hot!’

Mocht iemand deze nieuwe dimensie van fast food willen uitproberen: een overzicht van de onderdelen en een bouwtekening staan in het boek. Dat is namelijk het allerleukste van ‘Devices’: er staan niet alleen plaatjes in van de apparaten, maar ook een materiaallijst en fabricagehandleiding. Meer dan bij andere boeken over rare uitvindingen stijgt de geur van de werkplaats uit de bladzijden op.

Lims prachtig vormgegeven (laat dat maar aan architecten over) boek is niet iets dat je van voor naar achter uitleest. Eerder is het een boek dat je af en toe oppakt om je te laven aan de wonderlijke fantasie die mensen tentoon kunnen spreiden.

cj Lim, Devices; a manual of architectural + spatial machines, pp. 256, Architectural Press, 30 euro.

De meeste uitvinders, zeker ingenieurs, leven in de veronderstelling dat een uitvinding een probleem moet oplossen. Dat levert vaak vernuftige, zij het enigszins hulpeloos ogende prototypes op, waarvan de buitenwacht zich regelmatig afvraagt wat het nut precies is. Een condoom met ringtone bijvoorbeeld, dat eerder in een boekje op deze plek voorbij kwam. Je kunt er niets mee, maar iemand heeft serieus de moeite genomen het te ontwikkelen en er patent op aan te vragen.

In het boek ‘Devices’ van cj Lim (dat hij zijn voorletters in onderkast schrijft, duidt al op enige artistiekerigheid) blijft de preoccupatie met nut achterwege. De apparaten die Lim bespreekt zijn helemaal niet bedoeld als oplossing voor een probleem, maar als commentaar erop. Zei iemand daar ‘bouko’? Inderdaad, Lim is architect, een gelouterde bovendien, en werkzaam als directeur van het Bartlett Architecture Research Lab aan University College in Londen.

Het technische vernuft van de apparaten die Lim in zijn boek bijeengebracht heeft, is ook voor hardcore werktuigbouwers interessant. Bovendien hoort iedere ingenieur te weten dat vernuft een waarde op zich is, ook als het niet probleemoplossend wordt ingezet. Gelukkig houdt Lim het bij een korte, abstracte inleiding en laat hij de devices verder voor zich spreken.

De ruwweg veertig apparaten in het boek zijn moeilijk te classificeren. Er zijn een paar die zich met het klimaat bezighouden, zoals een zeespiegelstijgingsimulator, bestaand uit een grote bak met daarin allerlei losse machientjes. Het water in de bak geleidt elektriciteit en naarmate het verder stijgt, bereikt het de elektroden van steeds meer machientjes, die daardoor tot leven komen. De gemeenschap van machines trilt en knippert, sommige zullen omvallen en de geest geven, andere een nieuwe plek vinden.

Andere vondsten gaan over de interactie tussen een mens en zijn omgeving. Neem de haptische handschoenen van James Ward en Juliet Aston. Twee mensen krijgen een blinddoek om. De een krijgt een handschoen met lichtsensoren, de ander een handschoen met druksensoren. Samen moeten ze hun weg zoeken in een onbekende omgeving. Dit apparaat creëert eerder een probleem dan dat het iets oplost, maar het intrigeert wel.

Niet alle door Lim bijeengebrachte apparaten zijn zo bizar. De ‘Daycaster’ van Charlie Sutherland en Charlie Hussey is gebouwd in opdracht van het Britse KNMI. Het is een constructie van 24 segmenten die individueel verlicht kunnen worden. Ieder uur krijgt de constructie nieuwe meteorologische data, waar de verlichting zich aan aanpast. De verlichting levert als het ware commentaar op het weer. In zekere zin praktisch is de ‘Weekend Coat’ van Jörg Majer, een kruising tussen een jas en een rugzak, waarmee je een zwerver kunt zijn . al je bezittingen bij je . zonder dat het opvalt.

Het meest hilarische apparaat in het boek is ongetwijfeld de ‘Spudmaster 204’ van Tony Lau. Zelf omschrijft hij het ding als volgt: ‘A portable device that can be used by mobile street-side mashed potato vendors. Hot cooked potatoes with different types of fillings are shot directly at the customer and are instantly mashed on impact. You can shout your order from the 5th floor window of your office, and the food is fired up to you still piping hot!’

Mocht iemand deze nieuwe dimensie van fast food willen uitproberen: een overzicht van de onderdelen en een bouwtekening staan in het boek. Dat is namelijk het allerleukste van ‘Devices’: er staan niet alleen plaatjes in van de apparaten, maar ook een materiaallijst en fabricagehandleiding. Meer dan bij andere boeken over rare uitvindingen stijgt de geur van de werkplaats uit de bladzijden op.

Lims prachtig vormgegeven (laat dat maar aan architecten over) boek is niet iets dat je van voor naar achter uitleest. Eerder is het een boek dat je af en toe oppakt om je te laven aan de wonderlijke fantasie die mensen tentoon kunnen spreiden.

cj Lim, Devices; a manual of architectural + spatial machines, pp. 256, Architectural Press, 30 euro.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.