Beurzen verstrekken aan knappe koppen maakt de technische studies niet geliefder. Door de hoge moeilijkheidsgraad van haar opleidingen te benadrukken, snijdt de universiteit zichzelf in de vingers.
Delen
br />
Beursactie
De aanmeldingscijfers zijn dit jaar opnieuw gedaald: Delft staat nu op een verlies van vier procent. Om meer studenten aan te trekken, verdeelt de TU daarom 250 beurzen onder getalenteerde eerstejaars. Of dit wel zo%n goede zet is valt echter nog te bezien.
Het tanende sex-appeal van de bèta-opleidingen baart de technische universiteiten zorgen. Steeds minder scholieren hebben trek in de ingenieurstitel. De commissie-Verruijt becijferde onlangs dat de Nederlandse samenleving inmiddels twee maal zoveel bèta%s nodig heeft als de universiteiten afleveren.
Technische studies kampen met een onverwoestbaar stoffig imago, de vele kies-exactcampagnes ten spijt. Exact staat kennelijk nog steeds voor saai en moeilijk: leuk voor propellor-heads, maar niet weggelegd voor de gewone sterveling. Deze beeldvorming, die door de opleidingen overigens jarenlang is gekoesterd, is een belangrijke oorzaak voor de impopulariteit van exacte vakken. De laatste jaren daalt het aantal inschrijvingen dan ook gestaag.
Dit dreigende tekort aan technici kan de concurrentiekracht van Nederland in gevaar brengen. De combinatie van het moeilijke imago met de tempo- en prestatiebeurs, zou aankomende studenten extra afschrikken. Om meer scholieren tot een techniekstudie te verlokken, stellen de universiteiten van Eindhoven, Twente en Delft de young and bright daarom een aanzienlijke som geld in het vooruitzicht. Zo geeft de TU Delft dit jaar 250 beurzen aan talentvolle eerstejaars.
Bollebozen
De TU%s willen met deze financiële prikkel de drempelvrees van aankomende studenten wegnemen. Of financiële overwegingen werkelijk zo%n grote rol spelen bij de studiekeuze valt echter te bezien. De terugloop van het aantal bèta-studenten beperkt zich niet tot Nederland, maar doet zich in de hele Westerse wereld voor. Ook in landen waar studiefinanciering geen onderdeel van verhit debat is.
Intussen lopen de technische universiteiten wel het risico dat dit ‘politieke signaal% door aankomende studenten verkeerd begrepen wordt. De pittige eisen die Delft bij de beursactie stelt, onderstrepen weer eens het taaie vooroordeel dat alleen bollebozen een technische studie kunnen afronden. En dat terwijl een zeven voor de verplichte vakken al een aardige indicatie is voor een succesvolle studie. Op dit punt hebben de TU%s zichzelf dus geen goede dienst bewezen.
Of het tekort aan technici op de arbeidsmarkt met deze actie verholpen wordt, weten we pas over een jaar of vijf. Met name in het midden- en kleinbedrijf is de innovatiebehoefte echtergroot, en ook de inbreng van afgestudeerden met gemiddelde cijfers kan daarbij zinvol zijn. Voorkomen dat deze groep afhaakt is daarom zeker zo belangrijk als het stimuleren van studenten die hun studie toch wel halen. De bèta-schaarste is namelijk niet alleen het gevolg van een lage in- en doorstroom, maar ook van een hoog uitvalpercentage.
Matheid
De TU%s hadden zich daarom beter kunnen richten op een verdere verbetering van het onderwijs. Om de publieke matheid ten opzichte van de techniek te slechten, zijn de opleidingen gebaat bij enthousiaste pleitbezorgers. Docenten die hun kennis met bezieling kunnen overdragen, hebben op de lange termijn meer effect dan eenmalige douceurtjes.
Vanwege de late start is nog niet duidelijk of de beursactie in de toekomst extra studenten zal aantrekken. Het merendeel van de beurzen wordt dit jaar verdeeld onder scholieren die zich al hadden aangemeld. Door aanstormend talent aan het begin van de studie een duwtje in de rug te geven, hebben de technische universiteiten echter wel gekozen voor de weg van de minste weerstand.
Ralph Oei
(De auteur is redacteur van Delta)
Beurzen verstrekken aan knappe koppen maakt de technische studies niet geliefder. Door de hoge moeilijkheidsgraad van haar opleidingen te benadrukken, snijdt de universiteit zichzelf in de vingers.
De aanmeldingscijfers zijn dit jaar opnieuw gedaald: Delft staat nu op een verlies van vier procent. Om meer studenten aan te trekken, verdeelt de TU daarom 250 beurzen onder getalenteerde eerstejaars. Of dit wel zo%n goede zet is valt echter nog te bezien.
Het tanende sex-appeal van de bèta-opleidingen baart de technische universiteiten zorgen. Steeds minder scholieren hebben trek in de ingenieurstitel. De commissie-Verruijt becijferde onlangs dat de Nederlandse samenleving inmiddels twee maal zoveel bèta%s nodig heeft als de universiteiten afleveren.
Technische studies kampen met een onverwoestbaar stoffig imago, de vele kies-exactcampagnes ten spijt. Exact staat kennelijk nog steeds voor saai en moeilijk: leuk voor propellor-heads, maar niet weggelegd voor de gewone sterveling. Deze beeldvorming, die door de opleidingen overigens jarenlang is gekoesterd, is een belangrijke oorzaak voor de impopulariteit van exacte vakken. De laatste jaren daalt het aantal inschrijvingen dan ook gestaag.
Dit dreigende tekort aan technici kan de concurrentiekracht van Nederland in gevaar brengen. De combinatie van het moeilijke imago met de tempo- en prestatiebeurs, zou aankomende studenten extra afschrikken. Om meer scholieren tot een techniekstudie te verlokken, stellen de universiteiten van Eindhoven, Twente en Delft de young and bright daarom een aanzienlijke som geld in het vooruitzicht. Zo geeft de TU Delft dit jaar 250 beurzen aan talentvolle eerstejaars.
Bollebozen
De TU%s willen met deze financiële prikkel de drempelvrees van aankomende studenten wegnemen. Of financiële overwegingen werkelijk zo%n grote rol spelen bij de studiekeuze valt echter te bezien. De terugloop van het aantal bèta-studenten beperkt zich niet tot Nederland, maar doet zich in de hele Westerse wereld voor. Ook in landen waar studiefinanciering geen onderdeel van verhit debat is.
Intussen lopen de technische universiteiten wel het risico dat dit ‘politieke signaal% door aankomende studenten verkeerd begrepen wordt. De pittige eisen die Delft bij de beursactie stelt, onderstrepen weer eens het taaie vooroordeel dat alleen bollebozen een technische studie kunnen afronden. En dat terwijl een zeven voor de verplichte vakken al een aardige indicatie is voor een succesvolle studie. Op dit punt hebben de TU%s zichzelf dus geen goede dienst bewezen.
Of het tekort aan technici op de arbeidsmarkt met deze actie verholpen wordt, weten we pas over een jaar of vijf. Met name in het midden- en kleinbedrijf is de innovatiebehoefte echtergroot, en ook de inbreng van afgestudeerden met gemiddelde cijfers kan daarbij zinvol zijn. Voorkomen dat deze groep afhaakt is daarom zeker zo belangrijk als het stimuleren van studenten die hun studie toch wel halen. De bèta-schaarste is namelijk niet alleen het gevolg van een lage in- en doorstroom, maar ook van een hoog uitvalpercentage.
Matheid
De TU%s hadden zich daarom beter kunnen richten op een verdere verbetering van het onderwijs. Om de publieke matheid ten opzichte van de techniek te slechten, zijn de opleidingen gebaat bij enthousiaste pleitbezorgers. Docenten die hun kennis met bezieling kunnen overdragen, hebben op de lange termijn meer effect dan eenmalige douceurtjes.
Vanwege de late start is nog niet duidelijk of de beursactie in de toekomst extra studenten zal aantrekken. Het merendeel van de beurzen wordt dit jaar verdeeld onder scholieren die zich al hadden aangemeld. Door aanstormend talent aan het begin van de studie een duwtje in de rug te geven, hebben de technische universiteiten echter wel gekozen voor de weg van de minste weerstand.
Ralph Oei
(De auteur is redacteur van Delta)
Comments are closed.