Opinie

‘Beste Tim, wat ga je doen aan werkdruk?’

Delta-columnist Dap Hartmann en collegevoorzitter Tim van der Hagen schrijven elkaar iedere twee weken een openhartige brief over de toekomst van de universiteit, muziek en boeken. Hartmann wil ook de mening van andere TU’ers horen.

Hartmann: "Ik begrijp jouw frustratie dat je hele werkweek strak geagendeerd is en dat daarmee de spontaniteit is verdwenen." (Foto: Sam Rentmeester)

Wat fijn dat je mijn uitnodiging tot een briefwisseling hebt aanvaard. Brieven schrijven is een schone kunst die helaas verloren dreigt te gaan in de hectiek van onze moderne maatschappij. Laten we proberen daar niet aan toe te geven, en er rustig de tijd voor nemen. Beschouw het als een meditatief moment dat hopelijk een heilzame uitwerking heeft in de strijd tegen stress en burn-outs. Ik denk daarbij natuurlijk aan het dappere verhaal van Caspar Chorus waaraan je in je brief refereert. Het liefst zou ik mijn brieven met de hand willen schrijven, in de prachtige American Blue inkt van Private Reserve waarmee mijn Montblanc Meisterstück 149 is gevuld. Ik zal me echter schikken naar de wrede realiteit waarin een Word-document veel efficiënter is dan een handgeschreven brief. Maar het moeten wel échte brieven zijn, en geen kattenbelletjes. Daarom schuif ik jouw suggestie aan het eind van je brief resoluut terzijde.


Op het moment dat ik dit schrijf, staan onze brieven op nummer 3 en nummer 4 in de top-10 van meest gelezen artikelen op de website van Delta, want meer dan 4000 mensen hebben er kennis van genomen. Voorwaar, een uitstekend begin van onze correspondentie. De volgende stap is dat we de TU Delft gemeenschap moeten verleiden om via de Delta-website op onze brieven te reageren. Hoe krijgen we dat voor elkaar?


Gedonder

Ik ben heel benieuwd of je jouw brief linea recta naar Delta stuurt, of dat hij eerst langs de afdeling Corporate Communication of een ander Politbureau moet, alvorens hij mag worden gepubliceerd. Ik zie het helemaal voor me dat er opmerkingen in de kantlijn worden geplaatst als “Waarom dit niet verwijderen?” en “Daar komt hoe dan ook gedonder van”, net zoals Ard van der Steur dat deed in het concept van de brief die Ivo Opstelten aan de Tweede Kamer stuurde. Dat liep niet zo goed af, maar dit terzijde. De vraag is dus: mag je alles schrijven wat je wilt, of moet je je conformeren aan een bepaald protocol? Want hoewel je natuurlijk de voorzitter van het College van Bestuur bent, schrijf je deze brieven op persoonlijke titel, toch? Dan moet je alles kunnen zeggen en mag niemand je daarop aanspreken in relatie tot je functie. Want als je alleen officiële CvB standpunten mag uitdragen, kan ik net zo goed wachten op de volgende TU Delft Nieuwsbrief.


Ter zake. Laten we het hebben over de enorme groei in het aantal studenten en de problemen die dat met zich meebrengt. Volgens het jaarverslag over 2015 hadden we dat jaar 20.980 studenten en 2.607 promovendi. De wetenschappelijke staf telde 1.961 fte en de eerste geldstroom bedroeg € 411 miljoen. Het jaarverslag over 2000 maakt melding van 13.127 studenten, een eerste geldstroom van 638 miljoen gulden (€ 290 miljoen) en een wetenschappelijke staf van 2.401 fte. Het aantal promovendi staat niet vermeld, maar wel dat er 166 promoties plaatsvonden. In 2015 waren dat er ruim tweemaal zoveel (359), dus het lijkt me aannemelijk dat er in 2015 ook tweemaal zoveel promovendi waren als in 2000.


Dat betekent dat in 15 jaar tijd het aantal studenten met 60% is toegenomen en het aantal promovendi is verdubbeld. De wetenschappelijke staf daalde met 18% en de bijdrage van de overheid steeg met 40%. Gecorrigeerd voor inflatie is die eerste geldstroom echter nagenoeg hetzelfde gebleven. Vind je het dan gek dat mensen klagen over de enorme werkdruk, en dat het aantal burn-outs flink is gestegen? Daar hoef je toch geen duur extern bureau voor in te huren dat bij alle medewerkers de werkdruk inventariseert om uiteindelijk tot dezelfde conclusie te komen? De werkdruk is gigantisch en de prangende vraag is: wat ga je daaraan doen?


Ophokplicht

We zagen de afgelopen vijftien jaar een enorme toename in het aantal studenten, en de verwachting is dat die trend nog verder doorzet. Ik hoorde al ramingen dat we in 2020 mogelijk 25.000 studenten hebben. Dat kunnen we toch helemaal niet bolwerken? Wir schaffen das nicht, Herr van der Hagen! Ik zie koortsachtige initiatieven die het probleem louter vanuit het perspectief van de huisvesting benaderen: waar laten we al die studenten? Er worden twee grote ‘Education Centers’ gebouwd met tientallen nieuwe collegezalen. Hopelijk zijn er straks voldoende stoeltjes zodat alle studenten kunnen zitten. Alsof we alleen een ophokplicht hebben.


Maar wie staan er straks voorin die collegezalen om al die studenten te onderwijzen? En bij wie gaan al die studenten straks afstuderen? Het afstudeeronderzoek is toch de kroon op het werk, de ultieme lakmoesproef die uitwijst of een student zijn opleiding succesvol afrondt. Het begeleiden van afstudeerders is echter zeer arbeidsintensief. Het is individueel maatwerk dat niet kan worden opgeschaald. Ik zie derhalve maar twee mogelijkheden: óf we verdubbelen de wetenschappelijke staf (om de achterstand uit het verleden weg te werken en de toekomstige groei het hoofd te bieden), óf we halveren het aantal studenten. Het is van tweeën één, want ieder alternatief leidt onvermijdelijk tot nog meer werkdruk, nog meer burn-outs, minder contacturen, massalere colleges en minder begeleiding bij het afstuderen. Dat resulteert in kwalitatief slechter onderwijs met als gevolg minder goed opgeleide ingenieurs. Ik ben heel benieuwd hoe jij deze problemen het hoofd denkt te bieden.


Boekenkast

Laat ik deze brief besluiten met een luchtiger onderwerp. Een van mijn goede voornemens bij elke jaarwisseling is dat ik in het nieuwe jaar meer boeken wil lezen dan in het voorgaande jaar. De afgelopen 22 jaar heb ik keurig bijgehouden welke boeken ik heb gelezen, en wat ik van de inhoud en de schrijfstijl vond. Vorig jaar las ik slechts 8.591 bladzijden tegen 9.641 bladzijden in 2015. Onlangs heb ik me aangemeld bij www.goodreads.com en daar waardeer ik nu alle boeken die ik gelezen heb met 1 tot 5 sterren.


Ik werd daartoe geïnspireerd toen ik las dat Klaas Dijkhof ook op GoodReads zit. We zijn nu zelfs ‘vrienden’ en ik kan zien welke boeken Klaas heeft gelezen, en wat hij daarvan vond. Ik kan ook zien wat hij op dit moment leest (Wij zijn ons brein van Dick Swaab, en A Clash of Kings van George Martin) en wat hij nog wil gaan lezen. Op zijn verlanglijstje stonden 79 boeken, waaronder Kwaadschiks van A.F.Th. van der Heijden. Het kostte me twee maanden om me door dat boek (1280 blz.) heen te worstelen. Daarom heb ik Klaas aangeraden om Kwaadschiks over te slaan en in plaats daarvan The Book of Illusions van Paul Auster te lezen (5 sterren, 321 blz.). Nu staan er dus 80 boeken op zijn to-read lijst.


Je voelt hem waarschijnlijk al aankomen: aangezien ik de Klaas Dijkhof in jou naar buiten probeer te brengen, wil ik je vragen om je ook aan te melden bij GoodReads en alle boeken te markeren die je hebt gelezen. Dat schetst hopelijk een mooi beeld van je persoonlijkheid, want je kent de uitdrukking ‘Toon mij uw boekenkast en ik zeg u wie u bent’. Ik ben zeer benieuwd naar jouw boekenkast. En lees vooral The Book of Illusions!


Hartelijke groet,


Dap


Lees de hele briefwisseling terug, in volgorde van verschijnen:


‘Beste Tim, hoe wil je al je doelen gaan halen?’

‘Beste Dap, we willen toch excelleren?’

‘Beste Tim, wat ga je doen aan werkdruk?’

‘Beste Dap, cultuur moeten we allemaal veranderen’

‘Beste Tim, we zijn geen pluimvee’

‘Beste Dap, ik hoor het liefst de meningen van experts’

‘Beste Tim, onderwijs is net zo belangrijk als onderzoek’

‘Beste Dap, ik kan je uithaal niet plaatsen’

‘Beste Tim, laat mij rector worden’

‘Beste Dap, succes moet je vieren’

Columnist Dap Hartmann

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

l.hartmann@tudelft.nl

Comments are closed.