‘Best een drukke baan’

Hier legde hij in de jaren tachtig de basis voor zijn succes. Werktuigbouwkundestudent en BMW-fan, Edgar van Os, interviewde hem na afloop.

“Sorry, I can’t pronounce your name, but I am huge fan. Can I please take a picture with you?” roept een Chinese studente Adrian van Hooydonk toe wanneer hij de aula verlaat. Als een popster wordt Van Hooydonk (45) benaderd door drommen studenten die aan zijn lippen hangen. Van Hooydonk heeft zojuist een lezing gegeven over de toekomst van automotive design. Het symposium ter gelegenheid van het veertigjarig bestaan van de faculteit Industrieel Ontwerpen had als onderwerp advanced automotive design. 

Op het symposium werd ingegaan op de vraag hoe de toekomst van autodesign eruit ziet, rekening houdend met de gevolgen van duurzame ontwikkelingen zoals waterstof of elektrische aandrijving. Rond dit thema werden lezingen gehouden door diverse IO-alumni die de faculteit de afgelopen decennia heeft voortgebracht en die nu als succesvolle auto-ontwerpers werken. Hoewel dat vroeger niet vanzelfsprekend was. “Ik begon met industrieel ontwerpen omdat ik altijd aan het tekenen was, en het leuk vond om auto’s te ontwerpen. Tijdens de eerste dag op de TU werd me verteld dat je hier helemaal verkeerd zat als je auto-ontwerper wilde worden.”

,Bescheiden

Toch is Adrian van Hooydonk inmiddels een van de meest succesvolle auto-ontwerpers en de onbetwiste sterspreker op het symposium. Na een studie IO in Delft, die hij in 1988 afrondde, genoot hij een studie aan het Art Center Europe in Vevey, Zwitserland. Hierna trad hij aan als auto-ontwerper bij BMW. Inmiddels is van Hooydonk opgeklommen tot Design Director van de BMW Group in München. Tijdens de lezing gaat hij in op de vraag welke kant autodesign op zal moeten gaan in het licht van huidige technologische ontwikkelingen. Daarbij laat hij, bescheiden als hij is gebleven, aan de zaal weten zijn hoge functie zelf niet zozeer als belangrijk te ervaren, wel als ‘een best drukke baan’.

,Sustainable

Dezelfde bescheidenheid blijkt later wanneer Van Hooydonk in de pauze van het symposium gewillig de vragen doorneemt van de toegestroomde studenten. “Er is nog geen vastgestelde vormentaal over duurzaamheid, maar dat het sustainability-aspect terug zal komen in het uiterlijke ontwerp van auto’s staat vast.” Met een licht Limburgs accent licht Van Hooydonk een van de kernpunten van het symposium toe. Namelijk de vraag hoe duurzame technologische ontwikkelingen in de auto zich vertalen naar het design. “We zitten aan het begin van de ontwikkeling, en momenteel is het zo dat als een ontwerp afwijkend is, dat men waarschijnlijk automatisch ervan uit gaat dat het dan wel sustainable is.”

Hierin ziet Van Hooydonk als auto-ontwerper een kans. “Ontwerpers hebben als taak om te zorgen dat het op een natuurlijke wijze in het design wordt vertaald en dat het ook een blijvend bestanddeel is van de vormentaal.” Daarbij noemt Van Hooydonk voor hem en zijn team een bijkomende uitdaging om te zorgen dat er enkele typische BMW-elementen in het ontwerp zitten.

,Conceptcar

Hoewel Van Hooydonk duidelijk aangeeft dat het dus nog erg prematuur is om te kijken hoe duurzame ontwikkelingen zich vertalen naar het ontwerp van toekomstige BMW’s, heeft hij eerder op de dag tijdens zijn lezing al een tipje van de sluier opgelicht. De prachtige BMW conceptcar Vision Efficient Dynamics, een hybride sportwagen, toont hoe de duurzame ingrediënten aerodynamica en lichtgewicht worden verwerkt in het uiterlijk. “Vanwege duurzaamheid zullen aerodynamica en een laag gewicht alleen maar belangrijker worden. In het ontwerp is dit te zien doordat de lijnen van de auto de stroomlijn volgen. De transparante opzet straalt het lage gewicht uit.” De conceptcar, zuinig en toch snel, oogst op het gebied van de looks in ieder geval een hoop positieve reacties uit de zaal. Wat dat betreft lijkt Van Hooydonk met zijn team de juiste weg ingeslagen.

,Adviezen

Voor toekomstige ontwerpers die een dergelijk succes nastreven heeft Van Hooydonk wat adviezen. “Het belangrijkste”, zegt Van Hooydonk desgevraagd, “is om zelf je grootste fan te zijn, maar tegelijkertijd je grootste criticaster te zijn.” Adrian adviseert om soms even afstand te nemen van je ontwerp en niet te snel te oordelen. “Gun jezelf de tijd”, adviseert hij, “dat maakt je een goede ontwerper.”

Of de TU Delft nog een factor is geweest om Van Hooydonk tot een goede ontwerper te vormen? “Wellicht wel, wellicht niet, ik denk wel dat ik hier goed multidisciplinair ben opgeleid, met oog voor engineering, marketing en social skills.” In ieder geval vindt Van Hooydonk het zichtbaar leuk om weer terug te zijn in Delft. “Het was leuk om oude leermeesters zoals professor Jacobs en Koos Eissen weer te ontmoeten.” Dat roept de vraag op of Van Hooydonk zelf ooit later als hoogleraar zou willen optreden bij de TU Delft. “Ik heb geen concrete ambities in die richting, maar: why not?”

Anne Struiksma, bouwkunde
“Nee, ik heb geen goede voornemens. Het werkt toch niet. Al wil ik wel proberen om beter met kritiek om te gaan. Kritiek van docenten bij nieuwe projecten moet je niet persoonlijk opvatten, maar ik vind het toch moeilijk om dat van me af te zetten. Mijn hoogtepunt van 2008 was het neerzetten van een toneelstuk, de moderne versie van Romeo en Julia. Ik speelde de moeder van Romeo. Niet echt een glansrol, maar het was heel erg leuk.”

Bescheiden

Toch is Adrian van Hooydonk inmiddels een van de meest succesvolle auto-ontwerpers en de onbetwiste sterspreker op het symposium. Na een studie IO in Delft, die hij in 1988 afrondde, genoot hij een studie aan het Art Center Europe in Vevey, Zwitserland. Hierna trad hij aan als auto-ontwerper bij BMW. Inmiddels is van Hooydonk opgeklommen tot Design Director van de BMW Group in München. Tijdens de lezing gaat hij in op de vraag welke kant autodesign op zal moeten gaan in het licht van huidige technologische ontwikkelingen. Daarbij laat hij, bescheiden als hij is gebleven, aan de zaal weten zijn hoge functie zelf niet zozeer als belangrijk te ervaren, wel als ‘een best drukke baan’.

Sustainable

Dezelfde bescheidenheid blijkt later wanneer Van Hooydonk in de pauze van het symposium gewillig de vragen doorneemt van de toegestroomde studenten. “Er is nog geen vastgestelde vormentaal over duurzaamheid, maar dat het sustainability-aspect terug zal komen in het uiterlijke ontwerp van auto’s staat vast.” Met een licht Limburgs accent licht Van Hooydonk een van de kernpunten van het symposium toe. Namelijk de vraag hoe duurzame technologische ontwikkelingen in de auto zich vertalen naar het design. “We zitten aan het begin van de ontwikkeling, en momenteel is het zo dat als een ontwerp afwijkend is, dat men waarschijnlijk automatisch ervan uit gaat dat het dan wel sustainable is.”

Hierin ziet Van Hooydonk als auto-ontwerper een kans. “Ontwerpers hebben als taak om te zorgen dat het op een natuurlijke wijze in het design wordt vertaald en dat het ook een blijvend bestanddeel is van de vormentaal.” Daarbij noemt Van Hooydonk voor hem en zijn team een bijkomende uitdaging om te zorgen dat er enkele typische BMW-elementen in het ontwerp zitten.

Conceptcar

Hoewel Van Hooydonk duidelijk aangeeft dat het dus nog erg prematuur is om te kijken hoe duurzame ontwikkelingen zich vertalen naar het ontwerp van toekomstige BMW’s, heeft hij eerder op de dag tijdens zijn lezing al een tipje van de sluier opgelicht. De prachtige BMW conceptcar Vision Efficient Dynamics, een hybride sportwagen, toont hoe de duurzame ingrediënten aerodynamica en lichtgewicht worden verwerkt in het uiterlijk. “Vanwege duurzaamheid zullen aerodynamica en een laag gewicht alleen maar belangrijker worden. In het ontwerp is dit te zien doordat de lijnen van de auto de stroomlijn volgen. De transparante opzet straalt het lage gewicht uit.” De conceptcar, zuinig en toch snel, oogst op het gebied van de looks in ieder geval een hoop positieve reacties uit de zaal. Wat dat betreft lijkt Van Hooydonk met zijn team de juiste weg ingeslagen.

Adviezen

Voor toekomstige ontwerpers die een dergelijk succes nastreven heeft Van Hooydonk wat adviezen. “Het belangrijkste”, zegt Van Hooydonk desgevraagd, “is om zelf je grootste fan te zijn, maar tegelijkertijd je grootste criticaster te zijn.” Adrian adviseert om soms even afstand te nemen van je ontwerp en niet te snel te oordelen. “Gun jezelf de tijd”, adviseert hij, “dat maakt je een goede ontwerper.”

Of de TU Delft nog een factor is geweest om Van Hooydonk tot een goede ontwerper te vormen? “Wellicht wel, wellicht niet, ik denk wel dat ik hier goed multidisciplinair ben opgeleid, met oog voor engineering, marketing en social skills.” In ieder geval vindt Van Hooydonk het zichtbaar leuk om weer terug te zijn in Delft. “Het was leuk om oude leermeesters zoals professor Jacobs en Koos Eissen weer te ontmoeten.” Dat roept de vraag op of Van Hooydonk zelf ooit later als hoogleraar zou willen optreden bij de TU Delft. “Ik heb geen concrete ambities in die richting, maar: why not?”