Campus

‘Beetje tuttig Appelpubliek’

‘De val van de Goden’ is de toneelversie van de Visconti-film ‘The damned’, over grootindustriëlen in nazi-Duitsland. Post-doc Helen Stout bezocht de voorstelling annex diner. Smaakten de kastanjekoekjes met zuurkool en gebakken appel?

‘De val van de Goden’ is de toneelversie van de Visconti-film ‘The damned’, over grootindustriëlen in nazi-Duitsland. Post-doc Helen Stout bezocht de voorstelling annex diner. Smaakten de kastanjekoekjes met zuurkool en gebakken appel?

,,Zo’n maaltijd erbij hoeft eigenlijk niet. Het heeft een beetje een dwangmatig karakter. Aan de andere kant werd je zo wel mooi de voorstelling ingeleid. Het is namelijk een coproductie van theatergroep Hollandia en een Duits toneelgezelschap. Dus aan iedere tafel stond een Duitse acteur een redevoering over het belang van de techniek te houden. Dat Duits is natuurlijk al enorm gaaf en dan word je al etende meegezogen. Mooie vondst. Maar het wordt een erg lange avond, van kwart over zeven tot kwart over elf.

Van Hollandia verwacht je iets vernieuwends, hoge kwaliteit. Maar in feite was het gewoon repertoire-toneel op locatie. Wel een heel mooie locatie, de Van Nellefabriek in Rotterdam. Het gebouw maakt heel veel goed. Het is ook eigenlijk de reden dat we toch wel met een blij gevoel uit de voorstelling kwamen. Alleen voor de fabriek kom je al.

Verder was het gewoon vakkundig mainstream-toneel.

Geweldig decor, met wat veel special effects. Wat voor effects? Harde muziek, rookdampen, veel lichteffecten. En op een bepaald moment wordt ‘De nacht van de lange messen’ uitgebeeld. Dan komt er allemaal water uit een sproei-installatie naar beneden. Alles bij elkaar was het gewoon een heel affe productie.

Ook het spel zat gedegen in elkaar. Met drie dimensies. Het gewone acteren, het reageren en becommentariëren van elkaars spel en een vorm van ’toneel op het toneel’. Als publiek heb je dan wel wat te doen. Maar het doet mij waarschijnlijk minder dan de gemiddelde kijker, ik ben te ervaren, ga vaak naar toneel.

In vergelijking tot andere voorstellingen, was dit erg grootschalig, je mist het intieme van een theater. Tijdens de voorstelling heb ik een beetje zitten tellen en er zaten zo’n vierhonderd mensen. Een soort Appelpubliek. Beetje tuttig allemaal.

Als je bedenkt dat dit de toneelversie van een film is, valt het resultaat wat tegen. Het blijft in feite te filmisch. Te veel een kijkspektakel waar je als toeschouwer niet in meegezogen wordt. Hollandia levert een heel vakkundige voorstelling, maar het blijft zonder twinkeling. Je krijgt niet het idee dat je iets bijzonders ziet. Ik was niet geraakt. En ik wil juist graag geraakt worden. Maar het deed me niets, ik stond erbij en ik keek er naar.”

,,

‘De val van de Goden’ is de toneelversie van de Visconti-film ‘The damned’, over grootindustriëlen in nazi-Duitsland. Post-doc Helen Stout bezocht de voorstelling annex diner. Smaakten de kastanjekoekjes met zuurkool en gebakken appel?

,,Zo’n maaltijd erbij hoeft eigenlijk niet. Het heeft een beetje een dwangmatig karakter. Aan de andere kant werd je zo wel mooi de voorstelling ingeleid. Het is namelijk een coproductie van theatergroep Hollandia en een Duits toneelgezelschap. Dus aan iedere tafel stond een Duitse acteur een redevoering over het belang van de techniek te houden. Dat Duits is natuurlijk al enorm gaaf en dan word je al etende meegezogen. Mooie vondst. Maar het wordt een erg lange avond, van kwart over zeven tot kwart over elf.

Van Hollandia verwacht je iets vernieuwends, hoge kwaliteit. Maar in feite was het gewoon repertoire-toneel op locatie. Wel een heel mooie locatie, de Van Nellefabriek in Rotterdam. Het gebouw maakt heel veel goed. Het is ook eigenlijk de reden dat we toch wel met een blij gevoel uit de voorstelling kwamen. Alleen voor de fabriek kom je al.

Verder was het gewoon vakkundig mainstream-toneel.

Geweldig decor, met wat veel special effects. Wat voor effects? Harde muziek, rookdampen, veel lichteffecten. En op een bepaald moment wordt ‘De nacht van de lange messen’ uitgebeeld. Dan komt er allemaal water uit een sproei-installatie naar beneden. Alles bij elkaar was het gewoon een heel affe productie.

Ook het spel zat gedegen in elkaar. Met drie dimensies. Het gewone acteren, het reageren en becommentariëren van elkaars spel en een vorm van ’toneel op het toneel’. Als publiek heb je dan wel wat te doen. Maar het doet mij waarschijnlijk minder dan de gemiddelde kijker, ik ben te ervaren, ga vaak naar toneel.

In vergelijking tot andere voorstellingen, was dit erg grootschalig, je mist het intieme van een theater. Tijdens de voorstelling heb ik een beetje zitten tellen en er zaten zo’n vierhonderd mensen. Een soort Appelpubliek. Beetje tuttig allemaal.

Als je bedenkt dat dit de toneelversie van een film is, valt het resultaat wat tegen. Het blijft in feite te filmisch. Te veel een kijkspektakel waar je als toeschouwer niet in meegezogen wordt. Hollandia levert een heel vakkundige voorstelling, maar het blijft zonder twinkeling. Je krijgt niet het idee dat je iets bijzonders ziet. Ik was niet geraakt. En ik wil juist graag geraakt worden. Maar het deed me niets, ik stond erbij en ik keek er naar.”

‘De val van de Goden’ is de toneelversie van de Visconti-film ‘The damned’, over grootindustriëlen in nazi-Duitsland. Post-doc Helen Stout bezocht de voorstelling annex diner. Smaakten de kastanjekoekjes met zuurkool en gebakken appel?

,,Zo’n maaltijd erbij hoeft eigenlijk niet. Het heeft een beetje een dwangmatig karakter. Aan de andere kant werd je zo wel mooi de voorstelling ingeleid. Het is namelijk een coproductie van theatergroep Hollandia en een Duits toneelgezelschap. Dus aan iedere tafel stond een Duitse acteur een redevoering over het belang van de techniek te houden. Dat Duits is natuurlijk al enorm gaaf en dan word je al etende meegezogen. Mooie vondst. Maar het wordt een erg lange avond, van kwart over zeven tot kwart over elf.

Van Hollandia verwacht je iets vernieuwends, hoge kwaliteit. Maar in feite was het gewoon repertoire-toneel op locatie. Wel een heel mooie locatie, de Van Nellefabriek in Rotterdam. Het gebouw maakt heel veel goed. Het is ook eigenlijk de reden dat we toch wel met een blij gevoel uit de voorstelling kwamen. Alleen voor de fabriek kom je al.

Verder was het gewoon vakkundig mainstream-toneel.

Geweldig decor, met wat veel special effects. Wat voor effects? Harde muziek, rookdampen, veel lichteffecten. En op een bepaald moment wordt ‘De nacht van de lange messen’ uitgebeeld. Dan komt er allemaal water uit een sproei-installatie naar beneden. Alles bij elkaar was het gewoon een heel affe productie.

Ook het spel zat gedegen in elkaar. Met drie dimensies. Het gewone acteren, het reageren en becommentariëren van elkaars spel en een vorm van ’toneel op het toneel’. Als publiek heb je dan wel wat te doen. Maar het doet mij waarschijnlijk minder dan de gemiddelde kijker, ik ben te ervaren, ga vaak naar toneel.

In vergelijking tot andere voorstellingen, was dit erg grootschalig, je mist het intieme van een theater. Tijdens de voorstelling heb ik een beetje zitten tellen en er zaten zo’n vierhonderd mensen. Een soort Appelpubliek. Beetje tuttig allemaal.

Als je bedenkt dat dit de toneelversie van een film is, valt het resultaat wat tegen. Het blijft in feite te filmisch. Te veel een kijkspektakel waar je als toeschouwer niet in meegezogen wordt. Hollandia levert een heel vakkundige voorstelling, maar het blijft zonder twinkeling. Je krijgt niet het idee dat je iets bijzonders ziet. Ik was niet geraakt. En ik wil juist graag geraakt worden. Maar het deed me niets, ik stond erbij en ik keek er naar.”

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.