Campus

Amnesty sprokkelt handtekeningen voor manifest tegen seksueel geweld

Het loopt geen storm voor het manifest van Amnesty om grensoverschrijdend gedrag op de campus tegen te gaan. Dat is zonde, vindt Janna Willems van Amnesty.

(Illustratie: Marjolein van der Veldt)

Sinds augustus 2021 vraagt Amnesty universiteiten en hogescholen om een handtekening te zetten onder een manifest tegen seksueel geweld onder studenten. Uit eigen onderzoek van de mensenrechtenorganisatie bleek dat verkrachting relatief vaak voorkomt onder studenten en dat de meerderheid niet weet waar je binnen een instelling hulp kunt krijgen na seksueel geweld.

  • Hoe denk jij over seksueel grensoverschrijdend gedrag? Welke ervaringen heb jij daarmee? En wat verwacht je van de universiteit op dit gebied? Doe mee aan ons onderzoek naar seksueel grens­overschrijdend gedrag.

Recente onderzoeken van het Interstedelijk Studenten Overleg en de Onderwijsinspectie bevestigden het beeld dat slachtoffers van ‘onveilige situaties’ vaak geen melding maken, zodat problemen soms buiten beeld blijven.

Workshops en trainingen
In het manifest staan zes actiepunten. Studenten moeten bijvoorbeeld workshops kunnen volgen, zoals een omstandertraining. En medewerkers worden getraind om op een “traumasensitieve manier” om te gaan met onderwerpen als seksueel geweld. Ook de klachtenprocedure moet op orde zijn.

De Vrije Universiteit van Amsterdam tekende vorig jaar als eerste, maar er volgden vooralsnog slechts negen andere instellingen. De Universiteit Utrecht besloot niet mee te werken en wil met een eigen actieplan aan de slag. De TU Delft tekent niet omdat ze daar weinig zien in workshops voor alles studenten. Dat is zonde, vindt Janna Willems, campagnemedewerker van Amnesty.

Is de lat voor de instellingen niet te hoog gelegd met die zes actiepunten?
“Daar krijgen we van de instellingen vragen over, maar de meeste snappen de noodzaak van dit soort trainingen wel. We verwachten niet dat alles geregeld is op het moment van tekenen. Pas daarna gaan we met de implementatie aan de slag en daar kunnen we ze ook bij helpen.”

Waarom worden er dan zo weinig handtekeningen gezet?
“We verwachten dat er binnen een paar weken weer tien instellingen tekenen en dan staat de teller op twintig. En wat we zien, is niet negatief: veel instellingen willen eerst een actieplan opstellen voordat ze een handtekening zetten. Het duurt daardoor wat langer, maar dan kunnen ze wel meteen laten zien wat ze concreet gaan doen.”

Zijn de actiepunten in het manifest niet voor concreet gedrag?
“De actiepunten zijn een soort basis. We moedigen ze aan om meer te doen. De Hogeschool van Arnhem en Nijmegen deed dat deze week bijvoorbeeld met het ‘Wiel van Studentenwelzijn’ en de Universiteit Maastricht combineerde het tekenen met een conferentie. Ze denken dus eerst goed na voordat ze een handtekening zetten en dat vinden we alleen maar goed.”

Het ontbreekt dus niet aan een gevoel voor urgentie?
“Die urgentie voelen de instellingen, zeker na de rel rond The Voice en de onderzoeken onder studenten die naar buiten zijn gekomen. Ze zijn ermee aan de slag en we hebben het gevoel dat het serieus genomen wordt. Maar we vinden dat het tijd is voor meer handtekeningen, want ze hebben daar nu al lang de tijd voor. Het is een belangrijk signaal voor studenten en de buitenwereld, dus we hopen dat alle instellingen voor het volgende academische jaar meedoen.”

HOP, Josefine van Enk

Hulp

  • Heb jij een ongewenste seksuele ervaring meegemaakt en wil je daarover praten? Neem dan contact op met Centrum Seksueel Geweld, daar staan specialisten voor je klaar. Je kunt gratis en anoniem chatten of bellen met 0800-0188.
  • Het kan ook fijn zijn om met mensen om je heen te praten.
  • Ook de TU biedt ondersteuning. Je eerste aanspreekpunt is hiervoor altijd je studieadviseur. Die brengt je, als jij dat wilt, in contact met de afdeling Integrale Veiligheid. Zij begeleiden studenten bij het doen van aangifte wanneer zij slachtoffer zijn van seksueel grensoverschrijdend gedrag. Ook kijken zij samen met jou of er nazorg nodig is.
  • De studieadviseur kan je ook doorverwijzen naar de studentpsychologen. Zij bieden kortdurende begeleiding aan van maximaal drie gesprekken. Heb je behoefte aan langdurige hulp, dan verwijzen zij je door naar de huisarts of een psycholoog buiten de TU.
  • Je kunt altijd met je eigen huisarts of de Studentengezondheidszorg (SGZ) contact opnemen. Mocht de huisarts in het weekend niet aanwezig zijn, dan kun je (in Delft) contact opnemen met de huisartsenpost via 015-2511930. Meer informatie kun je vinden op de website.
  • Het kan goed zijn om contact op te nemen met een vertrouwenspersoon. Meer informatie vind je hier.
  • Omdat een op de tien studenten te maken krijgt met seksuele intimidatie is de kans groot dat jij aan een ander een luisterend oor biedt. In dat geval is het fijn om te weten hoe je het beste kunt reageren. Het belangrijkste is dat je kalm blijft. Als jij de rust bewaart, kan de ander zijn of haar verhaal doen. Meer gesprekstechnieken vind je in deze ‘#metoo gespreksetiquette’.
HOP Hoger Onderwijs Persbureau

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

redactie@hogeronderwijspersbureau.nl

Comments are closed.