Campus

Allard Droste: ‘Ik ben een professioneel dromer’

TU-alumnus Allard Droste leek voorbestemd om F16-vlieger te worden maar het liep anders. Hij kocht een metaalbedrijf, maakte de binnenbekleding voor de Markthal, investeert in start-ups en schreef een boek.

F16-vliegen
“Bij ons thuis was er maar één vorm van vliegen: straaljager vliegen. Mijn vader was F16-vlieger en werd uiteindelijk zelfs bevelhebber van de luchtmacht. Als voorzitter van het Nederlands Instituut voor Vliegtuigontwikkeling en Ruimtevaart zat hij tussen de Fokkers van de wereld en de politiek in. Na zijn pensioen was hij onder meer decaan van de faculteit waar ik studeerde: Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek.”

Snelle keuzes
“Al vanaf dat ik een hummel was, wist ik dat vliegen niets voor mij zou worden. Ik had een brilletje en er was nog geen lasercorrectie. Geen wereldramp. Ik heb er nooit over hoeven nadenken. Technische vakken lagen mij en ik kwam uit op een technische studie. Delft leek me een leuke stad. Veel logica zat er niet achter. Mijn oog viel meteen op vliegtuigbouw. Ik ben spontaan met de studie begonnen. Dat is een onderdeel van mijn leven: ik maak snel keuzes op gevoel en heb nooit spijt.”

Neptechneut
“In 1997 studeerde ik af op vloerpanelen voor de Airbus, gemaakt van Glare. Fokker ging net failliet en werd overgenomen door Stork. Met veel liefde ben ik bij Stork begonnen als trainee, waar ik na twee jaar een managementrol vervulde. Ik noem mijzelf een neptechneut: ik vind het leuk om in een technische wereld rond te lopen en die taal te spreken, maar ik houd me weinig bezig met techniek. Ik doe marketing, organisatie en verkoop. Tussendoor heb ik nog een jaartje Insead gedaan, een MBA in Fontainebleau en Singapore. Die combinatie van zes jaar harde techniek in Delft met een bedrijfskundige opleiding was een fantastische mix.”

Lenig
“Na tien jaar Stork begon mijn ondernemersbloed te kriebelen. Ik merkte dat ik steeds meer dingen zelf wilde doen en niet overleggen met een baas. In 2007 trok ik de stoute schoenen aan en ben ik voor mezelf begonnen. Ik was geschoold in lean management dat na de Tweede Wereldoorlog bij Toyota is ontstaan. Lean staat voor lenig. Toyota ging één auto per keer maken en alleen als de klant erom vroeg. Je moet dan razendsnel – lenig – een auto kunnen produceren, want de klant heeft geen zin om jaren te wachten. Wat je doet maak je in één keer af en telkens een stukje beter. Ik adviseerde hierover aan derden door het hele land. Leuk maar op het eind vond ik het heel eenzaam.”

Geen opvolging
“Ik kwam op de gedachte om een bedrijf te kopen waarvoor geen opvolging is en dat te maken had met productie en techniek. Al snel belde iemand mij op en zei ‘Aldowa staat te koop’. Een dertig jaar oud bedrijf in dun metaal, aluminium en roestvrij staal met twee broers aan het front zonder opvolging. Dat heb ik zonder veel onderzoek te doen gekocht. Gaan!”

Markthal
“Toen ik Aldowa tien jaar geleden overnam was het bedrijf een leverancier voor dingen zoals medicijnkastjes, transportbakken, vrachtwagenbeplating en dakkapellen. Zwaar hiërarchisch, mensen mochten niet meedenken en er was geen vernieuwing. Ik verlegde de focus naar projecten, koos voor de bouw als klant en zette in op lean management. Iedereen is de baas. Tegenwoordig heet dat zelfsturing of Semco-stijl. Ik heb het bedrijf nu tien jaar, samen met een partner. We hebben de binnenbekleding van de Markthal gemaakt en de bekleding van station Rotterdam en Utrecht. Op de campus doen we nu de gevelbekleding van de nieuwe studentenflat op de Stieltjesweg. Waanzinnig.”

Trots
“Waar ik het meest trots op ben, is dat wij geen afdelingen, managers, functieprofielen, werktijden en vaste structuur hebben. We zijn vervijfvoudigd in omzet, het ziekteverzuim is een derde van wat het was, we hebben prijzen gewonnen zoals de Metaalunie Award, de VNO-NCW Award, FD gezel Award. Dat komt door vertrouwen richting mijn werknemers, mijn partners en leveranciers. Vertrouwen en eigen verantwoordelijkheid. Thuis kunnen medewerkers alles: vuilnis op tijd buitenzetten, kinderen naar school brengen en de hond te eten geven. En dan zouden ze op het werk ineens een baas nodig hebben? Klinkklare onzin.”

Fouten
“We vergaderen niet, maar staan elke dag tien minuten bij elkaar en bespreken dan vier vragen. De belangrijkste is: wat ging er gisteren fout? In het begin durfde niemand daar wat op te zeggen. Nu benoemen we die fouten. We geven elkaar tips of zeggen dat we er toch nog iets mee kunnen. Soms is fout ook gewoon fout. Helaas, kan gebeuren, volgende keer beter. Mensen hoeven niet gespannen te zijn van ‘o, als de baas maar niet achter mijn foutje komt’. Aan de andere kant zijn we wel mega resultaatgericht.”

Dromer
“Sinds kort noem ik mijzelf ‘professioneel dromer’. Ik merkte dat als ik sprak in termen van doelen ik dat zelf zo kil en zakelijk vond. Bij ons in de kantoortuin hangt een groot ‘droombord’. Ik droom de hele dag door van alles wat we graag zouden willen bereiken. Vervolgens zet ik stap twee: ik doe alsof ik er al ben. Ik zei: ‘we hebben de Markthal al gemaakt’ en bestelde een taart. Daar werd ik in het begin hard om uitgelachen: ‘doe normaal Allard, we moeten nog een offerte maken’. Ik zei ‘het zal allemaal wel, maar we hebben hem wel al gemaakt’. Magische dingen gebeuren er dan. Echt bizar. Mensen worden enthousiaster, gaan er in geloven en harder rennen, zoeken oplossingen in plaats van excuses. Het zijn die dromen die ervoor zorgen dat mensen elke dag weten waarom ze komen, waarom ze een collega helpen, een klant bellen en wel of niet een beslissing nemen. Dát zorgt bij ons voor structuur.”

Loslaten
“Nu zit ik in het grootste experiment van mijn leven: ik laat Aldowa meer los. Ik heb geïnvesteerd in twee startende bedrijfjes, één bij YesDelft: Shake-on. Dit bedrijf heeft armbandjes gemaakt met een chip voor netwerken bij evenementen. Als je met anderen handen schudt, herkent dat chipje beide personen en gaat er een appje naar je LinkedIn-profiel. Het is ook een registratiesysteem. Je kunt volgen hoeveel mensen er zijn, wie er zijn en welke looproutes ze volgen. Het andere bedrijfje is StartMonday uit Amsterdam, dat een systeem bedacht waarmee solliciteren en selecteren sneller gaan via een filmpje van vijftien seconden op je mobiel.”

Bestseller
“Mijn laatste avontuur is mijn boek ‘Semco in de polder’. Dat gaat over wat ik in de afgelopen tien jaar heb meegemaakt en hoe werk weer leuk en efficiënt tegelijk kan zijn. Het gaat niet alleen over vertrouwen geven en eigen verantwoordelijkheid nemen, maar ook over dingen als omgaan met klagers en succesjes vieren. Ik deel mijn dromen vanaf dag één en bazuin dus rond dat het al een bestseller is. Alleen moeten nog even tienduizend mensen het lezen, zeg ik er dan bij.”

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.