Onderwijs

Afvloeien kan op diverse manieren

Het heeft even geduurd maar uiteindelijk zijn de nieuwe sociale begeleidingsregelingen rond. Het meest in het oog springend is de regeling 55+ medewerkers.

Worden zij met ontslag bedreigd of maken ze plaats voor een boventallige medewerker, dan is er voor hen nu een interessante afvloeiingsregeling.

Bij iedere nieuwe stap op het reorganisatiepad werd het beloofd: voor oudere medewerkers die met ontslag worden bedreigd, zouden er op korte termijn goede sociale begeleidingsregelingen komen. Het heeft even geduurd maar ondertussen is deze belofte ingelost. Drs. E.P.M. Moors (coördinator staf Personeel en organisatie): ,,Het duurde even omdat voor het overheidspersoneel sinds kort ook de regeling voor het Flexibele Pensioen en Uittreding (FPU) van kracht werd. Dit FPU had allerlei consequenties voor verschillende regelingen van de TU en die moesten ook doorgerekend worden.”

In het onlangs nieuw verschenen Sociale Statuut zijn drie regelingen in het kader van de sociale begeleidingsregeling TU Delft geïntroduceerd. Dit zijn: de regeling uittreden 55+, de regeling aanvulling VUT en FPU en de regeling uittreden 59+. Zij gaan op 1 april 1997 in en zijn van kracht tot 1 januari 1999.

De bonden zijn blij dat er nu na anderhalf jaar duidelijkheid is gekomen over de aangepaste sociale begeleidingsregelingen. Frans Kok (AbvaKabo): ,,Door het vervangen van de vut door het flexibel pensioen moest er het een en ander aangepast worden. De TU Eindhoven had dit echter eind vorig jaar al voor elkaar. Zeker met het oog op de reorganisatie vonden wij het belangrijk dat er in Delft ook duidelijkheid kwam. Uiteindelijk liggen er drie regelingen op tafel waar wij erg tevreden mee zijn.”


Achtergrond

Drs. E.P.M. Moors en H.R. Nieuwenhuijsen (hoofd POF zaken) willen het enthousiasme over de 55+ regeling wel enigszins temperen. Moors: ,,In tegenstelling tot de VUT kan niet iedereen die 55 jaar of ouder is hiervoor in aanmerking komen. Wij hebben bewust de toepassing hiervan beperkt. Grofweg gezien kunnen twee categorieën medewerkers hiervan gebruikmaken. Dat zijn 55+ers, van wie de functie wordt opgeheven en diegenen die hun plaats afstaan aan jongeren die met ontslag worden bedreigd. Veel verder gaan wij de deur niet openzetten. De regeling is uitsluitend bedoeld om interne vacatures te creëren voor medewerkers die op andere faculteiten en instellingen werkzaam zijn en waarvan de functie wordt opgeheven.”

Door jongere medewerkers de plaats van oudere te laten innemen, voorkom je dat deze in de uitkeringsregeling belanden. Moors: ,,Dat moet ook. Een stijgend aantal uitkeringsgerechtigden zou een zware kostenpost zijn voor de TU. Het gevaar is dat de TU uiteindelijk failliet zou gaan aan haar eigen reorganisatie. Dat is natuurlijk absoluut niet de bedoeling.”
Verklaring

De medewerkers die gebruik maken van de 55+ regeling worden op non-actief gezet en niet ontslagen. Nieuwenhuijsen: ,,Het grote voordeel hiervan is dat ze nietals werkeloos worden aangemerkt en verplicht zijn te solliciteren. Ze behouden tachtig procent van hun loon en tot 61 jaar de pensioenopbouw over het volledige loon. Om deze aanpassing te financieren maakt de TU gebruik van de gelden die zij krijgt van de overheid voor uitkeringen na ontslag.”

Overigens zullen de medewerkers die gebruikmaken van de regeling wel verplicht zijn een verklaring te tekenen, waarin zij toezeggen desgevraagd hun belastinggegevens zullen aanleveren. Nieuwenhuijsen: ,,Dit is om te voorkomen dat medewerkers, die gebruikmaken van de regeling, ergens anders een baan nemen zonder dat er verrekening van inkomsten plaatsvindt.”

Voor de 55-jarigen die het betreuren dat zij niet voor de 55+ regeling in aanmerking komen is er de 59+ regeling en de aanvulling op de VUT. Alhoewel. Ook hier geldt weer een aantal voorwaarden. Moors: ,,Dat klopt. De aanvulling VUT/FPU is uitsluitend voor medewerkers die voor 1 april 1997 recht hadden op de VUT en daar voor 1 april 1998 ook inderdaad alsnog met de VUT gaan. Ook een aanvulling krijgen diegenen die binnen een jaar na het recht op FPU (61 jaar of overgangsrecht 40 dienstjaren) daadwerkelijk vertrekken. Met 59 jaar stoppen kunnen weer alleen diegenen die niet met ontslag worden bedreigd en 40 dienstjaren hebben.”

De TU-medewerkers die gewoon willen doorwerken tot hun 63, 64 of 65 kunnen overigens gerust zijn. Dat mag ook nog. De FPU-regeling is sterk persoonsgebonden en kan – natuurlijk in beperkte mate – aan de verschillende individuele wensen en verlangens aangepast worden. Wat precies de individuele FPU-mogelijkheden zijn, vernemen de medewerkers binnenkort van het ABP of dat hebben ze ondertussen al ontvangen.

Het heeft even geduurd maar uiteindelijk zijn de nieuwe sociale begeleidingsregelingen rond. Het meest in het oog springend is de regeling 55+ medewerkers. Worden zij met ontslag bedreigd of maken ze plaats voor een boventallige medewerker, dan is er voor hen nu een interessante afvloeiingsregeling.

Bij iedere nieuwe stap op het reorganisatiepad werd het beloofd: voor oudere medewerkers die met ontslag worden bedreigd, zouden er op korte termijn goede sociale begeleidingsregelingen komen. Het heeft even geduurd maar ondertussen is deze belofte ingelost. Drs. E.P.M. Moors (coördinator staf Personeel en organisatie): ,,Het duurde even omdat voor het overheidspersoneel sinds kort ook de regeling voor het Flexibele Pensioen en Uittreding (FPU) van kracht werd. Dit FPU had allerlei consequenties voor verschillende regelingen van de TU en die moesten ook doorgerekend worden.”

In het onlangs nieuw verschenen Sociale Statuut zijn drie regelingen in het kader van de sociale begeleidingsregeling TU Delft geïntroduceerd. Dit zijn: de regeling uittreden 55+, de regeling aanvulling VUT en FPU en de regeling uittreden 59+. Zij gaan op 1 april 1997 in en zijn van kracht tot 1 januari 1999.

De bonden zijn blij dat er nu na anderhalf jaar duidelijkheid is gekomen over de aangepaste sociale begeleidingsregelingen. Frans Kok (AbvaKabo): ,,Door het vervangen van de vut door het flexibel pensioen moest er het een en ander aangepast worden. De TU Eindhoven had dit echter eind vorig jaar al voor elkaar. Zeker met het oog op de reorganisatie vonden wij het belangrijk dat er in Delft ook duidelijkheid kwam. Uiteindelijk liggen er drie regelingen op tafel waar wij erg tevreden mee zijn.”


Achtergrond

Drs. E.P.M. Moors en H.R. Nieuwenhuijsen (hoofd POF zaken) willen het enthousiasme over de 55+ regeling wel enigszins temperen. Moors: ,,In tegenstelling tot de VUT kan niet iedereen die 55 jaar of ouder is hiervoor in aanmerking komen. Wij hebben bewust de toepassing hiervan beperkt. Grofweg gezien kunnen twee categorieën medewerkers hiervan gebruikmaken. Dat zijn 55+ers, van wie de functie wordt opgeheven en diegenen die hun plaats afstaan aan jongeren die met ontslag worden bedreigd. Veel verder gaan wij de deur niet openzetten. De regeling is uitsluitend bedoeld om interne vacatures te creëren voor medewerkers die op andere faculteiten en instellingen werkzaam zijn en waarvan de functie wordt opgeheven.”

Door jongere medewerkers de plaats van oudere te laten innemen, voorkom je dat deze in de uitkeringsregeling belanden. Moors: ,,Dat moet ook. Een stijgend aantal uitkeringsgerechtigden zou een zware kostenpost zijn voor de TU. Het gevaar is dat de TU uiteindelijk failliet zou gaan aan haar eigen reorganisatie. Dat is natuurlijk absoluut niet de bedoeling.”
Verklaring

De medewerkers die gebruik maken van de 55+ regeling worden op non-actief gezet en niet ontslagen. Nieuwenhuijsen: ,,Het grote voordeel hiervan is dat ze nietals werkeloos worden aangemerkt en verplicht zijn te solliciteren. Ze behouden tachtig procent van hun loon en tot 61 jaar de pensioenopbouw over het volledige loon. Om deze aanpassing te financieren maakt de TU gebruik van de gelden die zij krijgt van de overheid voor uitkeringen na ontslag.”

Overigens zullen de medewerkers die gebruikmaken van de regeling wel verplicht zijn een verklaring te tekenen, waarin zij toezeggen desgevraagd hun belastinggegevens zullen aanleveren. Nieuwenhuijsen: ,,Dit is om te voorkomen dat medewerkers, die gebruikmaken van de regeling, ergens anders een baan nemen zonder dat er verrekening van inkomsten plaatsvindt.”

Voor de 55-jarigen die het betreuren dat zij niet voor de 55+ regeling in aanmerking komen is er de 59+ regeling en de aanvulling op de VUT. Alhoewel. Ook hier geldt weer een aantal voorwaarden. Moors: ,,Dat klopt. De aanvulling VUT/FPU is uitsluitend voor medewerkers die voor 1 april 1997 recht hadden op de VUT en daar voor 1 april 1998 ook inderdaad alsnog met de VUT gaan. Ook een aanvulling krijgen diegenen die binnen een jaar na het recht op FPU (61 jaar of overgangsrecht 40 dienstjaren) daadwerkelijk vertrekken. Met 59 jaar stoppen kunnen weer alleen diegenen die niet met ontslag worden bedreigd en 40 dienstjaren hebben.”

De TU-medewerkers die gewoon willen doorwerken tot hun 63, 64 of 65 kunnen overigens gerust zijn. Dat mag ook nog. De FPU-regeling is sterk persoonsgebonden en kan – natuurlijk in beperkte mate – aan de verschillende individuele wensen en verlangens aangepast worden. Wat precies de individuele FPU-mogelijkheden zijn, vernemen de medewerkers binnenkort van het ABP of dat hebben ze ondertussen al ontvangen.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.